De Kamer van Volksvertegenwoordigers heeft, niet zonder enig enthousiasme, het wetsontwerp op de financiële werknemersparticipatie goedgekeurd. Bedrijven kunnen voortaan onder zachte fiscale en parafiscale voorwaarden hun medewerkers laten delen in hun winst of – bij wettelijke voorkeur – hen een pakketje aandelen toeschuiven. Geen loon, maar een extraatje: bedankt voor de harde inzet en doe zo voort.

Met de werknemersparticipatie realiseert paars-groen een van zijn prioriteiten. Premier Guy Verhofstadt kreeg voor elkaar wat zijn voorganger Jean-Luc Dehaene nooit is gelukt. De huidige burgemeester van Vilvoorde botste op het verzet van zijn vrienden uit de arbeidersbeweging. Maar Nasdaq en de andere aandelenbeurzen bleken sterker dan de vakbondsdoctrine. Aanhoudende koersstijgingen maakten ook de vakbondsmilitanten beursgek. Waarom nog langer het manna weigeren dat de werkgevers gul willen rondstrooien? Verhofstadt kreeg de florerende beurzen als bondgenoot.

Helaas, de wet komt te laat. De aandelenkoersen duikelen omlaag, fictieve beurswinsten en zelfs reëel beleggingsgeld gaat verloren. Ondernemingen versturen een voor een winstwaarschuwingen. De economische dip in Amerika dijt uit naar Europa. De algemene stemming is negatief. De financiële werknemersparticipatie verliest er een flink deel van zijn aanlokkelijkheid door. Werknemers horen hun bankier, die hen niet eens zo lang geleden naar de beurs joeg, nu waarschuwen dat ze voor aandelengokjes een langere financiële adem nodig hebben. Niet verwonderlijk dat bij de huidige loononderhandelingen met geen woord over financiële werknemersparticipartie wordt gerept.

Wat overblijft, is de motivatie. Aandelen- en winstparticipatie heet de werknemers nauwer te betrekken bij hun onderneming omdat ze dan delen in de resultaten ervan. Hun financieel medebezit zou de onderneming financieel ook helpen verankeren in het land. Het is aantrekkelijk wat papier van de eigen onderneming te bezitten, tenminste als de koersen ervan stijgen. De werkgever zelf krijgt het moeilijk zijn medewerkers te troosten als de beurs tegendraads doet. Dat medebezit tot medebeheer leidt, is evenwel een hersenspinsel. In grote bedrijven, en zeker in wereldwijde ondernemingen, kan het personeel nooit voldoende participaties op tafel leggen om een stem in het bestuur te bedingen. Voor middelgrote ondernemingen maakt de wet dat zelfs onmogelijk, door de werknemers te verplichten hun financiële participatie als investeringsgeld aan hun werkgever te lenen. Met medebeheer is het zoals met de verankering van ondernemingen. Dat steunt niet op het geld, maar op de kennis, het werk en de inzet.

De financiële werknemersparticipatie is toch niet helemaal een sigaar uit eigen doos. De economie kent een opgaande en een dalende conjunctuur – hopelijk gaat ze snel weer stijgen – en het wettelijk instrument ligt nu klaar voor die betere tijden. Het huidige pessimisme zou ons haast doen vergeten dat veel bedrijven het best wel goed maken. Daar komen ongetwijfeld ondernemingsakkoorden, waarbij de werknemers financieel beter worden van de opbrengst van hun arbeid.

Guido Despiegelaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content