Al sinds de oude Grieken spreekt buitenaards leven tot de verbeelding.
ONEINDIG VEEL WERELDEN: Volgens de Griekse filosoof Epicurus (341-270 v.C.) waren er oneindig veel werelden, ‘gelijk aan de onze of verschillend daarvan.’ Immers: ‘De atomen, oneindig in getal, zijn niet verbruikt door één wereld.’ Dus: ‘Wij moeten geloven dat er in alle werelden levende wezens en planten zijn en andere dingen die wij in deze wereld zien.’ De Romeinse filosoof Lucretius (eerste eeuw v.C.) deelde die overtuiging. Niet dat ze in de oudheid algemeen aanvaard was: volgens Aristoteles (vierde eeuw v.C.) was de aarde uniek.
HET PRINCIPE VAN MIDDELMATIGHEID: Met Copernicus kwam in de zestiende eeuw een einde aan de idee dat de aarde het centrum was van het heelal. De aarde is maar een van de planeten rond een van de sterren in het uitgestrekte heelal. Voortbouwend op dat Copernicaanse ‘principe van middelmatigheid’ kwam de Italiaanse filosoof Giordano Bruno opnieuw tot de stelling dat er oneindig veel werelden bestaan. Hij eindigde op de brandstapel.
THE WAR OF THE WORLDS: Tot begin deze eeuw waren velen ervan overtuigd dat zowel de maan als Mars bewoond zijn. De Duitse wiskundige Carl Friedrich Gauss ontwikkelde zelfs een plan om hun aandacht te trekken, voor het geval ze zouden overvliegen: in Siberië wilde hij een grote, rechthoekige driehoek vrijmaken. Die moest worden beplant, met op elke zijde: een vierkant met bomen. Kortom: een reusachtige visuele afbeelding van de stelling van Pythagoras. Gauss ging ervan uit dat ook Marsmannetjes wiskundig inzicht zouden hebben. Zijn project werd nooit verwezenlijkt. De fascinatie voor Marsmannetjes bleef bestaan en bereikte in 1898 een hoogtepunt met The War of the Worlds van SF-schrijver H.G. Wells. Het gelijknamige luisterspel van Orson Welles veroorzaakte in 1936 paniek in de VS.
KLEINE GROENE MANNETJES: In 1967 dacht Jocelyn Bell dat het zover was. Bell studeerde radio-astronomie in Cambridge en had een tot dan toe onbekend signaal opgevangen. Anthony Hewish, haar promotor, noemde de bron die zij had gevonden LGM – ofwel: Little Green Men. Het signaal kwam immers niet van de aarde. Maar ook niet van een buitenaardse beschaving. Bell bleek zogenaamde pulsars te hebben ontdekt, roterende neutronensterren die zich in het restant van een supernova bevinden. Een belangrijke ontdekking voor de astronomie, maar een vals alarm – het beroemdste in een lange rij – voor de zoektocht naar buitenaards leven.
Joël De Ceulaer