Rik Van Cauwelaert
Rik Van Cauwelaert Rik Van Cauwelaert is directeur van Knack.

In Luik worden de Agusta- en Dassault- enquêtes voort afgerond. Intussen drijven de verschillende clans binnen de PS uiteen.

Terwijl een steeds groter wordende groep binnen de Parti Socialiste ijvert voor de terugtrekking van de partij uit alle regeringen, zowel de federale als de gewest- en gemeenschapsregeringen, dreigen nieuwe ontdekkingen van het gerecht de Waalse socialisten voort te verscheuren. Zo stootten de Luikse enquêteurs, na aanwijzigen van de intussen weer vrijgelaten bedrijfsrevisor Fernand Detaille, op een nieuwe, geheime Luxemburgse rekening. Langs die bankrekening bij de Luxemburgse vestiging van de BNP-bank en via een tot nog toe onbekende schermvennootschap werden een twaalftal miljoenen naar een belastingparadijs gesluisd. Waar dat geld vandaan kwam en waarvoor het werd aangewend, is vooralsnog niet duidelijk. Het onderzoek naar de herkomst van die fondsen moet nog beginnen en dreigt nieuwe vertragingen te veroorzaken in de Dassault– en Agusta-onderzoeken die het Luikse gerecht en het Hof van Cassatie graag tegen eind juni wil afsluiten.

Volgens Detaille, daarin bijgetreden door gewezen adjunct-partijsecretaris François Pirot, waren de pas ontdekte fondsen ook afkomstig van de Franse vliegtuigconstructeur Dassault. Een bewering die meteen na zijn vrijlating, vlak voor het paasweekeinde, werd tegengesproken door Merry Hermanus, de gewezen secretaris-generaal van de Franse Gemeenschap. En Hermanus weet waarover hij spreekt. Hij was het die destijds, in 1989, naar eigen zeggen op vraag van PS-voorzitter Guy Spitaels, een gift van nagenoeg 30 miljoen frank van Dassault in ontvangst nam.

Merry Hermanus was blijkbaar vastbesloten zijn voorlopige vrijlating uit de Luikse Lantin-gevangenis niet onopgemerkt te laten voorbij gaan. Want binnen de 24 uur nadat hij terug thuis in Sint-Jans-Molenbeek was gearriveerd, verklapte hij voor de camera’s van RTBF en RTL-TVI dat er nog een bijkomende Luxemburgse bankrekening van de Parti Socialiste was ontdekt en dat er een mogelijke vertakking van de affaires naar de Franstalige christen-democraten was blootgelegd.

Die twee verklaringen kwamen bovenop het nieuws van de nakende inbeschuldigingstelling van Spitaels en volstonden om tijdens de anders zo rustige paasdagen de schandaalkoorts in de Wetstraat nog wat op te voeren.

Terwijl Hermanus met zijn verklaringen het televisienieuws en de media beheerste en gewezen vice-premier Philippe Moureaux in zijn Brusselse federatie publiekelijk brandhout maakte van de aangekondigde partijvernieuwing, had PS-voorzitter Philippe Busquin zich alweer discreet teruggetrokken in zijn vakantieverblijf in het Franse Le Touquet. Ver van het politieke gewoel.

WELDRA BREEKT DE DIJK

?Het voorzitterschap van de Parti Socialiste is altijd een kwestie van respect geweest,? weet een Luikse partijveteraan. ?Guy Spitaels, André Cools en hun voorgangers werden gerespecteerd. Als zij hadden gesproken, was de interne discussie afgelopen. Busquin is er nooit in geslaagd het krakeel te stoppen. De PS is geen blok meer, maar een klonter van lokale potentaten die zich zelf en hun factie proberen in stand te houden.?

En alle kopstukken liggen dezer dagen onder vuur. Zelfs de Luikse burgemeester Jean-Maurice Dehousse wordt nu al weken aan een stuk in La Meuse, de Luikse pendant van Le Soir, van verregaande luiheid en incompetentie beschuldigd. De stadschroniqueur van de krant vraagt zelfs het onmiddellijke vertrek van de burgemeester.

De opvallende afwezigheid van voorzitter Busquin, telkens als er stormweer dreigt, begint nu ook de partijmilitanten, die tijdens het jongste PS-congres in de Brusselse Magdalenazaal nog achter hem stonden, serieus op de heupen te werken. Vooral in de belangrijkste Waalse federatie, die van Luik, neemt het ongenoegen hand over hand toe. De affaires, maar ook de sociale onrust hebben een beweging op gang gebracht om de partij uit de verschillende regeringen te lichten. Tegelijk is de kloof tussen de partij en haar syndicale vleugel nooit zo diep geweest. Zo weigert de ABVV-voorzitter Michel Nollet nog langer de wekelijke bijeenkomst van het PS-bureau bij te wonen, zolang de Agusta- en Dassaultaffaires niet zijn uitgeklaard.

Voorlopig pogen de verschillende ministers flink bijgestaan door hun schare cabinetards het aanzwellende ongenoegen binnen de perken te houden. ?Maar,? klinkt het in Luik waar de onderlinge verdeeldheid tussen coolsiens en anderen nooit zo groot was, ?weldra breekt de dijk. Busquin, als hij er zelf al in slaagt buiten de affaires te blijven, kan deze situatie niet veel langer meer aankijken.?

Busquin verkeert volgens enkele van zijn medewerkers in de overtuiging dat zijn voorzittersfunctie hem, net als in de Uniop-affaire, zal behoeden voor eventuele gerechterlijke vervolgingen. Maar vroeg of laat, weten waarnemers, geraakt ook hij in het onderzoek betrokken.

Zo getuigde Hermanus dat niet alleen Guy Spitaels volkomen op de hoogte was van de buitenlandse rekeningen van de PS en van giften van Dassault en mogelijks ook van het Italiaanse helikopterbedrijf Agusta, maar ook diens opvolger Busquin. Tegen wie het horen wilde, herhaalde Hermanus dat hij na zijn veroordeling in de Uniop-zaak over de affaires en de partijfondsen in Luxemburg sprak met Philippe Busquin en dat die hem antwoordde : ?We kunnen niets doen. We moeten zwijgen.? Tot nog toe heeft Busquin die bewering van Hermanus niet ontkracht.

SPECULATIES OVER DE OPVOLGING

De verklaringen van onder meer Hermanus zijn zo bezwarend, want gedetailleerd, dat het gerecht niets anders kan dan Busquin binnen afzienbare tijd te ondervragen. Wat meteen de fatale opstoot voor de PS zou betekenen, althans voor haar verdere deelneming aan de verschillende regeringen. Vandaar de aandrang van sommigen om dit pijnlijke ogenblik niet af te wachten en nu al uit de regeringen te stappen, kwestie van zo snel mogelijk met de reorganisatie van de partij te kunnen beginnen.

Omwille van die drijverijen wordt intussen, vooral in het Luikse, openlijk gespeculeerd op aan nakende aantreden van de huidige voorzitter van de Franse Gemeenschapsregering Laurette Onkelinx als opvolgster voor Busquin. Zij zou alvast de steun krijgen van een deel van de Luikse PS en van Philippe Moureaux en diens Brusselse aanhang. Maar ook Onkelinx krijgt het niet gemakkelijk. Want, ook al doet zij haar best om haar aandeel daarin te minimaliseren, toch wordt zij door de meeste PS’ers geassocieerd met de Luikse Cools-clan waarvan haar vader Gaston Onkelinx nog steeds een kopstuk is.

Daarom gokken anderen, vooral de Waalse regionalisten, dan weer op de altijd bedaagde Robert Collignon, de Waalse minister-president. Maar die lijkt geen haast te vertonen om het partijroer in handen te nemen. Intimi van Collignon menen echter te weten dat hij in geen geval het voorzitterschap wil opnemen vooraleer de toestand volledig is uitgezuiverd.

In het meest extreme geval wordt een eventuele kandidatuur van José Happart voor de opvolging van Busquin niet uitgesloten al dreigt in dat geval een radicale breuk tussen de Brusselse en de Waalse Parti Socialiste.

GIFTEN VOOR ANDERE PARTIJEN

Opvallend was de recente poging van Hermanus om de PSC bij de affaires te betrekken een gedachte, een hoop, waaraan tal van PS’ers zich al jaren vastklampen. Het gerucht dat de Franstalige christen-democraten ook de gulheid van Dassault hebben mogen ondervinden, loopt al veel langer. Steeds vallen daarbij de namen van gewezen vice-premier Melchior Wathelet en diens voormalige kabinetsmedewerker Benoît Remiche. Wathelet en Remiche ontkennen in alle toonaarden elk contact met Agusta en Dassault.

Nu en dan wordt besmuikt verwezen naar de Volksunie, waarvan voorman Hugo Schiltz als vice-premier zetelde in de regering die de Agusta- en Dassaultcontracten afsloot. Maar die verwijzing steunt op weinig meer dan op het feit dat Schiltz ooit samenwerkte met Alfons Puelinckx, de Brusselse advocaat die in opspraak kwam in het SP-luik van de Agusta- en Dassaultzaak.

Toch is het geen geheim dat tijdens de eerste en tot nu enige ondervraging in Parijs van Serge Dassault en naderhand ook van advocaat Alfons Puelinckx, zij het dan in bedekte termen, over giften aan andere partijen werd gepraat onder ?andere partijen? werd telkens duidelijk de PSC verstaan.

Toen Hermanus zijn beweringen lanceerde hij zei één en ander te hebben opgevangen tijdens een confrontatie met Pirot en Detaille , reageerde de PSC onmiddellijk. PSC-voorzitter Charles-Ferdinand Nothomb nam daarbij geen enkel risico en trommelde zijn voorganger Gerard Deprez op om publiekelijk de beweringen van Hermanus tegen te spreken.

Vreemd genoeg liet ook François Pirot via zijn advocaten weten noch de PSC noch haar voorman Wathelet van wat dan ook te hebben beschuldigd. In de huidige stand van zaken ligt ook geen enkel bewijs voor dat een andere partij, behalve de PS en SP, van Agusta of van Dassault steekpenningen kreeg.

Voor die bewijzen tegen andere partijen werd, volgens insiders, gewacht op de aankomst van een tweede lading documenten die eind 1995 tijdens een rogatoire commissie naar Parijs bij Dassault in beslag werden genomen. Maar die lading laat op zich wachten. Sommige enquêteurs hebben de hoop om die documenten ooit onder ogen te krijgen, al langer opgegeven. Blijkbaar hebben de Fransen, ondanks het aandringen van de Belgische regering, weinig zin om de keukengeheimen van één haar belangrijkste wapenproducenten in de openbaarheid te brengen.

Rik Van Cauwelaert.

Philippe Busquin, op het PS-congres dat hem tot partijvoorzitter herverkoos : onhoudbare positie.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content