Zuid-Korea aarzelt om zich te herenigen met Noord-Korea. Het Noorden betracht de her- eniging met geweld. Een uit het Noorden gevluchte kolonel over de stand van zaken.

DE KOUDE OORLOG mag dan voorbij zijn, een paar overblijfselen ervan blijven overeind. Noord-Korea, bijvoorbeeld, leeft nog steeds in het stalinistische tijdperk, personencultus rond leider Kim Jong Il incluis. Het land is afgesloten van de buitenwereld en de grens met Zuid-Korea is wellicht de strengst bewaakte ter wereld. Toch slagen vluchtelingen uit het verarmde, door hongersnood geplaagde Noorden erin naar het Zuiden te vluchten. Sinds 1953 eind van de oorlog die het land in tweeën deelde tot 1990 liepen 129 Noord-Koreanen over. Maar de jongste jaren stijgt hun aantal fors. En dat jaagt het Zuiden angst aan. Tot voor kort kreeg elke overloper tot vijf miljoen frank steun, nu nog 600.000 frank en een woning. De regering blijft wel aandringen politieke vluchtelingen bij voorrang werk te bezorgen. Maar de Zuid-Koreaanse werkgevers zijn daar niet erg happig op, Noord-Koreanen staan immers bekend als ouderwets en weinig flexibel. Aan de andere kant dringen de Zuid-Koreaanse studenten traditioneel aan op hereniging met het Noorden. De voorbije weken nog kwam het bij hun protest tegen het uitblijven van toenadering tot Noord-Korea tot rellen met de politie.

Van alle overlopers is kolonel Tsjoe Joe Hwal ondertussen de man met de hoogste militaire graad die van het communistische Noord-Korea naar het kapitalistische Zuiden vluchtte. Van 1972 tot 1994 was Tsjoe (47) verantwoordelijk voor de militaire samenwerking met het buitenland. Hij werkte als militair attaché in het toenmalige Tsjechoslowakije, waar bij begon te twijfelen aan de propaganda van het ?paradijs van boeren en arbeiders?. Toen de Noord-Koreaanse geheime dienst een nauwgezet onderzoek instelde, sloeg Tsjoe op de vlucht. Sinds september vorig jaar leeft hij onder bescherming in de Zuid-Koreaanse hoofdstad Seoul.

De grens is zwaar bewaakt. Hoe komt iemand erdoor ?

TSJOE JOE HWAL : Ik was in opdracht van het Noord-Koreaanse leger in China toen een telefoontje van de geheime dienst me terugriep. Zo’n bevel betekent in Noord-Korea slecht nieuws. Na een slapeloze nacht nam ik een taxi en reed naar de dichtstbijzijnde stad, waar ik hoopte een Zuid-Koreaans consulaat te vinden. Er was geen, dus liep ik een Zuid-Koreaans restaurant binnen. De eigenaars namen een groot risico : als uitlekte dat ze mij hielpen, zouden ze hun verblijfsvergunning kwijtraken. Andere Koreanen in China verborgen me een hele maand en via hun zakenrelaties kon ik naar een Zuidoost-Aziatisch land vluchten. Welk land mag ik niet zeggen.

Waarom raakte u zo in paniek bij dat telefoontje ?

TSJOE : Ik moest eigenlijk met Koreanen die in China wonen, onderhandelen over een joint venture voor de fabricage van meststoffen. Pas toen we arriveerden, leerden we dat de financier van het project een Zuid-Koreaan was die in Hongkong woonde. Onze delegatie werd niet verondersteld contact met hem te hebben, maar we konden ook niet voorkomen dat hij als waarnemer aan de onderhandelingen deelnam. Hij gaf ons geschenken, sigaretten, whisky, T-shirts. Hij betaalde ons hotel en bezorgde ons (omgerekend) zo’n 30.000 frank zakgeld. En hij vertelde hoe prachtig het leven in Zuid-Korea wel was.

U zette uw carrière op het spel voor wat sloffen sigaretten en dollars.

TSJOE : Ik geloofde vast dat als we hem maar lieten begaan, de zaken goed zouden aflopen. Natuurlijk was ik ook een beetje nieuwsgierig naar wat hij vertelde. Ik was er toch zo langzaamaan aan gaan twijfelen of ons politieke systeem wel echt het beste ter wereld was. Voorts ging het om mijn eerste opdracht in die functie. Ik moest bilaterale akkoorden afsluiten en ik wou succes boeken. Dat gelukte ook : we kregen die mestfabriek los en daar bovenop nog een tiental Zuid-Koreaanse vrachtwagens. En toen heeft iemand ons aan de geheime dienst verraden.

Als kolonel en militair attaché behoorde u tot de geprivilegieerde klasse. Heeft u nog geen spijt van uw vlucht ?

TSJOE : Ik had geen keuze. Ik wist wat er gebeurde met de mensen die door de geheime dienst worden teruggeroepen. Drie vrienden van me moesten in 1994 hun handelsreis in Rusland afbreken omdat ze contact hadden gehad met Russische vrouwen of met Zuid-Koreanen. Zijzelf en hun families verdwenen. Waarschijnlijk zitten ze nu in een soort concentratiekamp voor vijanden van de staat.

Dat kan met uw gezin ook gebeurd zijn.

TSJOE : Ik maak me weinig illusies. Mijn vrouw en mijn drie dochters betalen voor mijn vrijheid. Dat te beseffen doet pijn. Maar terugkeren, zou niet hebben geholpen. Het enige wat ons nog kan redden, is een snelle hereniging van Noord- en Zuid-Korea.

Die hereniging wordt in het Zuiden op de lange baan geschoven, nu bekend is hoeveel de hereniging van Duitsland heeft gekost. Zelfs bij de studenten, die vroeger het nationale geweten vormden, vindt maar 13,3 procent hereniging belangrijk.

TSJOE : Ik was erg ontgoocheld toen ik ontdekte dat Zuid-Korea het land niet echt wil herenigen. Ook wordt onderschat hoe vastbesloten Noord-Korea is die hereniging met geweld door te drijven.

Kan het Noorden dat wel ?

TSJOE : Het verdwijnen van de DDR heeft in het Noorden een paniekreactie veroorzaakt. De gewone mensen leven in collectieve angst voor de toekomst, ze zijn bang na de hereniging slaven te worden. De berichtgeving versterkt die angst. Het journaal toont voormalige Oost-Duitse diplomaten die nu hotdogs verkopen en in stations slapen, leden van het Politbureau die als misdadigers terechtstaan, officieren die hun uniform verkopen en hun kinderen verplichten te bedelen.

Militairen en kaderleden van de partij weten dat ze geen kans maken als het Zuiden het Noorden inlijft. Dus willen ze koste wat het kost het bestaande systeem instandhouden.

Maar Noord-Korea is economisch kapot. De bevolking en het leger hebben honger, de bewapening is antiek. Hoe kan zo’n leger een oorlog winnen ?

TSJOE : Het algemeen bevel luidt, bij militair conflict, eerst de in Zuid-Korea gelegerde Amerikaanse soldaten aan te vallen. Als jonge Amerikanen sneuvelen, hoopt de regering op een Vietnam-effect. Betogingen tegen de oorlog zou de Amerikanen dwingen hun troepen terug te trekken.

Militaire experts menen dat Noord-Korea geen enkele kans maakt.

TSJOE : Sinds de Golf-oorlog beseffen de militairen in Noord-Korea ook hoe machtig de Amerikaanse elektronische bewapening is. Daarom ontwikkelen ze chemische, biochemische en nucleaire wapens. De bedoeling is zoveel mogelijk doden te veroorzaken.

Gelooft u dat het Noord-Koreaanse leger wordt onderschat ?

TSJOE : Absoluut. Rusland en China waren altijd goede partners, maar we konden via Duitsland, Ethiopië en Pakistan ook Amerikaanse helikopters, tankafweergeschut en Russische tanks kopen.

De Amerikanen schoten die Russische tanks in de Golf-oorlog gewoon weg.

TSJOE : Noord-Korea heeft een degelijke wapenindustrie die buitenlandse wapens kopieert en verbetert. Het leger moderniseerde Russische Scud-raketten. Die kunnen nu Okinawa bereiken (de belangrijkste Amerikaanse basis in Japan).

Er worden raketten verkocht aan Iran, Syrië en Libië.

TSJOE : Niet door het leger, wel door het Tweede Economische Comité. Het leger haalt zijn geld uit de meer dan dertig firma’s en talloze boerderijen die het autonoom beheert. Elke bevelhebber moet zijn soldaten voorzien van olie, kleren en eiwitten. De regering levert alleen rijst. Elke provincie moet een deel van de oogst aan de militairen afdragen. Ook voor het leger verkleinden de rijstrantsoenen vorig jaar. Sinds 1994 moet elk gezin jaarlijks twintig tot veertig kilogram rijst aan het leger afstaan.

Voedselgebrek tast de strijdlust aan. Ook in Noord-Korea ?

TSJOE : De soldaten zien in de imperialisten aan de andere kant van de 38ste breedtegraad (grens tussen Noord en Zuid) hun eeuwige vijand. De generaals gaan prat op de buitenlandse successen van hun opperbevelhebber Kim Jong Il. Die slaagde erin allerlei concessies af te dwingen, nadat hij uit het verdrag tegen de verspreiding van kernwapens stapte en zijn soldaten de gedemilitariseerde zone instuurde.

De Verenigde Staten leveren gratis olie, de Zuid-Koreanen betalen miljarden voor de bouw van twee nieuwe kernreactoren voor het opwekken van elektriciteit. Noord- en Zuid-Korea verklaarden zich bereid om onder supervisie van de Verenigde Staten en China vredesbesprekingen te beginnen.

TSJOE : Kim Jong Il beseft heel goed dat de zwakte van zijn land ook de sterkte ervan is. Hij weet dat de Verenigde Staten en Zuid-Korea geen oorlog willen, dat ze Noord-Korea niet willen vergruizelen. Elke spanning op het schiereiland valt in zijn voordeel uit. Als hij provoceert, volgt er geen politieke of economische boycot, maar krijgt hij Amerikaanse hulp en mag hij over ontwapening onderhandelen. Het regime wint tijd. Maar het zal de rustpauze niet gebruiken om te hervormen. De leiders in Pyongyang gebruiken de pauze om hun militaire middelen te versterken.

De Grote Leider Kim Il Sung stierf bijna twee jaar geleden. Zijn zoon, Kim Jong Il, is nog steeds niet officieel tot staatshoofd benoemd.

TSJOE : Zo’n formaliteit heeft in Noord-Korea niets te maken met de macht. Het leger is de belangrijkste factor in de politiek, maar het heeft geen politieke ambitie. Een groep in Rusland opgeleide officieren, die de machtsovername door Kim Jong Il wilde verhinderen, werd in 1992 opgerold. Er verdwenen toen 370 officieren. Geen twijfel mogelijk : het leger volgt de bevelen van Kim Jong Il op, zelfs als hij morgen het kapitalisme uitroept.

Welke rol speelt de partij ?

TSJOE : Ze is de ruggengraat van het regime. Zij heeft de absolute macht, ook in het leger. Wie geen partijlid is, maakt geen carrière. Elke zaterdag moeten de officieren in het bijzijn van een partijlid elkaar en zichzelf bekritiseren.

Wat werd bij die gelegenheden over u gezegd ?

TSJOE : Dat ik te bureaucratisch ben. Dat mijn berichten aan de leider niet altijd correct waren. En omdat het nieuws onder de naam van de leider wordt verspreid, krijgt hij de kritiek. Niemand liegt ongestraft tegen de leider.

Toch spreekt het leger de partij soms tegen.

TSJOE : Dat zijn afleidingsmaneuvers. Zo gelooft de buitenwereld dat het leger onafhankelijk is. Toch verdween het enthousiasme over de ideologie van de totale economische zelfstandigheid ( joeche). Aangezien de Noord-Koreaanse markt openging voor buitenlandse goederen die in de deviezenwinkels in Pyongyang te zien zijn, moest de economische autonomie herdacht worden. China is nu het voorbeeld. Er hebben ook steeds meer contacten plaats met Zuid-Koreaanse ondernemers. Daaruit kan afgeleid worden dat een economische herstructurering wordt voorbereid.

Ondertussen loopt de bevolking weg. Geschat wordt dat zo’n 1.500 vluchtelingen in het buitenland leven, vooral in China en Rusland. Is het regime ondanks zijn geperfectioneerd bewakingssysteem, de controle kwijt ?

TSJOE : Het voedseltekort schept ontevredenheid. De mensen zijn de propaganda beu : overal staan partijkaders te vertellen hoe schitterend de staat het wel doet, terwijl er niets te krijgen valt. Mochten de winkels vol liggen, dan zouden we al die ideologische lessen niet nodig hebben. Maar niemand durft het aan de centrale leiding verantwoordelijk te stellen. Lokale leiders krijgen de schuld van de ellende.

Vorig jaar vernietigden overstromingen de oogsten. Ook dit jaar ziet de oogst er niet goed uit. Kan dat tot hongeropstanden leiden ?

TSJOE : Niemand durft zijn mond open te doen. Zelfs je eigen kinderen kunnen je verraden. Mogelijk breekt her en der wat onrust uit. Maar er zijn geen groepen, geen leiders die de stoot kunnen geven tot massaal protest. En verder kent het Noorden nog geen ?Afrikaanse? hongersnoden. Op de luxe-auto’s waarin de leiders rondrijden, is wel kritiek te horen. Mensen zeggen dat met dat geld beter bussen gekocht kunnen worden en fabrieken gebouwd.

Weten de noorderlingen dat ze het veel slechter stellen dan hun vijanden in het Zuiden ?

TSJOE : Ironisch genoeg doet alle propaganda de twijfel toenemen. Vroeger zond de televisie beelden uit van het studentenprotest in het Zuiden. De kijkers zagen hoe goed gekleed die studenten waren, hoeveel auto’s daar reden, hoe prachtig de nieuwe flatgebouwen waren. Omdat het regime zag dat de bevolking de verkeerde conclusies trok, worden dergelijke beelden niet meer uitgezonden.

Maar de grote meerderheid weet eigenlijk niets over Zuid-Korea. Ik was enkele jaren militair attaché in Tsjechoslowakije. Ik dacht toen dat Zuid-Korea het beter deed dan het Noorden, maar in geen enkel geval beter dan de socialistische landen.

Het vaststellen van de realiteit bracht bij u dus een schok teweeg.

TSJOE : En of. Een land waar arbeiders een eigen auto hebben, waar de kranten openlijk kritiek leveren op de president : dat kon ik me echt niet voorstellen. Ik had geleerd fier te zijn op mijn land. Maar op reis in het buitenland schaamde ik me altijd wel wat. Ik verstopte het insigne met de kop van Kim Il Sung. Als iemand vroeg waar ik vandaan kwam, antwoordde ik Vietnam of China. Nu ik merk wat het Zuiden kan, ben ik fier dat ik Koreaan ben.

Is dit het paradijs dat Kim Il Sung zijn volk beloofde ?

TSJOE : Ook dit paradijs heeft zijn slang. In het kapitalisme telt geld meer dan medemenselijkheid. Wie niets heeft, verhongert. Dat begrijpen vluchtelingen moeilijk. Zelfs voor een glimlach moet hier betaald worden.

Copyright Knack/Der Spiegel

De grens tussen Noord- en Zuid-Korea is wellicht de best bewaakte ter wereld.

In Zuid-Korea breken regelmatig rellen uit bij studentenbetogingen voor de hereniging. Het Noorden zendt die beelden niet meer uit omdat er te veel welstand op te zien valt.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content