Barack Obama is een jaar president van de Verenigde Staten. De verwachtingen bij zijn aantreden waren torenhoog.

Toen Barack Obama in een berekoud Washington de eed aflegde als de eerste zwarte president van de Verenigde Staten, hadden mensen tranen in de ogen. Hij werd zowel in Amerika als daarbuiten ontvangen als een soort van verlosser. De zucht van opluchting over het vertrek van George W. Bush moet tot ver in de ruimte zijn waargenomen. De nieuwe president erfde een land dat alleen nog controverse opriep. Het was betrokken in twee oorlogen en zijn falende financiële systeem lag aan de basis van de grootste economische crisis sinds de jaren dertig van de vorige eeuw.

Obama weet ondertussen dat er een verschil is tussen een verkiezing winnen en het land besturen. Thuis zette de Republikeinse rechterzijde haar gênante haatcampagne tegen zijn persoon onafgebroken verder. In het buitenland herstelde hij voor een goed deel het vertrouwen in de VS, maar zijn uitgestoken hand werd niet overal gretig aangenomen. De Israëlische premier Benjamin Netanyahu legde bijvoorbeeld de eis van Obama om een einde te maken aan de nederzettingenpolitiek op de Westelijke Jordaanoever simpel naast zich neer. Iran laat hem geen andere keuze dan toch hardere sancties op te leggen. Op bezoek in Peking moest hij bijna door het stof om toch een schijn van eensgezindheid met de Chinese leiders op te houden.

Het enthousiasme over Obama is de voorbije maanden ook in Europa bekoeld. Dat heeft onder meer met de klimaattop in Kopenhagen te maken, toen de Europeanen door de VS en China niet op de beslissende vergadering werden geïnviteerd. Los van elkaar putten zowel de Amerikaanse ambassadeur bij de Europese Unie als die bij het koninkrijk België, William Kennard en Howard Gutman, zich vorige week in Brussel uit om hun gehoor ervan te overtuigen dat hun baas het goed meent. En dat we samen aan de kar moeten trekken. De VS, zei ambassadeur Kennard, moeten in de wereld het voorbeeld geven. Hij zei het niet, maar hij bedoelde dat je niet over democratie kunt praten en mensen opsluiten zonder vorm van proces. Of opkomen voor mensenrechten en tegelijk het gebruik van tortuur goedkeuren. Zoals je niet over het klimaat kunt praten, zonder China aan tafel.

Op die punten scoorde Obama goed. Toch moet hij nu vooral het verwijt horen dat hij niet doortastend genoeg optreedt. Zo sukkelt de hervorming van de Amerikaanse gezondheidszorg aan een slakkengang door het parlement omdat de president de Democratische Congresleden de vrijheid liet om zelf een tekst uit te werken. Waarnemers vragen zich af of hij misschien toch niet beter eerst aan extra banen had gedacht. Of meer tijd had moeten uittrekken om het gigantische begrotingstekort te lijf te gaan.

Het feest van vorig jaar zorgt alsnog niet voor een kater. Barack Obama tekende de contouren van wat een goed presidentschap zou kunnen zijn. Ambassadeur Kennard zei vorige week een beetje verontschuldigend dat vóór Obama geen president bij zijn aantreden zoveel werk op de plank had. Terwijl de tussentijdse parlementsverkiezingen van november nu al als een soort van referendum over zijn beleid worden beschouwd. Geen vak is zo hard en ondankbaar als de politiek.

door Hubert van Humbeeck

De uitgestoken hand van Barack Obama werd niet overal gretig aangenomen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content