Japan is in de ban van Jun Chan, zoals premier Junichiro Koizumi liefkozend wordt genoemd. De LDP-leider behaalde bij de senaatsverkiezingen van vorige week een eclatante overwinning. Charisma heeft hij zeker, maar kunnen zijn hervormingsplannen de Japanse economie uit het slop halen?

Tijdens een verkiezingsdebat op televisie twee jaar geleden werd Junichiro Koizumi gevraagd wat hij dringender vond: het toelaten van de Viagrapil of het verminderen van schadelijke dioxine-emissies. Antwoordde de toenmalige minister van Volksgezondheid: ‘Persoonlijk zou ik zeggen de Viagrapil.’ De premier van Japan – Koizumi volgde eind april de almaar blunderende Yoshiro Mori op – heeft iets bijzonder on-Japans. Hij gedraagt zich niet altijd passend, hij zegt dingen die eigenlijk niet kunnen, en hij heeft een zeer groot charisma.

Voor zoveel ongewoonheden gaan Japanners uit de bol. Tienermeisjes dwepen met hem. Posters met zijn naar Japanse normen artistieke kop vliegen over de toonbank. Jonge professionals hemelen hem op als de man die Japan een nieuwe toekomst kan bieden. Bij de senaatsverkiezingen van eind vorige maand kon de precieze omvang van de Japanse Koizumi-manie worden gemeten. De Liberaal Democratische Partij (LDP), de traditionele machtspartij van Japan die in ernstige moeilijkheden verkeerde, behaalde een eclatante overwinning: in haar eentje sleepte de LDP 65 van de 121 zetels in de wacht. Dat is twee meer dan de regeringscoalitie in haar geheel (LDP, de Nieuwe Conservatieve Partij, en de boeddhistische Komeito) zich tot doel had gesteld. Dat succes was de persoonlijke verdienste van Koizumi, die de verkiezingscampagne volledig domineerde.

Jun Chan, kleine Jun, noemen de Japanners hun premier liefkozend. De officiële website van de premier leert wat zijn hobby’s zijn (skiën, lezen, muziek, kabuki, film), voor wie hij respect heeft (Sir Winston Churchill), wat hij graag eet (Japanse keuken), en wat zijn favoriete karaokeliedjes zijn ( Kage-Boshi, X-Japan, Forever Love). Maar wat is de politieke achtergrond van deze non-conformist? Welke politiek zal hij voeren om Japan uit een bijna tien jaar aanslepende economische malaise te halen?

Koizumi mag een vlotte jongen zijn met een modieuze look, tot nu toe heeft hij een uiterst traditioneel politiek parcours afgelegd. Zoals zo vaak in Japan, komt hij uit een politieke familie: zijn vader Junya en grootvader Matajiro Koizumi waren LDP-parlementsleden en schopten het allebei tot minister. Junichiro, die aan de prestigieuze Keio-universiteit een diploma in de Economie behaalde, brak bij de dood van zijn vader zijn studies in Londen af om zelf in de politiek te gaan. In 1972 werd hij, dertig jaar oud, voor het eerst verkozen. Sindsdien zetelde hij onafgebroken in het parlement. Eind jaren tachtig was hij al even minister van Volksgezondheid. Daarna kreeg hij nog drie keer een ministerportefeuille: in 1992 van Post en Telecommunicatie, in 1996 en 1997 opnieuw van Volksgezondheid.

VERANDER JAPAN!

Tweemaal eerder (in 1995 en 1998) deed Koizumi een gooi naar het voorzitterschap van de LDP. In april van dit jaar slaagde hij, tegen de zin van de partijbonzen, eindelijk in zijn opzet. Hij won de strijd om het partijleiderschap van Ryutaro Hashimoto, die als voormalig regeringsleider en kandidaat van de machtigste factie in de partij favoriet was. Koizumi’s strategie: al wie kritiek heeft op de hoofdstroming in de partij (die van Hashimoto dus) verenigen onder het motto dat hervormingen dringend nodig zijn. ‘Verander de LDP, verander Japan’, luidde de slogan.

Aangezien het parlement de voorzitter van de leidende partij in de coalitie, in dit geval de LDP, automatisch tot regeringsleider benoemt, werd Koizumi drie maanden geleden meteen ook premier – de elfde in twaalf jaar tijd. Hervormingen was ook het sleutelwoord in de toespraken van de nieuwe leider. Zijn eigen partij moest niet proberen die te dwarsbomen, of Koizumi zou haar eigenhandig aanpakken. In het vooruitzicht van de senaatsverkiezingen hielden de bonzen hun mond. De populariteit van kleine Jun kon hun herverkiezing tenslotte vergemakkelijken.

Maar nu de verkiezingskoorts is verdwenen, kan de krachtmeting beginnen. Want de hervormingen die Koizumi voor ogen heeft, zullen heel wat LDP-apparatsjiks diep in het vlees snijden. De rol van de overheid terugdringen en het privé-initiatief aanzwengelen, is de rode draad in het economische herstelprogramma van de Japanse premier. Koizumi wil het budget van openbare werken drastisch terugschroeven en de opbrengst van heffingen op benzine en voertuigen niet langer voorbehouden voor het aanleggen van wegen. Hij wil de post, die een groot deel van de immense Japanse spaargelden via haar eigen spaarbank beheert, privatiseren. Ook de machtige banksector moet saneren en zich in twee of drie jaar van al haar dubieuze leningen ontdoen.

‘Geen winst zonder pijn’, verkondigt Koizumi. En de publieke opinie gelooft hem – eindelijk een leider die daadwerkelijk leiding durft te geven! Maar of de premier erin slaagt het politiek-economische establishment in beweging te krijgen? Een van Koizumi’s eerste beleidsdaden was ervoor zorgen dat het kabinet van de eerste minister meer armslag kreeg. Dat heeft nu een grotere zeg over het budget. Ook is de staf in de kantei, de ambtswoning van de premier, aanzienlijk uitgebreid. Verstandige maatregelen. Wil hij zijn hervormingsplan immers een kans op slagen geven, dan zal Koizumi moeten breken met de Japanse traditie dat regering en partijprominenten het land in consensus besturen.

NATIONALE TROTS

Blijft de vraag of Koizumi’s hervormingsplan deugt. Gezaghebbende internationale publicaties hebben nu al twijfels. ‘Al Koizumi’s ideeën zullen het land nog sneller in een recessie storten. Het laatste wat Japan nu nodig heeft, zijn door hervormingsplannen ingegeven bedrijfssluitingen en baanverliezen’, schrijft The Economist. ‘Koizumi lijkt te geloven dat deregulering en herstructurering de enige remedies zijn voor Japans economische crisis. Maar wat Japan het dringendst moet doen, is het enorme surplus aan spaargeld en de bankcrisis aanpakken’, aldus de Financial Times, die de Koizumi-nomics ronduit ‘zorgwekkend’ noemt.

Zorgwekkend vinden de buurlanden van Japan ook het nationalisme van de Japanse premier. Koizumi heeft aangekondigd de pacifismeclausule uit de Japanse grondwet te willen halen, waarin het land zich verbindt zijn strijdmacht nooit voor offensieve doeleinden te zullen gebruiken. Volgens de regeringsleider kan Japan door die grondwettelijke bepaling geen volwaardige partner zijn in de veiligheidsalliantie met de Verenigde Staten, en kan het op het internationale toneel niet voldoende zijn rol spelen.

Moeilijker te verteren, vinden vroegere slachtoffers de manier waarop de premier met het Japanse oorlogsverleden omspringt. Koizumi weigerde onlangs in te gaan op de vraag van de Chinese en de Zuid-Koreaanse regering om een nieuw geschiedenishandboek aan te passen, waarin de wreedheden van het Japanse leger na de verovering van Mantsjoerije in de jaren dertig werden geminimaliseerd.

Volgens de jongste berichten blijft de Japanse premier ook vasthouden aan zijn plan om zeer binnenkort het Yasukuni-monument in Tokio te bezoeken, waar Japans 2,5 miljoen oorlogsdoden worden herdacht – onder wie zeven door de geallieerden geëxecuteerde oorlogsmisdadigers. Nog maar één premier, Yasuhiro Nakasone, heeft hem dat voorgedaan. Voor de politieke rechterzijde in eigen land bewijst Koizumi daarmee andermaal lef te hebben: lef om de Japanse nationale trots te laten herleven.

Christine Albers

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content