Hubert van Humbeeck

De grote baas van het Internationaal Muntfonds, de Fransman Michel Camdessus, kan maar niet begrijpen dat zijn prestigieuze instelling zich in Moskou zo heeft laten rollen. Zijn deskundigen stonden erbij, maar zagen niet dat miljarden dollars onder hun ogen verdwenen in zakken waarin ze niet thuishoorden. De reactie van Camdessus op dat groeiende schandaal was voor een man van zijn statuur onthutsend. Het probleem was, zei hij in een Amerikaanse krant, dat wij niet hebben voorzien dat met het verdwijnen van het communisme tegelijk ook de staat zelve was weggevallen – zodat de maffia vrij spel kreeg om haar netwerken op te zetten. Dat is net waarvoor iedereen altijd heeft gewaarschuwd.

De gedachte komt daarbij op dat het niet zo kwaad is om lui die op zo’n berg gemeenschapsgeld zitten, aan een kleine ondervraging te onderwerpen: hebben ze wel het formaat om dat goed te beheren? Zoals de oefening die vorige week in het Europees parlement werd gehouden met de kandidaat-commissarissen van Romano Prodi. Wat zo’n kandidaat echt waard is, doet op dat niveau helaas soms weinig ter zake. Over topfuncties in internationale instellingen wordt doorgaans op de sofa beslist. Het optreden van Philippe Busquin is er om dat te staven.

In de schaduw van de belabberde verdediging van Busquin werd er bij ons weinig gelet op wat de Duitse groene kandidate Michaele Schreyer vertelde. Met haar opmerking dat de Belgen niet moesten denken dat ze van haar Europees geld zouden krijgen voor hun dioxinecrisis kreeg ze spontaan applaus van het parlement.

Het was een pijnlijk moment: zo en passant te worden gebrandmerkt door iemand die een wit voetje wil halen. Er is al gezegd: de Belgen zijn de paria’s van de hele Unie geworden. Wat we zelf van onze instellingen denken, verschilt overigens niet zoveel van de mening die Schreyer even ten beste gaf. De verkiezingsuitslag van 13 juni spreekt in dat verband boekdelen.

Het geeft aan waarom het politieke jaar dat nu begint, zo belangrijk is. Er zal meer dan een imagocampagne in enkele vooraanstaande buitenlandse kranten nodig zijn om het gevoel dat het bij ons fout zit weer recht te trekken. De nieuwe regering wil alvast binnenlands het vertrouwen herstellen door te streven naar een beter bestuur. Ze gaf alsnog twee signalen dat ze het meent met dat voornemen. De maatregel om de wet die het wettelijk statuut van samenwonenden regelt nu zonder verder gezeur uit te voeren, heeft oog voor de realiteit van de samenleving. En de aangekondigde conferentie over de staatshervorming kan dat dossier uit de impasse halen, waarin het zes maanden geleden met de eisenbundel van het vorige Vlaamse parlement was beland.

Nu Patrick Janssens heeft aanvaard om kandidaat te zijn voor het voorzitterschap van de SP, staan alle pionnetjes op hun plaats. Janssens komt overigens toevallig op het moment dat Karel Van Miert zijn mandaat als Europees commissaris beëindigt en uit de politiek stapt. Van Miert hielp de socialisten twintig jaar geleden over een dood punt heen, en gaf zijn partij een smoel die paste bij de jaren tachtig. Van Janssens wordt hetzelfde verwacht voor het eerste decennium van de volgende eeuw.

Of hij daarin zal slagen, weet alsnog niemand; hij moet zijn eerste proeve van politieke bekwaamheid nog afleggen. Uit wat hij vertelt, blijkt interesse voor de mens in zijn sociale, concrete levensomstandigheden. Er is in zijn gedachtegoed veel plaats voor thema’s uit groen-linkse hoek – het veld dat de groenen en allerlei organisaties van christelijke inspiratie de voorbije jaren voor zich alleen hadden.

In een gesprek verderop in dit blad zet Johan Vande Lanotte de deur open voor het ACV. Terwijl de CVP nog moeite heeft met de nieuwe rol die haar toebedeeld werd, kijken anderen al verder.

Zoals Michel Camdessus nu tot zijn ontsteltenis ondervindt, is politiek een levende materie. Ze is, zoals de maatschappij zelf, voortdurend in beweging. Omdat ze zolang aan de macht was, had de christen-democratie daar weinig last van – ook al gleed ze langzaam weg. De CVP focust nog altijd in de eerste plaats op zichzelf, op de interne strijd, en niet op wat er in de buitenwereld gebeurt. Zoals de dag na de verkiezingen al bleek, wordt er daar niet meer op haar gewacht.

Hubert van Humbeeck

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content