Koen Meulenaere
Koen Meulenaere Van 1991 tot 2012 de satiricus van Knack

De Kroonraad van Knack bestaat uit Mark Eyskens, Paul Muys, Jacques Rogge, Erik Suy, Monika Van Paemel en Etienne Vermeersch.

Mijnheer Vermeersch, in de Senaat is een bijzondere commissie opgericht om het Belgisch beleid inzake Rwanda te bespreken. Maar een onderzoekscommissie is het niet geworden.

ETIENNE VERMEERSCH : Ik had na de jaarwisseling echt gehoopt dat we opnieuw vertrouwen in de politiek zouden krijgen, maar ik vrees nu het tegendeel. Het was nochtans goed begonnen. Het rapport van de ad-hoc werkgroep en de evenwichtige wijze waarop Guy Verhofstadt de resultaten naar buiten heeft gebracht, getuigden van klasse. Maar de politique politicienne, met al het getouwtrek er omheen, heeft het snel weer overgenomen. Ik denk dat sommigen de ernst van het drama Rwanda niet beseffen. Het gaat om één van de grootste massamoorden sinds de holocaust, met honderdduizenden doden. België is daar nauw bij betrokken. Er zijn ook tien Belgische soldaten vermoord, die daar een vredesopdracht uitvoerden. En dan hoor ik een CVP-politicus zeggen : ?Men kan niet voor om het even wat een onderzoekscommissie oprichten.? Dat doet mij denken aan Le Pen die de uitroeiing van de joden een accident de l’histoire noemde. Rwanda is niet : ?Om het even wat.?

Volgens de CVP is een gewone commissie even zeer in staat om het Rwanda-beleid te onderzoeken.

VERMEERSCH : Daarmee ga ik niet akkoord. Wat de zaak- Dutroux is voor de Belgische justitie, is de zaak-Rwanda voor de Belgische politiek. De zaak-Dutroux zorgde voor totale verwarring : er zijn schuldigen, half schuldigen, schuldigen door domheid, nalatigheid, kwaadwilligheid of wat dan ook. Niemand geraakte er wijs uit. De Commissie-Dutroux is ermee bezig dat gigantische kluwen te ontwarren. Het hele onderzoek ontrolt zich opnieuw voor onze ogen, precies zoals het in de praktijk is gevoerd. Zo kunnen we zelf vaststellen hoe en waarom het is misgelopen. We zien ambtenaren en magistraten stuntelig stamelen of tegen elkaar opliegen, mensen voor wie men anders beeft, staan in al hun naaktheid te kijk.

Ik vergelijk het met de rol die Aristoteles toeschreef aan de Griekse tragedie. Door gevoelens van eleos en phobos, diepe treurnis en angst, op te wekken voltrekt zich een catharsis, een zuiveringsritueel. Die catharsis kan de Commissie-Dutroux spelen voor onze justitie. Een onderzoekscommissie voor Rwanda zou hetzelfde kunnen doen voor de politiek.

Het grote verschil met een gewone commissie is het onder eed horen van getuigen.

VERMEERSCH : Natuurlijk. Laten we de zaak cru stellen : voor een gewone commissie kan je liegen, voor een onderzoekscommissie wordt dat meineed. Daar worden mensen ondervraagd tot ze werkelijk bang worden, tot ze er bij wenen of tot ze een ijzeren masker opzetten, maar ook dat heeft iedereen dan gezien. Voor een onderzoekscommissie worden mensen herleid tot hun reële dimensie, hun naakte mens-zijn en hun medemens-zijn. Je ziet bijvoorbeeld vader Russo, een arbeider, half begrijpend op de schouder kloppen van Leon Giet, een procureur-generaal, en zeggen : ?Vous ne mentez que par omission.?

In de Commissie-Rwanda zullen we ministers zien paraderen, hoge ambtenaren en hoge militairen. Die gaan hun show opvoeren om uit te leggen hoe goed ze het gedaan hebben, of hoe goed ze het bedoeld hebben. Maar de authenticiteit van de Commissie-Dutroux zal ver te zoeken zijn. En dat is jammer. Niet om een paar individuen aan de schandpaal te spijkeren, maar om te beseffen dat we allemaal in meerdere of mindere mate medeverantwoordelijk zijn. Verhofstadt heeft het terecht gezegd. We hebben de genocide van ’94 mee beleefd, en we hebben niets gedaan. Een onderzoekscommissie kan dat falen in al zijn gradaties duidelijk onder de aandacht brengen. Zoals het nu zal verlopen, vrees ik dat het zal uitdraaien op de conclusie : das haben wir nicht gewusst. Ik vind dat een land, dat betrokken is geweest bij wat later in de geschiedenisboeken zal worden vermeld als één van de grootste massamoorden van de eeuw, zich zoiets niet kan veroorloven.

Het blijft mogelijk om deze commissie tot een onderzoekscommissie om te vormen.

VERMEERSCH : Dat zie ik nog niet snel gebeuren. Dan zou je al moeten uitgaan van een vermoeden van schuld tegenover een bepaalde persoon, en dat zal moeilijk zijn. Dit compromis is en blijft een gemiste kans.

We hebben in elk geval gezien waar de macht in dit land niet zit, namelijk bij de volksvertegenwoordiging. De vice-premier komt open en bloot het dictaat van de regering opleggen.

VERMEERSCH : Er worden enorme risico’s met de democratie genomen. Het halen van de Maastricht-norm prevaleert op alles, en al wat de regering in gevaar kan brengen, wordt dus geëlimineerd. Je kunt daar begrip voor opbrengen, maar bij de regeringspartijen zou genoeg verantwoordelijkheidsbesef moeten heersen om in te zien dat als je dat argument te veel hanteert, de democratie geleidelijk wordt vernietigd.

Heeft de CVP het Hof uit de wind willen zetten ?

VERMEERSCH : Ik weet het niet maar er zijn vermoedens. Toch mag men ook dat middel niet zo maar aanwenden. Op lange termijn is ook hier eerlijkheid de beste garantie om het vertrouwen te behouden. Maar er worden andere mensen uit de wind gezet natuurlijk. Het is niet ernstig meer als Leo Delcroix, die als minister één van de dichtst betrokkenen was, mee aan tafel zit op het moment dat men overlegt hoe het onderzoek verder wordt gevoerd.

Eliane Liekendael, de procureur-generaal bij het Hof van Cassatie, heeft de geruchtencampagne tegen Elio Di Rupo nieuw leven ingeblazen.

VERMEERSCH : De woordspeling Mevrouw Liekendael is allicht wat goedkoop, maar ik moet vaststellen dat we hier van de tragedies-Dutroux en -Rwanda wel midden in de burleske belanden. In tegenstelling tot de zaken-Dutroux en -Rwanda, is er in gevallen zoals Di Rupo geen publiek belang bij om niet gecontroleerde geruchten zomaar in de openbaarheid te gooien. Het parlement heeft er goed aan gedaan de hoogste rechtsinstantie eerst om een beoordeling van die geruchten te vragen. Vooral om lekken te vermijden. Maar nu blijkt dat die hoogste rechtsinstantie zelf lekt als een vergiet. Eén van de eerste keren dat ze op de publieke scène het woord voert, verklapt de procureur-generaal dat er nieuwe klachten zijn tegen Di Rupo en tegen een tweede minister. En als men haar daarop wijst, antwoordt ze : ?Oei, heb ik gezegd : twee ? Er zijn er eigenlijk vijf.?

Om de klucht compleet te maken, haast minister De Clerck, die een brave man is, zich dan nog om haar in bescherming te nemen, en op aandoenlijke wijze te verklaren dat ze nog wat nieuw is in het vak, en dat hij het haar nog eens goed zal uitleggen. Alsof ze pas uit het pensionaat komt. Het gaat hier over de hoogste staande magistraat van het land ! Ik hoor van mensen die het kunnen weten, dat mevrouw Liekendael een eminente juriste is. Ik houd mijn hart vast voor het moment waarop niet-eminente juristen het voor het zeggen krijgen.

De Standaard schrijft dat de regering een begrotingstruc heeft uitgehaald door overheidsgebouwen in een patrimoniumvennootschap onder te brengen.

VERMEERSCH : Ik denk dat de regering daar een dieptepunt heeft bereikt. Het spijt me dat te moeten zeggen, want ik behoor niet tot degenen die de anti-politiek willen stimuleren. De regering volgt het voorbeeld van de NMBS : sale and lease back. Het is niet hetzelfde maar het komt wel uit dezelfde trukendoos : operaties om boekhoudkundig op korte termijn de rekening te verfraaien. In het Vlaams hebben we daar een adequaat woord voor : foefelen. Dat een nationale regering, terwijl de hele wereld toekijkt, trucs gebruikt om een begrotingsnorm te halen, vind ik beneden alles. Ik denk niet dat dat in het buitenland het vertrouwen in België zal opkrikken.

De regering zal vermoedelijk in die vennootschappen ?gedepolitiseerde? kabinetsleden aanstellen als bestuurders, die uiteraard billijk vergoed zullen worden. Ondertussen blijven de ambtenaren van de Regie der Gebouwen, waar heel wat bekwame mensen werken, in dienst. Dat lijkt mij geen substantiële besparing. En wat moet de nieuwe NV met die gebouwen doen ? Ze moet ze dynamiseren, verhuren dus. Gedeeltelijk aan diezelfde overheid, gedeeltelijk aan allerlei initiatiefnemers. Misschien wordt de Sint-Michielskathedraal wel verhuurd om er Brueghelfeesten in te houden. Ik overdrijf een beetje maar niet veel.

Twee Franstalige kranten hebben deze week het embargo van het gerecht naast zich neergelegd en het echte verhaal van de opgravingen in Jumet gebracht. Wat het onderzoek mogelijk zware schade toebrengt. Kan dit ?

VERMEERSCH : Er loopt een flinterdunne scheiding tussen het behoorlijk informeren van de bevolking, en het commercieel gericht brengen van sensationeel nieuws. De minste aanleiding volstaat om de commerciële overweging de doorslag te laten geven. Ik denk dat die twee Waalse kranten een fout hebben gemaakt. Al wil ik er meteen aan toevoegen dat de communicatie die uitgaat van gerechtelijke instanties, niet altijd efficiënt is en mij soms ongerust maakt. Ik wil hulde brengen aan professor Crombag die er een paar weken geleden in Knack op gewezen heeft dat men niet mag betrouwen op de valse herinneringen van mensen die in therapie beweren allerlei diabolische en satanische moordpartijen te hebben meegemaakt. Als justitie daaraan geloof gaat hechten, zit ze op een verkeerd spoor en is het hoog tijd dat ze haar licht opsteekt bij echte deskundigen.

In die optiek moet men ook persembargo’s bekijken. Justitie moet geregelde contacten onderhouden met de hoofdredacteurs of rubriekleiders, om duidelijk te maken in welke richting een bepaald onderzoek evolueert, en om dan gemotiveerd te vragen bepaalde zaken voorlopig niet te schrijven. Maar dat moet in overleg gebeuren, zodat er ook weerwerk kan gegeven worden. Wie zich dan niet aan de afspraken houdt en cavalier seul speelt, moet door de collega’s worden uitgestoten.

Een buitenlands thema, tenslotte : de stakingen in Korea. Merkwaardig voor wat wij een lageloonland noemen.

VERMEERSCH : Ja, maar in Korea duikt al sinds vele jaren zo nu en dan een zeer hevige vorm van volksopstand op. Vaak uitgaande van de studenten, en vaak gericht tegen corruptie in het regime. Dat heeft zich nu geconcentreerd op een wet waarmee de regering de traditionele werkzekerheid aantast. We zien een massaprotest tegen een ongebreidelde liberalisering van het economisch leven. En dat is nieuw. Het toont aan dat ook in die landen een beweging kan ontstaan waarvan de eisen vergelijkbaar zijn met die bij ons.

Alleen wil ik niet te vroeg juichen. Korea is, ondanks het economisch succes van de jongste jaren, een relatief beperkt land. Onze problemen van delokalisatie worden niet alleen door Korea veroorzaakt. Het grote probleem in dat opzicht wordt China. Daar heb je aan de ene kant een ongebreideld kapitalisme, en aan de andere kant een reusachtig reservoir van arbeidskrachten dat in toom wordt gehouden door een sterke centrale autoriteit. Als de welstand in een bepaalde stad verbetert en de mensen hogere eisen stellen, wordt de productie gewoon tweehonderd kilometer verlegd, naar andere gebieden waar nog wel veel armoede heerst.

Koen Meulenaere

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content