Als we de peilingen mogen geloven – en dat mogen we beslist niet – krijgt links in Vlaanderen op 7 juni een oplawaai van jewelste. Aan de halte van een nieuw Vlaams bestuur moeten SP.A en Groen! een lange rij centrumrechtse, populistische, rechtse en radicaalrechtse partijen laten voorgaan. Zoals het er nu naar uitziet, zal links op de volgende bus moeten wachten. Als die nog komt. Want rechts Vlaanderen zal ongetwijfeld met genoegen gebruikmaken van openbare diensten om ze daarna met evenveel plezier op een streng dieet te zetten. We zien het vandaag gebeuren met de reddingsoperaties voor de banken én de steunmaatregelen voor de economie. Er is in Europa amper een liberaal te vinden die niet gretig het handje uitsteekt om te kunnen eten uit de ruif van de gemeenschap. Na de maaltijd wordt er steevast nagetafeld over het onderscheid tussen de sterke overheid en de vette overheid. Solidariteit lijkt vanzelfsprekend als de middelen van de gemeenschap naar de private sector stromen en hinderlijk als het omgekeerde gevraagd wordt. In zo’n context heb je de architecten van de solidariteit – de sociaaldemocraten – nodig om alle spelers mee in het bad te krijgen.

Kiezers hebben vandaag wel degelijk een keus. Ze kunnen de mythe van zelfregulering en deregulering omarmen, in de hoop dat de financieel-economische sector zijn credo van maatschappelijk verantwoord ondernemen ernstig neemt. Of ze kunnen besluiten dat het feest van de hebzucht nu lang genoeg heeft geduurd en heldere regels opleggen die het gemeenschappelijke belang dienen.

Er is nog een tweede reden waarom links vandaag absoluut noodzakelijk is. Uitdagingen die geen aandacht kregen in het neoliberale feestgedruis, kunnen nu wel aangepakt worden: de klimaat- en energieproblematiek, de wereldwijde armoede en de grote migratiegolven, de toenemende gezondheidsproblemen en de vergrijzing… Het zijn allemaal bekende problemen waar géén ernstig politiek en economisch antwoord op is gekomen. De financiële en economische crisis biedt ons de kans om verouderde sectoren te hervormen, bedrijvigheden zonder toekomst af te bouwen en te vervangen door een sociale, duurzame en innovatieve economie van de toekomst. Die toekomst wordt vandaag gemaakt óf zal niet meer worden gemaakt.

Op het smeulende puin van het neoliberalisme kan een nieuw Europa gebouwd worden, door visionaire bedrijfsleiders en partijen, door burgers en hun middenveld die geloven in de vooruitgang. En laat het geloof in vooruitgang nu net het handelsmerk zijn van de Europese sociaaldemocratie. Jazeker, je kunt kiezen voor de coalitie van een politicus die tegen zijn goesting premier is. Er kan ook gekozen worden voor de machovariant van Pim Fortuyn. Of je kunt kiezen voor een nieuwe generatie politici, die ongetwijfeld nog alles moet bewijzen, maar die gedreven wordt door het geloof in de vooruitgang. Alleen een progressieve stem biedt een garantie op verandering. De oude generatie heeft immers al bewezen dat haar recepten heilloos zijn.

JAN DE ZUTTER IS REDACTIELID VAN SAMENLEVING EN POLITIEK. UITGEBREIDE VERSIE VAN DIT STUK TE LEZEN IN HET APRILNUMMER VAN SAMPOL

door Jan de Zutter

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content