Marc Van Peel begint aan de moeilijkste dagen van zijn CVP-voorzitterschap. Hij moet de Europese lijst samenstellen en de bom Wilfried Martens ontmijnen.

Deze week kiest de Europese Volkspartij (EVP) tijdens een driedaags congres in Brussel een nieuwe voorzitter. Meer dan waarschijnlijk krijgt Wilfried Martens (CVP) een nieuw mandaat, want de voormalige premier is de enige kandidaat.

Het congres staat volledig in het teken van de Europese verkiezingen, die op 13 juni in de vijftien lidstaten van de Unie worden gehouden. Het is bovendien het eerste congres van de Europese christen-democratie zonder de “eeuwige” Duitse kanselier Helmut Kohl die tot voor kort op beslissende momenten de marsrichting aangaf. Zijn rol komt nu de Spaanse premier José Maria Aznar toe. Met Jean-Luc Dehaene (CVP) en Jean-Claude Juncker uit Luxemburg is hij momenteel de enige EVP-regeringsleider in de Unie. Aznar komt echter uit een groot land. Bijgevolg wordt hij de volgende maanden en jaren de centrale figuur in de Europese christen-democratie.

Ook de Europese socialisten hebben de kiescampagne op gang geschoten. In Wenen keurden ze een manifest met 21 Europese engagementen goed, met bovenaan het “tewerkstellingspact” en het sociale Europa. Afgezien daarvan hebben ze het over een fiscale gedragscode die dumpingpraktijken onmogelijk moet maken. De hete hangijzers – hervorming van de instellingen, landbouw en bijdrage van de lidstaten – doet de sociaal-democratie af met grote, nietszeggende principes.

Toch zijn de engagementen deze keer een stuk concreter dan in 1994. Dat heeft veel, zoniet alles met de groeiende macht van het parlement te maken. Ondanks hun dominante positie in de Europese Raad – elf van de vijftien regeringen worden door socialisten geleid – beseffen de socialistische leiders dat het parlement de volgende legislatuur een stuk eigengereider zal optreden. Door het verdrag van Amsterdam beschikt het over nieuwe hefbomen om de besluitvorming bij te sturen. Een eerste test komt er al in juli, wanneer het nieuwe parlement zijn fiat over de opvolging van de christen-democratische commissievoorzitter Jacques Santer moet geven. Als de EVP zich niet terugvindt in de nieuwe kandidaat en tegenstemt, dreigt een ernstig institutioneel conflict.

MARTENS VREESDE EEN HINDERLAAG

Wegens de sterke positie van de linkerzijde in de Europese Raad moeten de christen-democraten alles op alles zetten om zo sterk mogelijk uit de Europese verkiezingen te komen. Indien ze deze keer de sterkste fractie vormen (op 626 parlementsleden tellen ze nu 202 leden tegen 214 socialisten) hebben ze recht van spreken bij het aanwijzen van de commissievoorzitter. Het belang daarvan kan nauwelijks overschat worden. Door de invoering van de euro en de groeiende internationale rol van de Unie is het aanwijzen van de commissievoorzitter van groot strategisch belang.

Ook voor de christen-democratie is het een staatszaak om, middels een zo sterk mogelijke parlementsfractie, mee over de opvolging van Santer te beslissen. Het was op het besloten EVP-conclaaf van 18 januari in Madrid al een gespreksthema en in Brussel zal Aznar er opnieuw op hameren. De Spaanse premier is trouwens aan een politieke metamorfose begonnen. Hij wil absoluut van zijn rechts etiket af en zuiverde onlangs zowel binnen de regering als in de Partido Popular (PP) enkele figuren weg die te veel aan het verleden herinnerden. Aznar, die de jongste maanden graag met de Britse socialistische premier Tony Blair optrekt en zich op zijn beurt in de Derde Weg verdiepte, meent dat hij het recept op zak heeft om “het hervormde centrum van de 21ste eeuw” te veroveren. Uiteraard in Spanje, waar hij in de peilingen nu spectaculair voorligt op de socialisten, maar ook in de de Europese Unie. “We vullen nu al meer ruimte dan de CDU in Duitsland”, zei hij vorige week in het blad El Mundo.

In Brussel zal CVP-voorzitter Marc Van Peel de oren spitsen als Aznar het woord neemt. Al geruime tijd stoort het hem dat de EVP het centrum verlaat en rechts systematisch voorrang verleent. In mei vorig jaar kwam het tussen de CVP en Martens tot een aanvaring, omdat individuele leden van Forza Italia tot de EVP-fractie van het Europees parlement konden toetreden. Hoewel de principiële beslissing ten huize Kohl, in aanwezigheid van premier Dehaene en Aznar werd genomen, kreeg “uitvoerder” Martens op maandag 18 mei de volle lading van het partijbureau. Volgens een van de aanwezigen stond Martens toen compleet geïsoleerd en werd hij vakkundig afgemaakt. Niemand bracht enig begrip op voor zijn Europese Realpolitik. Ook de rechterzijde of de gebroeders Herman en Eric Van Rompuy niet. Iedereen verketterde de “ruk naar rechts” van de EVP. Sinds dat partijbureau van 18 mei dook plots het gerucht op dat de voormalige eerste minister niet in aanmerking kwam om de Europese lijst van de CVP te trekken. Het gerucht bleef aanhouden, ook na de top in Cardiff waar de leiding van de EVP – zowel Kohl als Dehaene waren present – zich eensgezind achter Martens schaarde.

In Cardiff was Martens bitter over de CVP, die hij ervan verdacht hem in een hinderlaag te hebben gelokt. Hij vermoedde dat het incident met Forza bewust was opgeblazen. Het feit dat zowel Dehaene als minister-president Luc Van den Brande reeds in mei federaal en regionaal boegbeeld werden, terwijl er over Martens vandaag nog altijd geen duidelijkheid bestaat, voedt dat vermoeden. Betekenisvol is ook dat onder de vier boegbeelden die de CVP de volgende dagen zal promoten, zich geen Martens bevindt.

DE FEITEN KLOPPEN NIET

Onder de vier wel Van den Brande, Reginald Moreels, Stefaan De Clerck en minister van Arbeid Miet Smet, die opkomt voor soepeler werkvoorwaarden en een nieuw evenwicht tussen werkgever en werknemer. Volgens Van Peel geeft de keuze van het vierspan geen enkele indicatie over wie er in een volgende regering wel of niet minister wordt. “Alle speculaties hierover zijn naast de kwestie.” Verder ontkende de CVP-voorzitter dat de keuze van Smet betekent dat zij als Europese lijsttrekker wordt uitgespeeld. “Die beslissing valt pas op het partijbureau van 23 februari.”

Nochtans wordt Miet Smet door iedereen als grote concurrent van Martens getipt en volgens eensluidende geruchten heeft de partijtop de knoop al doorgehakt. Ze zou de centrumkoers die de CVP binnen de EVP wil voeren, geloofwaardiger personaliseren dan de EVP-voorzitter. Het problematische aan dit (politieke) verhaal is dat er nogal wat feiten zijn die er niet mee kloppen. Zo staat het vast dat de CVP-leiding Smet al in maart 1998 voorstelde om de Europese lijst aan te voeren. Vele weken voor de rel rond Forza Italia uitbrak, was Martens dus al afgeschreven. Waardoor de versie dat het om een diepgaand politiek meningsverschil gaat, onderuit wordt gehaald.

Veeleer lijkt het erop dat de controverse rond de richting van de EVP sommige kopstukken in de partij een gedroomd alibi verschaft om enkele oude rekeningen met Martens te vereffenen. Als regeringsleider leefde Martens meestal op gespannen voet met een partijleiding die tot de rechtervleugel behoorde. Eerst was er Leo Tindemans, vervolgens Frank Swaelen en toen Herman Van Rompuy. De huidige vice-premier kon zich heel rancuneus over Martens uitlaten en heeft sommige van diens beleidsdaden en uitspraken nooit verteerd. Toen Van Rompuy het voorzitterschap van de CVP voor een ministerpost inruilde, verklaarde Martens: “Er gaat een partijvoorzitter weg die in zijn opdracht is mislukt. Volkomen mislukt.”

Voor Van Peel wordt de samenstelling van de Europese lijst een barre tocht door een mijnenveld. Met de “ruk naar het centrum” van Aznar vervalt een deel van zijn politieke argumentatie om Martens te degraderen. Nu al komt die argumentatie weinig serieus over, aangezien Van Peel op 19 januari een brief schreef, waarin hij Martens namens de CVP als kandidaat-EVP-voorzitter voordroeg. Martens’degradatie zou bovendien Aznar verstoren en het strategisch plan voor een zo sterk mogelijke EVP-fractie ontwrichten.

Ook voor de volgende legislatuur is Martens de grootste kanshebber om de fractie te leiden. Alleszins is hij de kandidaat van Madrid. Als Van Peel de raad van de “vrienden” in de Vlaamse coulissen volgt, trapt hij op lange Europese tenen en geeft hij veel invloed in de EVP op. Daarbovenop riskeert hij een enorme interne ravage en dreigt hij de draken uit de jaren tachtig opnieuw tot leven te wekken. Gegeven zijn Europese staat van dienst is Martens minder dan ooit bereid om zo’n affront te slikken en wil hij zich tot het uiterste weren. Ook al omdat hij absoluut overtuigd is dat het om een laag manoeuvre met een overdosis hypocrisie gaat.

Paul Goossens

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content