Met de machtswissel in Groot-Brittannië is er weer hoop voor een versnelde Europese integratie. Er wordt opnieuw gedroomd, bij- voorbeeld van het fameuze sociaal Europa.

Nauwelijks acht dagen na zijn verkiezing, kreeg de verse Britse premier Tony Blair al de Nederlandse minister-president Wim Kok op de stoep. Zoveel spoed kan verbazen, maar Kok die tot eind juni het voorzitterschap van de Unie waarneemt, heeft haast. Op 16 en 17 juni hoopt hij in Amsterdam de Intergouvernementele Conferentie (IGC) af te sluiten, zodat de Unie met een nieuw verdrag een punt achter de twintigste eeuw kan zetten. Sinds Nederland in zowat heel Europa als model wordt geprezen, heeft Kok een diplomatiek succes niet echt nodig. Toch plooit hij zich dubbel om de moeizame onderhandelingen af te ronden onder het Nederlands voorzitterschap. Daarom komt er volgende week een informele top van regeringsleiders in Noordwijk. En daarom dus trok Kok na de landslide van zijn geestesverwant in zeven haasten naar Londen. Zelfs Bill Clinton die pas volgende week bij de Blairs aanbelt, werd in snelheid genomen.

De hoop van Kok om op een drafje met de nieuwe Britse eerste-minister tot zaken te komen, werd echter niet vervuld. Tijdens het ?constructieve? gesprek en de dito werklunch liet Blair zich niet betrappen op noemenswaardige concessies. Na afloop viel er aan Nederlandse kant alles behalve euforie te merken. De Nederlandse premier vatte het als volgt samen : ?Het is minder moeilijk dan vroeger (met de conservatieve regering), maar het is nog altijd a hell of a job.?

Vijf dagen voordien leek het er even op alsof de Unie en Groot-Brittannië ineens in elkaars armen zouden vallen. In Brussel verklaarde de kersverse minister voor Europese Zaken Douglas Henderson dat zijn land het sociaal protocol dat de Tories altijd hadden geboycot , zou aanvaarden. Die toezegging lag in de lijn van de verwachtingen. New Labour maakte er nooit een geheim van dat ze op dat punt met het beleid van de vorige regering zou breken. Wat wél verbaasde, was de snelheid waarmee het die bocht nam. Dat voedde de hoop dat de socialistische regering ook in andere gevoelige Europese dossiers enkele Britse taboes zou opgeven. De figuur van Henderson, een man zonder enig Europees verleden want met een volledig wit blad, wekte eveneens verwachtingen. Omdat hij zich nooit over Europa had uitgesproken, was hij de gevangene van zijn woorden niet. Hij kon bijgevolg onbevangen en eindeloos onderhandelen. Voor dat laatste beschikte hij over de gepaste conditie : Henderson is een marathonloper en klopte in Londense stratenlopen bij herhaling de voormalige Olympische medaillewinnaar en conservatief parlementslid Sebastian Coe.

HET NATIONAAL BELANG PRIMEERT

Helaas. Het Lagerhuis mag dan voor meer dan de helft uit nieuwelingen bestaan en Labour mag zowel haar doctrine, stijl en politiek personeel hebben gemoderniseerd, in Europese zaken blijven tal van jarenoude axioma’s overeind. Het nationaal belang primeert, gaf Blair zijn Nederlandse collega mee. In de praktijk betekent dat onder meer dat de nieuwe Britse regering het vetorecht niet wil opgeven. Als dat goed uitkomt, wil Londen Europese initiatieven blijven verlammen. Bijvoorbeeld inzake buitenlands beleid. De Britten willen niet weten van een integratie van de West-Europese Unie (WEU) in het Europees geheel. Vooral de Franse president Jacques Chirac drong daar op aan en Duitsland heeft er wel oren naar. De kans dat de Britten hier substantieel zullen toegeven, wordt bijzonder klein geacht, zodat het Europees buitenlands beleid het ook in de toekomst zonder militaire arm moet doen.

Het traditioneel Brits verzet tegen een meer flexibele Europese constructie valt evenmin weg. Londen ziet het niet zitten dat groepen landen of deelgebieden besluiten het eigen integratietempo te verhogen. Het betreft hier nog geen klein meningsverschil : tot vervelens toe hebben een Helmut Kohl en een Jean-Luc Dehaene verklaard dat het ondenkbaar is dat het traagste land het tempo van de Europese eenmaking bepaalt. Op de top van Amsterdam kan men zich over dit punt ongetwijfeld aan een krachtproef verwachten. Even zeer hommeles wordt het in verband met het verdrag van Schengen over de afschaffing van de grenscontroles en de samenwerking tussen justitie en politie van de aangesloten landen. Ook het Groot-Brittannië van Blair denkt er niet aan de controles aan de binnengrenzen te verzaken. Als Schengen in het nieuwe verdrag van Amsterdam wordt ondergebracht wat een meerderheid van lidstaten wenst , zullen de Britten een nieuwe opt-out vragen. Als ze die stap zetten, slikken ze echter het beginsel van de flexibele Europese integratie of het Europa met de verschillende snelheden. Opnieuw hangt er dus een veto in de lucht.

Hans Van Mierlo, de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, resumeerde : ?Met de eurosceptische Tories was de deur naar Europa half dicht, met Labour is ze half open. Ik maak me dus geen illusies. Ook de Britse socialisten wonen op een eiland. Dat bepaalt in hoge mate hun houding tegenover Europa.? Over zeer veel heikele punten blijft de Britse achterdocht tegenover Europa intact, zodat het ook de volgende jaren alvast niet aan conflictstof zal ontbreken.

Dat de Britten nu het sociaal handvest onderschrijven, is niet zonder betekenis, maar die betekenis mag ook niet overroepen worden. In tegenstelling tot wat christen- en sociaal-democraten hun achterban soms voorhouden, betekent het einde van het Brits verzet allerminst de glorieuse intrede van het zo verhoopte sociale Europa. Het drama van Renault-Vilvoorde toonde nog eens duidelijk de kwetsbaarheid van het huidige Europa aan. Een complete kortsluiting met de publieke opinie is zo gebeurd. Tot diep in de liberale rangen weerklonk onlangs de roep om vlug de sociale dimensie van de Unie te versterken, zoniet dreigde de burger zich voor goed van Europa af te keren.

SOCIAAL PROTOCOL IS DODE MUS

Die kreet zal effect sorteren. Althans op papier. De verhoogde belangstelling voor het sociale Europa, de toegenomen maatschappelijke druk en de nieuwe bewoner van Downing Street 10 zullen het verdrag van Amsterdam kleuren. Vrijwel zeker wordt het luik over de werkgelegenheid, waarop socialisten en de meeste christen-democraten al geruime tijd hameren, nu echt in het verdrag opgenomen. Maar ook de draagwijdte daarvan dient vooral niet overschat te worden. Over zulke thema’s is een verdragtekst doorgaans weing concreet. Bijna altijd ontbreken strikte normen niet te vergelijken dus met de ijzeren criteria van Maastricht die al meer dan vijf jaar de Europese samenlevingen omknellen en waarvoor alle regeringen, ongeacht hun kleur of samenstelling, zich krom plooien.

Als er in Amsterdam al afspraken over werkgelegenheidsnormen gemaakt worden wat zeer onwaarschijnlijk is , zullen ze van een verregaande soepelheid getuigen, voor vele interpretaties vatbaar blijken en in geen geval vergezeld gaan van sancties. Een mooie verdragtekst met ronkende zinnen over het recht op werk engageert bijgevolg tot weinig. En aangezien arbeids- en werkgelegenheidspolitiek nog altijd tot de nationale materies behoren en dat zal zo blijven , dreigt het impact van zo’n verdragtekst erg mager uit te vallen.

Volgens een deel van het Europees establishment is er echter een misverstand in het spel. Het sociale Europa zou niet zo zeer over tewerkstelling gaan, dan wel over arbeidsvoorwaarden. Daarover heeft de Unie namelijk wel recht van spreken. Sinds 1992 hebben de veertien Groot-Brittannië deed immers niet mee al eindeloos gebakkeleid en over welgeteld twee betekenisvolle directieven een consensus gevonden. Eén over de ondernemingsraden van multinationale bedrijven, en één over het onbetaald ouderschapsverlof. Ondanks de tegenkanting van de vroegere Britse premier John Major, die beweerde dat het sociaal handvest zijn land een half miljoen banen zou kosten, zijn diverse Britse bedrijfsleiders vrijwillig met de ondernemingsraden begonnen. ?Waarom ook niet ?? zeiden sommigen in The Independent. ?Dit sociaal protocol is totaal onschuldig.? Het socialistisch Europees parlementslid An Van Lancker spreekt dat niet tegen. ?Het sociaal protocol is een dode mus. Er zal wat anders nodig zijn om de burger weer met Europa te verzoenen.?

Wie zich oprecht verheugde over de herwonnen belangstelling voor het sociale Europa, was de bevoegde commissaris, Padraig Flynn. ?Als ik de vele oproepen hoor, krijg ik opnieuw moed,? vertrouwde hij het Europees parlement toe. ?De vorige jaren lag het bijzonder moeilijk om over sociale zaken een consensus tussen de lidstaten te vinden. In alle eerlijkheid, veel landen zijn voorstander van deregulatie of precies het tegendeel van meer sociale spelregels.? Ook zonder Groot-Brittannië was het bijna onbegonnen werk om vaart in het Europees sociaal overleg te krijgen. Over de Europese ondernemingsraden werd zowat vijftien jaar gepalaverd en over het ouderschapsverlof niet veel minder. Alleen intentieverklaringen of maatregelen die niemand pijn doen, lijken haalbaar. De landen met de minst vergaande normen zetten de toon en niet omgekeerd. Griekenland en Portugal, die allebei nochtans door sociaal-democraten worden geleid, willen van geen hechter sociaal vangnet weten, omdat ze voor hun concurrentiepositie vrezen.

Daarnaast lopen natuurlijk de begrotingstekorten in de weg. De koers naar de muntunie laat op dit ogenblik nauwelijks ruimte voor sociale correcties, omwille van de budgettaire gevolgen ervan. Het is maar de vraag of het nadien anders wordt, want dan staat het stabiliteitspact op stapel. Zolang het de Unie niet gelukt om een substantiële daling van zijn werkloosheid te realiseren, is er geen denken aan sociale bijsturingen van enige omvang. Het tegendeel ligt voor de hand, namelijk verder snoeien in de uitkeringen en de sociale bescherming. Meer dan ooit staat het fameuze Europese sociale model onder druk. De voormalige commissievoorzitter Jacques Delors maakt zich daar al een tijd zorgen over. ?We hebben sinds Maastricht het sociaal-economische luik systematisch verwaarloosd. Alle aandacht ging naar het monetaire. Vandaar het onevenwicht.?

Paul Goossens

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content