De Harley-Davidson, een bijna mythische motor, bestaat honderd jaar. ‘Wij zien de Hells Angels als gewone, goede klanten.’
‘Wij distantiëren ons niet van de Hells Angels, maar we zijn er ook niet aan gelieerd’, zegt marketingmanager Mark Op de Beeck van Harley-Davidson, die zelf alle bendeleiders goed kent. De Hells Angels zijn vaak prominent aanwezig op Harley-Davidsonbijeenkomsten, en omgekeerd worden evenementen van de Hells Angels soms gesponsord door Harley-dealers. Volgens Mark Op de Beeck wordt het imago van de bijna mythische motor echter niet negatief beïnvloed door de criminele reputatie van de motorbende: ‘Ik geef altijd dezelfde drie punten als antwoord. Eén: ik oordeel niet over hun crimineel gedrag, dat doet de rechter. Twee: het zijn goede klanten en ik vraag nooit waar goede klanten hun geld halen. Drie: de basis van het motorgebeuren is de kameraadschap, en zeker bij de Hells Angels.’
Honderd jaar geleden sleutelden William Harley en de broers Davidson in een schuur in Milwaukee hun eerste motor in elkaar. In geen tijd werd Harley-Davidson het grootste motormerk van Amerika. De wereldwijde populariteit kwam er met de Tweede Wereldoorlog, toen het Amerikaanse leger oprukte met 90.000 Harleys, en met de bikersfilms in de jaren zestig zoals Easy Rider, die de motor tot een icoon en een sterk merk maakten. In 1969 werd het bedrijf overgenomen door de holding AMF, die de technologie volledig verwaarloosde. De Harley werd daarna weggeconcurreerd door de Japanse motoren, die beter en goedkoper waren. Begin jaren tachtig was het faillissement zelfs nabij.
Het bedrijf werd uitgekocht door zijn eigen managers, ging naar de beurs en slaagde erin een heropleving tot stand te brengen. Op het dieptepunt werden maar 30.000 motoren per jaar verkocht, nu weer ruim een kwart miljoen. De motor is technisch vernieuwd, maar blijft ook de traditie trouw – eigenaars zijn verliefd op het typische bromgeluid van een Harley. Bovendien wordt veel geld verdiend met de talloze accessoires. Mark Op de Beeck: ‘Een reden voor de heropleving is zeker de oprichting van de Harley- Davidson Owner-clubs, de HOG’s. Die hebben colours, chapters en structuren zoals de Hells Angels. Maar als wij iets organiseren, is het wel in hotels met minstens drie sterren. Het familiegevoel is de basis van het succes. Het is een vorm van social cocooning.’
Volgens Mark Op de Beeck gaat 15 procent van de verkoop naar hard core bikers zoals de Hells Angels, en 85 procent naar zondagsrijders uit de midden- en topklasse – want de Harley is een duur luxeartikel. ‘Wij cultiveren een imago dat wat stoer en ruig is, maar níét gevaarlijk en crimineel.’
