Voorlopig heeft SAir Sabena geen zekerheid te bieden. Omdat de Zwitserse groep nog niet weet waar ze zelf naartoe wil.

Wat hem betrof, kunnen Sabena en Swissair maar het best ‘gescheiden wegen’ op. Aldus Mario Corti, de nieuwe grote baas van de Zwitserse SAirGroup, toen hem vorige vrijdag werd gevraagd hoe hij de toekomstige relatie tussen Swissair en Sabena zag. Groot nieuws vertelde hij daar niet mee. Het voornemen staat namelijk haast met zoveel woorden in het akkoord dat SAir vorige maand sloot met de Belgische staat, Sabena’s meerderheidsaandeelhouder: dat SAir zijn engagement in het Belgische bedrijf wil ‘herevalueren’, met de bedoeling beide luchtvaartmaatschappijen in de nabije toekomst ‘een aanzienlijke onafhankelijkheid’ te verschaffen.

Corti – tot nu toe financieel directeur van het voedingsconcern Nestlé en in de Zwitserse pers al eens Super Mario genoemd – was de enige van de tien SAir-bestuurders die een goede week geleden géén ontslag nam. Daarmee lag het voor de hand dat hij de nieuwe sterke man van de groep zou worden. De beurs, waar SAir tot een dieptepunt zakte nadat bekend was geraakt dat de groep tegen een gigantisch verlies aankijkt, kon het appreciëren: vergeleken met het begin van de week steeg het SAir-aandeel aan het eind ervan met zestien procent.

Wat Corti en SAir precies in de zin mogen hebben met Sabena – waarvan het management nu al virtueel onder Zwitserse controle staat – blijft er niet minder mistig op. Pas volgende maand komt daarover uitsluitsel. Op 2 april maakt SAir zijn (zeer negatieve) resultaten voor het boekjaar 2000 officieel bekend en moet blijken voor welke nieuwe strategie de groep zal kiezen. Op 25 april volgt nog de algemene vergadering.

Inmiddels houdt minister Rik Daems (VLD), verantwoordelijk voor de overheidsbedrijven, niet op te herhalen dat ‘Zürich’ hierover wat Sabena betreft niet in zijn eentje te beslissen heeft, maar contractueel het een en ander moet doen in overleg met de Belgische meerderheidsaandeelhouder. Daems’ probleem is dat beider perspectieven geheel verschillen. Voor Daems telt in de eerste plaats het belang van Sabena als bedrijf en werkverschaffer. Nauw daarmee verbonden is het belang van de luchthaven van Zaventem, een van de belangrijkste economische groeipolen van het land. En zonder strategische alliantie staat Sabena er maar beroerd voor.

ROEKELOZE EXPANSIE

SAir ziet de verlieslatende Belgische carrier op dit moment daarentegen in de eerste plaats als een kostenfactor. En net daar spant het voor de Zwitserse groep, die misschien enkele winstgevende nevenactiviteiten zal moeten verkopen om zijn eigen financiële behoeften te dekken. Met name het Duitse Lufthansa profileert zich daarvoor als de gedoodverfde kandidaat.

Niettemin bekleedt Sabena binnen de SAirGroup een andere positie dan LTU, Air Liberté, AOM en Air Littoral, de al even deficitaire Duitse en Franse maatschappijen waarin SAir eveneens 49 procent van de aandelen bezit. De participatie paste in de nu roekeloos gebleken expansiepolitiek waarmee SAir rond Swissair een netwerk van allianties trachtte te smeden. Zo wou de groep de concurrentie aangaan met de transcontinentale allianties waarmee andere Europese ‘groten’ als Lufthansa, Air France of British Airways hun positie in het geglobaliseerde luchtverkeer willen verankeren.

Niet al SAirs partners staan evenwel op dezelfde voet. LTU is een (weliswaar belangrijke) Duitse chartermaatschappij, maar toch niet meer dan dat. AOM, Air Liberté en Air Littoral zijn drie kleine niche-spelers, waarrond SAir hoopte een deuxième pôle te creëren, als concurrent voor Air France, maar dat project blijft verre toekomstmuziek. Sabena is daarentegen een volwaardige nationale luchtvaartmaatschappij, die een gediversifieerd en fijnmazig netwerk exploiteert en een uitgebreid pakket luchtverkeersrechten in portefeuille houdt. Sabena biedt SAir een rechtstreekse toegang tot het Europese luchtruim, waarvan het nu uitgesloten is omdat Zwitserland voor het lidmaatschap van de EU heeft bedankt. Via het Sabena-netwerk kon SAir in Zaventem een hub uitbouwen, waarlangs passagiers en vracht van en naar Swissair-vluchten kunnen transiteren.

De structurele samenwerking met Sabena vindt haar verlengstuk in het (officieel in Londen gevestigde) Airline Management Partnership (AMP). Dit gezamenlijke dochterbedrijf van Sabena en Swissair overkoepelt een cruciaal deel van beider verkeersactiviteiten, met inbegrip van marketing, verkoop, routeplanning, vlootbeheer en – niet te vergeten – informatica. AMP genereert voor de SAirGroup belangrijke synergieën, versta: besparingen, naar verluidt 4 miljard frank (100 miljoen euro) per jaar.

Een breuk tussen Swissair en Sabena zou niet alleen inhouden dat SAir moet opdraaien voor allerlei schadevergoedingen en alle investeringen in de Belgische maatschappij moet afschrijven, maar ook dat AMP weer uit elkaar moet worden gepuzzeld. Dan blijft Sabena als een verweesd en haast onleefbaar bedrijf achter. Maar ook als het onderdak blijft vinden binnen de SAirGroup, zal Sabena zich met wat minder tevreden moeten stellen. De vraag is alleen nog: met hoeveel minder.

Marc Reynebeau

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content