De baas is het gelukkigst

'De meeste werknemers voelen zich gedwongen om op een zo kort mogelijke tijd het maximum uit hun loopbaan te halen.' © GettyImages

Belgische werknemers zijn gemotiveerd en geëngageerd. Toch moeten bedrijven in de toekomst veel meer inzetten op flexibele carrières. Dat blijkt uit een grote enquête van hr-bedrijf Attentia.

Bijna een vierde van de Belgische werknemers loopt het risico op een burn-out. Dat is alvast de conclusie van een onderzoek door Attentia dat Knack kon inkijken. Het hr-bedrijf verzamelde in 2015 gegevens van 15.000 werknemers omtrent hun welzijn op het werkvloer. Met de motivatie zit het alvast goed. Acht op de tien Belgische werknemers voelen zich geëngageerd en hebben een gezonde werklust. Nog eens 77 % beleeft plezier aan zijn werk. Toch kan al die arbeidsvreugde niet verhullen dat bij veel werknemers de batterijen ’s avonds leeglopen. ‘Mensen zijn geëngageerd en investeren veel in hun job, maar moeten dat soms bekopen met een verhoogde herstelnood’, zegt Kristel Bracke, directeur preventie en bescherming bij Attentia.

Herstelnood is de tijd die mensen nodig hebben om te recupereren van hun werkdag. Moet u zichzelf forceren om thuis nog iets gedaan te krijgen na een dag op het werk? Kunt u zich moeilijk ontspannen in uw vrije tijd? Hebt u meer dan een uur nodig om te recupereren van uw dagtaak? Het zijn tekenen die wijzen op herstelnood. Uit de cijfers van Attentia blijkt dat 39 % van de Belgische werknemers het moeilijk heeft om na de werkuren te recupereren. 23 % van hen zit zelfs in de rode zone. ‘Bij hen lopen de batterijen elke dag helemaal leeg en is er geen enkele ruimte voor recuperatie. Zij zitten in de gevarenzone en dreigen uit te vallen. Uitputting is namelijk een van de belangrijkste kenmerken van een burn-out’, zegt Bracke.

Een gebrek aan energie

Ook Lode Godderis, professor arbeidsgeneeskunde aan de KU Leuven, wijst op de gevaren van een hoge herstelnood. ‘Mensen met een burn-out kampen met een energieprobleem: hun werk vreet energie en daarvan kunnen ze niet recupereren. Een hoge herstelnood is dus zeker een belangrijk alarmsignaal.’ Toch wil dat nog niet zeggen dat iedereen die eens afgemat is na een lastige werkdag op een burn-out afstevent. Godderis maakt de vergelijking met wielrenners: na een zware training komen die ook stikkapot thuis, terwijl ze wel met veel voldoening terugblikken op hun prestatie. ‘Pas als mensen elke dag over de grens gaan en gedurende lange tijd niet recupereren, worden ze heel vatbaar voor een burn-out. Bovendien spelen andere risicofactoren een rol. Werknemers die niet alleen kampen met een hoge herstelnood, maar ook met een gering engagement en weinig werkplezier: zij vormen de échte risicogroep. Ze staan aan de rand van een burn-out’, zegt Godderis.

Elke werknemer zal tijdens zijn carrière op verschillende momenten naar adem moeten happen. Wie net aan de slag is in een nieuwe job, komt na de werkuren doodmoe thuis door de toevloed aan informatie die verwerkt moet worden. Van oudere werknemers vergt het altijd wat meer energie om nieuwigheden aan te leren. Werknemers tussen 35 en 45 jaar hebben het het lastigst, zo blijkt uit het onderzoek van Attentia. Binnen die leeftijdscategorie ervaart maar liefst 43 % een acute herstelnood. ‘In die levensfase gebeurt alles tegelijk: een job met meer verantwoordelijkheid of een leidinggevende functie moet gecombineerd worden met een druk gezinsleven. Het is begrijpelijk dat sommigen op het eind van de werkdag kampen met een hoge mentale vermoeidheid’, stelt Bracke. Ter vergelijking: bij de -25-jarigen slaagt 31 % er niet voldoende in om te recupereren, bij de 55-plussers is dat 37 %.

Zijn dertigers en jonge veertigers dan het meest vatbaar voor een burn-out? ‘Niet noodzakelijk. De meeste mensen kunnen op die momenten wel kaderen waarom ze in het rood gaan. Ze weten waar de knelpunten liggen en stellen zich daarop in. Dat zorgt voor een andere mindset. Dat kan een belangrijke buffer zijn tegen lichamelijke stressklachten’, zegt stressexperte en VUB-professor Elke Van Hoof.

Citroenloopbanen

Experts stippen verschillende oorzaken aan voor de problematische herstelnood op de Belgische arbeidsmarkt. Van Hoof ziet in de cijfers een teken van ‘reorganisatiemoeheid’. Door de economische crisis moesten veel bedrijven geherstructureerd worden. ‘Na een grondige reorganisatie duurt het bij werknemers gemiddeld drie maanden vooraleer ze hun oude energiepeil bereiken’, stelt Van Hoof vast. Vaak pakken ondernemingen de communicatie over zo’n reorganisatie ook fout aan. ‘Ik kreeg een man over de vloer die worstelde met zijn nieuwe takenpakket. Op donderdag kreeg hij te horen dat hij na het weekend niet langer enkel verantwoordelijk was voor de Belgische activiteiten van het bedrijf, maar ook voor die in zes andere landen. Als werknemers daar niet op voorbereid zijn, hoef je niet versteld te staan dat ze dat niet zien zitten.’

Professor Ans De Vos van de Antwerp Management School noemt de cijfers van Attentia ‘zorgwekkend maar zeker niet verbazingwekkend. Het is een typisch gevolg van onze citroenloopbanen. De meeste werknemers voelen zich gedwongen om op een zo kort mogelijke tijd het maximum uit hun loopbaan te halen. Het lijkt alsof die al in een definitieve plooi moet liggen wanneer we 35 zijn. Op die leeftijd gaan we voluit voor de carrière terwijl het ook in ons persoonlijke leven spitsuur is. Dat is natuurlijk absurd. Wie 35 is, heeft nog altijd een loopbaan van minstens 32 jaar voor de boeg.’ Net daarom pleit de professor voor flexibele carrières: ondernemingen moeten hun medewerkers de ruimte laten om gas terug te nemen op de momenten dat hun privéleven chaotischer is – door de zorg voor hun kinderen of ouders – en het gaspedaal wat dieper in te duwen wanneer er op privévlak weer wat ademruimte ontstaat.

Extra vakantie

Flexibiliteit is een belangrijk wapen in de strijd tegen stress. Het is geen toeval dat volgens de cijfers van Attentia leidinggevenden weliswaar hun energiepeil wat vaker in het rood zien gaan, maar dat ze tegelijkertijd een opvallend hoger werkplezier en engagement ervaren. ‘Leidinggevenden hebben vaak meer mogelijkheden om hun werk te regelen, zowel inhoudelijk als organisatorisch. Daardoor kunnen ze veel beter omgaan met veranderingen. Want hoe meer hulpmiddelen er in je rugzak zitten, hoe sterker je gewapend bent tegen stress’, zegt Van Hoof.

Steeds meer bedrijven zijn zich daar ook van bewust. ‘Ondernemingen hebben zelf belang bij meer flexibiliteit. Werknemers die niet genoeg recupereren, zijn minder productief. Bovendien heeft vermoeidheid een negatief effect op de werksfeer: wie constant vermoeid is, zal minder energie steken in de interactie met collega’s. Dat verhindert dat ondernemingen optimaal functioneren’, zegt Van Hoof. Om dat te vermijden, biedt IT-consultant Delaware aan werknemers de kans om deeltijds te werken, door een combinatie van fulltime werk in de schoolweken en vrijaf tijdens de schoolvakanties. En bij ING België kunnen werknemers kiezen voor een flexibel loonpakket: zo kunnen ze een deel van hun brutoloon inruilen voor extra vakantiedagen. Ans De Vos: ‘Dat zijn waardevolle initiatieven, maar ze zullen alleen maar effect hebben als ze kaderen in een veel ruimer beleid. Een omgeving waarin werknemers voortdurend bijleren en taken uitvoeren die aansluiten bij hun eigen interesses, waar plaats is voor autonomie en waar de werkdruk aanvaardbaar is: daar zal werk pas echt werkbaar zijn.’

DOOR SVEN VONCK

77% beleeft plezier aan zijn werk.

31% kan moeilijk recupereren.

80% voelt zich geëngageerd.

23% loopt het risico op een burn-out.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content