‘DE ANGST ZIT ER OPNIEUW DIEP IN’

RUUD GIELENS 'Feit is dat we lang niet meer zoveel artistieke vrijheid hebben als tijdens de periode van Mohammed Morsi.' © VIRGINIE NGUYEN

Vijfentwintig januari is de derde herdenking van de volksopstand in Egypte. Drie Belgen in Caïro maken de stand van zaken op. Hoe beleefden zij de afgelopen woelige jaren? ‘De revolutie is niet dood: zolang het land in beweging is, blijf ik positief.’

1 Ruud Gielens: het verzet leeft voort

Iedereen die vraagt wat hem naar Caïro bracht, krijgt hetzelfde antwoord: ‘De liefde, mevrouw, de liefde.’ Theatermaker en acteur Ruud Gielens (37) uit Brussel maakte deel uit van de vaste ploeg van de KVS toen hij tijdens een workshop in 2009 die liefde tegen het lijf liep: de Egyptische regisseuse en toneelschrijfster Laila Soliman. Eerst sprongen de vonken alleen over op werkvlak – ze hadden allebei een passie voor sociale thema’s als de migrantenproblematiek en mensenrechten – tot ze er niet meer omheen konden en ook een koppel werden. Een jaar later, in 2010, besloot Gielens naar Caïro te verhuizen. Hij belandde in het broeie-rige hart van de miljoenenstad, niet ver van het Tahrirplein.

Ruud Gielens: ‘Ik voelde mij meteen thuis, maakte snel vrienden. Het was mijn eerste keer in Caïro, maar ik kende de Arabische wereld redelijk goed door mijn reizen naar Palestina, Libanon en Marokko. Bovendien was ik in Brussel een stad met veel verschillende culturen gewend. Caïro was hoe dan ook overweldigend. Lawaaierig, hectisch, bruisend.’

En toen begon de revolutie.

Gielens: ‘Vanaf het eerste moment was ik er met hart en ziel bij betrokken. Het speelde zich bijna letterlijk af onder mijn balkon. De eerste achttien dagen (tot Mubarak zich terugtrok, nvdr) was ik bijna permanent op het Tahrirplein aanwezig. Tijdens die chaotische weken werd het snel duidelijk dat ik in dit land mijn toekomst wilde opbouwen. Omdat ik getuige kon zijn van zoiets groots dat ik er geen seconde van wilde missen. Bovendien zette mijn vriendin – inmiddels mijn vrouw – zich meteen in als activiste. Nadat Mubarak in februari van zijn troon was gevallen, werkten we met een groep artiesten aan theatervoorstellingen over de revolutie, waarin we het geweld van het leger en de politie wilden aankaarten. In België was ik actief als een van de weinige politieke theatermakers, en in Caïro was het natuurlijk gefundenes Fressen om in zo’n context te werken. Het was dé plek waar je je als theatermaker kon inzetten voor een groot actueel doel.

‘In de zomer van 2011 traden we op met Lessons in Revolting, waarin we de eerste achttien dagen van de revolutie samenvatten. Ik regisseerde en speelde erin mee. Nu ja, ik zóng erin mee want mijn Arabisch is niet zo goed dat ik er een hele monoloog in kan houden. De voorstelling kon worden aangepast naargelang van de ontwikkeling, ze moest eigenlijk zelf een deel van revolutie worden. We toerden er ook mee door Europa, op verschillende festivals. Daarna hield mijn vrouw zich bezig met No Time For Art, een stuk over getuigenissen van mensen die het geweld van de politie en het leger aan den lijve hadden ondervonden. Het is een reeks waar we nog steeds mee op de planken staan. Op dit moment is het nogal precair om ermee door te gaan in Egypte. Het wordt sowieso allemaal lastiger voor mijn vrouw. Ze zal niet meteen gearresteerd worden maar ze wordt wel in de gaten gehouden, en ik dus ook.’

Teleurstelling

Het revolutionaire enthousiasme van de eerste twee jaar is omgeslagen in teleurstelling, bijna apathie, in de vriendenkring van Gielens. Hoewel de politieke en maatschappelijke ontwikkelingen voorspelbaar waren, gebeurde het allemaal in zo’n hoog tempo dat Gielens na drie jaar geen duidelijke conclusies kan trekken.

Gielens: ‘Het verandert constant, als ik een maand in Europa ben geweest, merk ik dat de toestand alweer anders is dan toen ik vertrok. Ik zit er middenin, kan daardoor weinig afstand nemen. Feit is dat we lang niet meer zoveel artistieke vrijheid hebben als tijdens de periode van Mohammed Morsi. Toen was het in elk geval duidelijk wat wel en niet kon, en er kon best veel. In die zin dat we onze vrijheid namen en dat die niet manu militari werd bestreden. Ik hoor van veel prominente kunstenaars in Caïro dat ze zich op dit moment gedeisd houden. Er zijn signalen genoeg van de overheid dat er andere tijden zijn aangebroken. De angst zit er opnieuw diep in. Het is erger dan tijdens Mubarak, zeggen ze me. Zelfs de revolutionairen die zo hard gevochten hebben en dachten dat alles mogelijk was zolang ze maar bleven protesteren, hebben besloten hun mond te houden. Dat is op zijn zachtst gezegd zorgwekkend.

‘Doelstellingen van de revolutie als vrijheid en sociale rechtvaardigheid zijn niet gehaald, het leger heeft ze allemaal gefnuikt. Hoewel de gemiddelde Egyptenaar dat momenteel juist ziet als een soort veiligheid. Maar die veiligheid houdt in dat een aantal vrijheden drastisch worden ingeperkt. Meer dan tijdens Mubarak, daar ben ik van overtuigd. Wat niet wil zeggen dat alles dan maar gewoon ophoudt, daarvoor is er te veel gebeurd. Er zijn de afgelopen jaren een hoop positieve ontwikkelingen geweest die op den duur voor een betere samenleving zullen zorgen. Burgerinitiatieven als OpAnTiSH (Operation anti-sexual Harassment) bijvoorbeeld, een vrijwilligersorganisatie die vrouwen tijdens demonstraties helpt als ze worden aangerand of verkracht. Ze begonnen met een handvol mensen, inmiddels zijn het er honderden. Of No to Military Trials, ook een burgerbeweging. Op dat vlak ben ik positief. Het is niet allemaal voor niets geweest. Maar over het systeem op zich ben ik ronduit negatief.’

Toch denkt hij er niet aan om te vertrekken, zoals veel anderen wel doen.

Gielens: ‘Ik zie veel mensen weggaan, onder wie een aantal kunstenaars. Vooral om economische redenen. In Egypte hebben ze niet de financiële middelen om te overleven, dus trekken ze noodgedwongen naar Europa of de VS. Ik blijf omdat ik het tot mijn thuis heb gemaakt, ik voel juist dat er mogelijkheden zijn die ik in Europa niet heb. Ik ben regelmatig in Europa voor mijn werk, maar ik zit het grootste deel van het jaar in Egypte. Op vlak van politiek theater sta ik hier voor een enorme uitdaging. Het staatstheater is in Egypte zo goed als dood op dit moment. En hoewel veel vrije kunstenaars zich rustig houden, groeit en bloeit er tegelijk van alles. Repressie veroorzaakt gelatenheid, anderzijds stimuleert het de creativiteit. De vrije kunst was tijdens Mubarak een randverschijnsel, het staatscircuit was het centrum. Nu is dat eerder omgedraaid, en dat wil ik van dichtbij blijven volgen. Ook het verzet leeft voort, alleen op een andere manier. We gaan niet meer de straat op, maar doen het via initiatieven op internet. Discussiegroepen, community building, dat soort dingen. Visueel is het minder aantrekkelijk dan een miljoen mensen op straat, maar op dit moment zijn ze misschien wel effectiever. Ik houd dus hoop, zonder te hoge verwachtingen. De uitslag van het referendum is bekend, laten we afwachten wat er verder gebeurt. De revolutie is niet dood; zolang het land in beweging is, blijf ik positief. Ook al vind ik de huidige situatie verschrikkelijk. Het is veel negatiever uitgedraaid dan waar ik drie jaar geleden op hoopte.’

2Koert Debeuf: patriarchaal systeem

Volg het nieuws in Egypte en je komt Koert Debeuf (39) tegen. De voormalige woordvoerder en speechschrijver van Guy Verhofstadt verhuisde in september 2011 met zijn gezin naar Caïro, als vertegenwoordiger van ALDE, de Europese alliantie van liberalen en democraten in het Europees Parlement. Hij heeft contacten met politici, activisten, revolutionairen en rebellenleiders uit het hele Midden-Oosten en brengt om de paar weken verslag uit voor de liberale fractie in Brussel. Als we hem in zijn tuin in de wijk Maadi ontmoeten, zit hij aan tafel, omringd door een stapel boeken over de Franse Revolutie.

Koert Debeuf: ‘Op dit moment zijn er twee mogelijkheden in Egypte. Ofwel gaan we naar het scenario van de Franse Revolutie, waarbij degenen die aan de macht komen telkens de voorgaande machthebbers elimineren. Ofwel volgen we het Indonesische scenario, waar iedereen rond de tafel gaat zitten en vijf jaar samenwerkt om daarna tot een democratische verkiezing te komen. Op dit moment wordt gekozen voor het Franse Revolutie-scenario, vandaar dat ik erover aan het lezen ben.’

De eerste dag dat Debeuf met zijn familie in Caïro aankwam in 2011, hoorde hij dat hij het land meteen moest verlaten.

Debeuf: ‘Blijkbaar dacht de Egyptische staatsveiligheid dat ik de oppositie financieel kwam steunen. Toen ze zagen dat dit niet klopte, werd er een compromis voorgesteld waarin ik hier als journalist zou werken. Omdat ik veel rapporten schreef en ook regelmatig blogde, werd dat geaccepteerd. Maar je wordt sowieso gevolgd als je hier komt wonen. Ik werd ooit, tijdens de presidentsverkiezing om vier uur ’s nachts door een vriend wakker gebeld. Het stuk dat ik die avond had gepost moest onmiddellijk verwijderd, het was te gevaarlijk. Vanuit mijn ervaring in België had ik advies ge-geven – onder de naam an Outsider’s Perspective – aan de politieke hoofdrolspelers. Een plan voor een compromis tussen de moslimbroeders en de rest van de oppositie. Als Morsi aan de macht zou komen, stelde ik voor om de andere kandidaten bij die macht te betrekken. Een triumviraat van zowel moslimbroeders als niet-moslimbroeders. Dat werd beschouwd als anti-Ahmed Shafiq, de andere presidentskandidaat (uit het kamp van Mubarak, nvdr). Maar tot mijn verbazing werd er toch naar mijn voorstellen geluisterd, ze hebben erover vergaderd. De bekende tv-presentator Yosri Fouda heeft het drie avonden lang in zijn show over mijn voorstellen gehad, één avond met Morsi erbij. Maar uiteindelijk is er niets van terechtgekomen. Aan geen enkel voorstel werd gehoor gegeven, van wie ook. Ik heb het trouwens laten staan op mijn blog.’

Massieve omwenteling

Zijn twee meest memorabele momenten waren de aankondiging van Morsi’s overwinning op het Tahrirplein en van zijn afzetting op 3 juli vorig jaar, ook op Tahrir. Naast de hoeramomenten waren er uiteraard ook dieptepunten.

Debeuf: ‘Ik was bij alle grote betogingen aanwezig, heb heel wat traangas gesnoven. Eén keer heb ik klappen gehad van een knokploeg, maar ik ben nooit gearresteerd. Toevallig werd ik gisteren opgepakt omdat ik bij een referendumlokaal stond te fotograferen, hier vlakbij. Het is een gevoelige buurt, er wonen voornamelijk moslimbroeders. De sfeer is enorm gespannen. Maar na veertig minuten stond ik weer buiten, ik had het lokaal vanaf de straat gefotografeerd, wat niet tegen de wet is. Het hele referendum is overigens een verkiezing waarbij je je vanuit democratisch oogpunt veel vragen kunt stellen. Iedereen die een nee-campagne houdt, wordt opgepakt. Het is een voorbeeld van wat we al maanden zien. De polarisatie is zo groot dat er momenteel geen serieus debat mogelijk is in Egypte. Degenen die het proberen, zitten vast. Geen debat wil zeggen: geen democratie. Sommige Egyptenaren schilderen me af als pro-moslimbroeders als ik dit soort dingen zeg, terwijl ik dat niet ben. Ik wil geen kant kiezen. Morsi verdiende zeker een kans. Maar hij heeft het behoorlijk verprutst.

‘Momenteel zitten we met drie kampen: de moslimbroeders die zich beperken tot hun leden en vrienden en families, de nationalisten die het leger sturen en er is een kleine groep in het midden, de enige liberalen die nog overblijven en pleiten voor democratie en mensenrechten. Je hoort nauwelijks iets over hen in de media. Wel online, maar niet in de mainstream media. Maar goed, alles wijst in de richting dat generaal Sisi zich verkiesbaar zal stellen als president straks. Waardoor andere kandidaten zich zullen terugtrekken omdat ze toch geen kans maken. En zo komen we raar genoeg terecht in het scenario van de Franse Revolutie waar ik het al over had: na de periode van euforie trad Robespierre met zijn ideologie op de voorgrond, zoals de Moslimbroeders hier. Daarop volgde een coup en toen kwam Napoleon. Frankrijk heeft er tachtig jaar over gedaan om van de revolutie tot de Derde Republiek te komen, de eerste stabiele republiek, in 1870. In die tachtig jaar hadden ze veertien grondwetten, waarvan drie grondwetten in de eerste vier jaar. In Egypte zijn we aan de derde grondwet toe. Het is dus naïef om te verwachten dat het hier binnen een paar jaar opgelost zal zijn. We hebben het over een massieve fundamentele omwenteling, voornamelijk gebaseerd op een bevolking waarvan de helft jonger is dan 35.

‘De Egyptische samenleving is nog steeds heel patriarchaal en gebaseerd op traditionele waarden. Mensen moeten een baan hebben om een appartement te kunnen kopen, wat een voorwaarde is om te kunnen trouwen. Maar er is geen werk, dus lopen ze gefrustreerd rond. Dat geldt voor de hele Arabische wereld. De reactie van al die jonge mensen op dat patriarchale systeem moet nog beginnen. Wat we in 2011 gezien hebben, is een kleine uitbarsting van iets veel groters. Maar de mentale klik is gemaakt, in Egypte en andere Arabische landen weten ze dat ze iets kunnen veranderen als ze echt willen. De mensen blijven de straat opkomen, de spirit is er. Wat er ook gebeurt de komende maanden, the wall of fear is broken. Er wordt anders tegen autoriteit aangekeken. De bevolking accepteert niet meer dat iemand gezag heeft omdat hij in een bepaalde positie verkeert. Veel jongeren blijven weg uit de moskee, ze nemen niet langer alles klakkeloos aan van de imam die tegen de revolutie was. Het zijn allemaal diepgaande tekenen van de omwenteling, het is een onomkeerbaar proces.Als Sisi straks aan de macht komt, zal híj op zeker moment de schuld krijgen dat er geen werk is, dat de toeristen wegblijven en de economie niet groeit. Hij zal na een aantal maanden door de mand vallen en dan gaan de mensen opnieuw de straat op. Er zal ongetwijfeld nog bloed vloeien en we zullen in Europa nog vaak het hoofd schudden. Maar geef de mensen hier de tijd. We kunnen sowieso niet veel helpen in dat proces, ze zullen het vooral zelf moeten doen.’

3Sara Labib: veerkracht

Sara Labib (23) is een Egyptische die op haar tiende naar Oostende verhuisde, waar haar ouders een bedrijf begonnen. Ze studeerde rechten in Leuven en besloot het daarna te proberen als advocaat in Caïro. Dat lukte; sinds een paar maanden werkt ze op een kantoor in de Egyptische metropool waar ze bezig is met handels- en economisch recht.

Sara Labib: ‘Sinds de revolutie begon, was ik constant met Egypte bezig. Ik begon te bloggen onder de naam Tabula Sara en werd actief in de sociale media. Het fascineerde me dusdanig dat ik zo snel mogelijk naar Caïro wilde gaan. Meteen na mijn studie vertrok ik. Oorspronkelijk kom ik uit Alexandrië, daarna woonde ik in Oostende. Ik kende Caïro dus niet. Het verschil met Oostende is groot. (lacht) Hoewel ik daar graag woonde, nog altijd trouwens. Ik voel me zowel Belg als Egyptische. Maar op dit moment móét ik gewoon hier zijn, ik kan niet anders. Wat me stoort, is dat de mainstream media, in het begin dan toch, veel te positief over de revolutie berichtten. Terwijl er ook een heel grote bevolkingsgroep tégen was. Die kwam totaal niet aan bod, het enige wat je in de media hoorde, was dat ‘heel Egypte op het Tahrirplein’ stond. Ik ergerde me aan de manier waarop met het begrip revolutie werd omgegaan. Alsof je zomaar een omwenteling kunt veroorzaken, zonder rekening te houden met het voorgaande regime en met de sociale veranderingen die nodig zijn vooraleer Egypte ooit tot een democratie kan komen. Je kunt roepen om vrouwenrechten en om rechten van religieuze minderheden, maar als een groot deel van de bevolking achter de beperking van die rechten staat, dan kom je er niet veel verder mee. Ook al krijg je op zeker moment een democratie, het gaat erom dat de mensen hun ideeën veranderen.

‘Ik begreep het enthousiasme van de mensen die eerste weken, het was allemaal heel spannend. Maar de euforie was te groot, de verwachtingen waren te hooggespannen. Revolutie betekent ingaan tegen alles wat vastzit, maar niet alles wat vastzit, is per se slecht. Veel revolutionairen moesten lachen met begrippen als stabiliteit. Dat vonden ze niet belangrijk, de mensen moesten strijden voor hun rechten, stabiliteit was nu even niet belangrijk. Maar als je elke avond eten voor je kinderen op tafel moet zetten, dan zijn dergelijke slogans niets waard. Zeker als je geen alternatief kunt voorleggen. Wat niet gebeurde. Ik geloof echt wel dat de revolutionairen goeie bedoelingen voor Egypte hadden, maar met alleen straatprotesten kom je er niet.

Landverrader

Dat Sisi straks de scepter zal zwaaien, daar is ze zo goed als zeker van.

Labib: ‘Er is niemand anders, zo simpel is het. En de mensen geloven momenteel dat Sisi het kan. Ik ben bang, al heeft hij misschien goeie bedoelingen, dat zijn populariteit hem naar het hoofd zal stijgen. Ik heb wansmakelijke dingen gezien, de man wordt verafgood met teksten als: ‘onze vrouwen zijn zwanger van uw ster’. Het barst van de kleffe liederen en gedichten. Het kan niet goed zijn dat iemand zo wordt opgehemeld. Op die manier creëer je een nieuwe dictator. En het is ook niet gezegd dat de oppositie het beter zal doen. Wat dat betreft, zie ik het somber in. Intussen hoor ik paranoïde mensen bezig over zoiets als een ‘vijfde rij’: mensen die de broederschap aanhangen, maar zich voordoen als seculier om zo te proberen de publieke opinie te veranderen. Dat veroorzaakt achterdocht onder de bevolking. Waardoor je zo ongeveer als landverrader wordt bestempeld als je het op politiek vlak niet met iemand eens bent. Ik ken talloze families waar ze niet meer tegen elkaar praten sinds Morsi werd afgezet. Er is te weinig respect voor elkaars mening, ook ik heb goeie vrienden verloren. Het land glijdt af in zwart-witdenken. Ofwel ben je het met iemand eens en zo niet, dan ben je slecht. Na 30 juni vorig jaar zijn bij veel mensen de maskers afgevallen. Ze kiezen voor de moslimbroeders of voor het leger en ze zijn daar bijzonder extreem in geworden. Vrijheid, vrede en gerechtigheid zijn ver te zoeken, ook bij mensen die beter zouden moeten weten. De bevolking raakt verblind door haat.

‘Waarom zit ik eigenlijk nog in Egypte, vraag je je af. Omdat ik denk dat ik hier nog iets te betekenen heb. Ik hoor soms van mensen dat ze anders zijn gaan denken nadat ze iets van me hadden gelezen. Ik hoop met mijn stukken het rationele en kritische denken aan te moedigen. Dat klinkt pretentieus, maar ik geloof dat ik iets te bieden heb aan dit land. Ik wil zo veel mogelijk schrijven, praten met de mensen en zelf bijleren. Ondanks mijn pessimistische visie op de toekomst, zie ik ook dat er nog altijd veerkracht is. Er zit leven in de Egyptenaren, je hoefde maar te gaan kijken naar de stemming bij het referendum om dat bevestigd te zien. Ze blijven lachen en erin geloven, al is dat niet reëel. Voorlopig wil ik niet terug naar België, ik blijf en schrijf. Maar doe ze zeker de groeten, daar in Oostende.’

DOOR JOANIE DE RIJKE, FOTO’S VIRGINIE NGUYEN

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content