Europa bereikte geen overeenstemming over de tijdelijke bescherming van ontheemden. De Belgische ministers lieten zich tijdens het debat opmerken door hun afwezigheid.

Bij het kransje diplomaten dat bij de Europese Unie is geaccrediteerd, groeit de wrevel over het optreden van de Belgische regeringsleden. Of beter: over hun niet optreden. Het absenteïsme neemt toe. Zeker als er in Brussel wordt vergaderd, gedragen Belgische ministers zich of het een bijeenkomst in het lokale Café du Commerce betreft. Ze waaien er binnen en buiten en meestal wint de ondoorgrondelijke binnenlandse agenda het van de Europese. Terwijl de collega’s uit Spanje, Duitsland en Frankrijk (noodgedwongen) de hele dag in het Brusselse raadsgebouw present geven, beperken de Belgen hun aanwezigheid niet zelden tot het strikte minimum: handjes schudden, snuiven vanwaar de wind komt, eventueel een tekst voorlezen en vervolgens weer in de geneugten van de Belgische Wetstraat onderduiken. Kabinetsmedewerkers of diplomaten moeten de klus dan maar klaren.

In een wereld waar veel door geduldig en intelligent lobbywerk wordt voorbereid, is dit niet de beste manier om de nationale belangen te verdedigen. Een diplomaat die zich al geruime tijd aan deze nonchalance ergert, ziet reden tot verontrusting. “Zo missen we kansen, want het is in de wandelgangen dat afspraken en compromissen worden bedacht. Als de Belgische ministers zich daar steeds minder vertonen, komen onze standpunten minder aan bod. In tegenstelling tot Jean-Luc Dehaene (CVP) en een Erik Derycke (SP) vinden vele ministers hun draai niet meer in Europese kringen. Op een raadsvergadering zijn ze slechts een van de vijftien ministers, en dan nog van een klein land.”

Op de tweedaagse vergadering van de ministers van Justitie gaven Tony Van Parys (CVP) en Luc Van den Bossche (SP) deze kritiek vorige week nieuw voedsel. In totaal werd er ongeveer dertien uur lang vergaderd. Na zowat een kwartier hield de minister van Binnenlandse Zaken het voor bekeken. Van Parys bleef circa drie uur en werd nadien in het Belgisch parlement en voor de camera’s van VTM gesignaleerd. Ook eind november in Wenen liet het Gentse duo het al afweten op de informele bijeenkomst.

In Wenen en in Brussel ging het nochtans over belangrijke zaken. Zo kwam het actieplan voor de vorming van een ruimte voor vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid aan bod, alsook het strategiedocument inzake asiel en migratie, de strijd tegen kinderporno op het Internet en de tijdelijke bescherming van ontheemden aan bod. Stuk voor stuk punten waarover de regering telkens verklaart dat ze alleen in Europees verband efficiënt kunnen worden aangepakt.

NEDERLAND ZET DE TOON

De regeringswissel in Duitsland doorkruiste de plannen van de voorstanders van de harde lijn. Oostenrijk werd teruggefloten, toen het met het zogenaamde Strategiepapier de hele asiel- en migratiepolitiek wou heroriënteren. Zelfs het asiel als individueel recht, een van de fundamenten van de Conventie van Genève, werd erin onderuitgehaald. Na de negatieve commentaren van de nieuwe Duitse binnenlandminister Otto Schily in Wenen schrapte Oostenrijk de meest omstreden passussen uit het rapport, maar dan nog bleef de tekst in Brussel diep in de documentatiemappen verborgen.

Toch wil de Unie vastbesloten een gemeenschappelijk migrantiebeleid uitwerken. Op vraag van de regeringsleiders komt er in de herfst van 1999 een bijzondere top over dit explosieve thema. Nederland, dat wél nadrukkelijk op de vergaderingen aanwezig is, bepleitte de oprichting van een task force. De werkgroep, die de buitenlandministers zullen oprichten, wil binnenkort vijf landen bezoeken waaruit veel asielzoekers naar Europa vertrekken. Irak, Turkije, voormalig Joegoslavië, Somalië en eventueel Marokko komen daarvoor in aanmerking.

In Brussel bereikten de vijftien ook een akkoord over de uitwisseling van vingerafdrukken van asielzoekers. Een computersysteem, Eurodac, zal alle gegevens verzamelen. De lidstaten willen zo verhinderen dat asielzoekers in verschillende landen een aanvraag indienen. De tijd om het systeem operationeel te krijgen, wil men gebruiken om nog enkele “praktische” problemen op te lossen. Moet het systeem ook de vingerafdrukken van illegalen opslaan? Nederland en Duitsland zijn daar voor, andere landen vrezen dat het de deur openzet voor razzia’s.

Het standpunt van de Belgische ministers is niet bekend. Recent onderstreepte de Belgische regering dat zij veel belang hecht aan Europese afspraken over de tijdelijke bescherming van ontheemden en de evenwichtige spreiding van de lasten. Toen het punt in Brussel aan de orde kwam, waren de Belgische ministers al verdwenen. Ondanks een krachtig Nederlands pleidooi volgde er geen akkoord.

Paul Goossens

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content