Dave Mestdach

De rusteloze Franse postimpressionist Paul Gauguin (1848-1903) maakte zijn leven lang portretten. Op doek, met inkt of in hout. In Parijs, Bretagne of Frans Polynesië. Van zijn kameraad Vincent van Gogh, van zijn vele vrouwen en vooral van zichzelf. Hij was goed vertrouwd met de Europese portrettraditie, maar injecteerde die als modernistisch nieuwlichter met een spirituele lading, en met exotische kleuren en texturen. De psychologie van zijn personages achtte hij stukken belangrijker dan de fysieke gelijkenis, of hij nu de symbolistisch dichter Stéphane Mallarmé vereeuwigde, zijn jonge Tahitiaanse vrouw Tehamana of zichzelf uitgebeeld als Jezus op Golgotha. Ontdek hoe Gauguin – avonturier, genie, sjamaan en charlatan tegelijk – de portretkunst vernieuwde, vitaliseerde en mee de eenentwintigste-eeuw in gidste.

Tot 26/01

Gauguin: Portraits

National Gallery

Londen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content