Officieel is België uit het economisch dal. Maar daar heerst twijfel over. Voorts zijn de gezinnen bang en blijven werklozen werkloos.

DE Belgen hebben de indruk dat zij al vele jaren in economische crisis leven. Hoge werkloosheidscijfers en een almaar sanerende regering met lastenverhogingen en loonblokkeringen camoufleerden dat de recessie van 1993 tegen het einde van dat jaar afgelopen was en 1994 en de eerste helft van 1995 behoorlijk welvarend verliepen. Daarna ging het economisch compleet fout. De laatste maanden van vorig jaar boerde de economie erop achteruit en tot voor de zomervakantie dit jaar was het evenmin feest.

Maar officieel gaat het nu weer beter, de economie herleeft. Gouverneur Alfons Verplaetse heeft het afgekondigd en zijn Nationale Bank bewees het met cijfers. Er is reden voor meer optimisme, heet het, bij ondernemers en gezinnen. Straks wordt de regering nog van handelen met voorbedachten rade verdacht, omdat ze tijdens de zomermaanden de begroting van volgend jaar liet vallen en met vakantie trok. De economische groeicijfers voor volgend jaar, die premier Jean-Luc Dehaene (CVP) en zijn vice-premiers nu hanteren, zien er flinker uit dan één, twee maanden geleden. Het begrotingstekort 1997 beperken tot de Maastrichtnorm van 3 procent van het bruto binnenlands product of wordt het toch 2,8 procent ? vergt minder besparingen en nieuwe belastingen als de hervattende economische groei de totale omzet van het land een beetje omhoog kan duwen.

Juist omwille van het politieke gemak dat de officiële economische groei meebrengt, twijfelen niet weinig ondernemers aan de gang van zaken. Enig statistisch wantrouwen lijkt gewettigd nu de regeringstop serieus met het begrotingswerk bezig is. Is het economisch herstel inderdaad begonnen ? Het bedrijfsleven hoopt het veeleer, dan dat het de kentering in de harde feiten van zijn business kan vaststellen. Hoe dan ook, in juli klom de conjunctuurbarometer van de Nationale Bank fors met 4,4 punten tot min 7,7. Zo’n stijging heeft zich al lang niet meer voorgedaan en wijst op vaart in de economie. In mei stond de barometer nog op min 12,7 punten, de kentering begon in juni. Nu krijgt de Nationale Bank bevestiging dat de ondernemers betere verwachtingen koesteren over de ontwikkeling van hun activiteiten. Eén angeltje toch : de NBB meldt dat met de stand van de conjunctuurbarometer in juli een beetje voorzichtig moet worden omgegaan, vele bedrijfsleiders waren met vakantie en namen niet aan de enquête deel.

ZWARTGALLIG.

Op haar begrotingsronde weet de regering nu dat de economie de rest van het jaar met zo’n 2 procent groeit, wat het gemiddelde over het hele jaar 1996 op 1,2 procent brengt. Gouverneur Verplaetse zelf berekende dat dankzij die meevaller de tweede begrotingsaanpassing dit jaar slechts acht miljard frank aan besparingen en nieuwe lasten moet kosten. Eerder voorspelden meer zwartgallige vice-premiers de bevolking een veelvoud daarvan. Volgend jaar is een groei van 2,5 procent haalbaar.

Met als gevolg dat financieminister Philippe Maystadt (PSC) meer belastinggeld binnenkrijgt, het Europees toegelaten tekort van drie procent zwaarder weegt bij een groter bruto binnenlands product, enkele harde kantjes van het besparingsplan in opmaak eruit kunnen en misschien verlicht de last van de werkloosheid wel. Alvast volgens de Nationale Bank is het economisch herstel in de tweede helft van dit jaar groot genoeg om de werkloosheid te doen dalen.

Hoewel. Er zitten nog elders rekenaars. Op het ministerie van Economische Zaken, bijvoorbeeld. De jongste Conjunctuurbrief van dit departement voorspelt voor dit en volgend jaar een stijging van de werkloosheid. De rekening is eenvoudig. In 1996 en 1997 groeit de beroepsbevolking aan met 15.000 personen. Ten gevolge van de daling van de werkgelegenheid dit jaar en de te zwakke groei volgend jaar stijgt de werkloosheid dit jaar met 10.000 personen en volgend jaar met 6.500. De mensen van het beheerscomité van de Sociale Zekerheid zullen die trend niet tegenspreken. Bij hun begrotingswerk voor volgend jaar houden zij rekening met een stijging van de uitgaven voor werkloosheid van 173 miljard naar 180 miljard frank, een groei met 3,75 procent die staat voor 3.000 bijkomende werklozen.

Minister van Tewerkstelling en Arbeid Miet Smet (CVP) van haar kant ziet volgend jaar haar statistieken met 14.000 werklozen dalen. Maar het zijn niet alleen de media die antwoorden dat de werkloosheid slechts daalt omdat de 50-plussers sneller en gemakkelijker uit de statistieken verdwijnen ; in de categorie oudere werklozen blijven die evenwel evenzeer werkloos en krijgen ze bovendien hogere uitkeringen. Nu commentarieert ook Economische Zaken dat, als de collega’s van Tewerkstelling en Arbeid de werkloosheid zien dalen, dat alleen een gevolg is van ?administratieve verschuivingen?. Een diplomatieke omschrijving voor statistische trucs.

In elk geval werven de werkgevers niet aan, maar doen ze opnieuw een beroep op uitzendkrachten. Na een permanente achteruitgang gedurende zes maanden, steeg het aantal gepresteerde uren interimarbeid in het tweede kwartaal van dit jaar lichtjes met 1,2 procent. Die stijging doet zich alleen in Brussel (plus 3,5 procent) en Wallonië (plus 3,9 procent) voor, in Vlaanderen was er daarentegen een lichte daling (- 0,4 procent).

Dit cijfer werd gretig aangegrepen als de eerste zwaluw van een nieuwe economische lente. Maar de beroepsvereniging Upedi van de uitzendkantoren is stukken voorzichtiger. ?Ook op basis van de uitzendcijfers van het tweede trimester is het onmogelijk om het herstel van de conjunctuur officieel in te luiden. Al zijn er enkele aanwijzingen. Hoofdzakelijk de herstelde, weliswaar lichte groei van de sectoractiviteit in het arbeiderssegment, is een bemoedigend signaal. Want daar liep het vorig trimester nog behoorlijk fout.?

DALEND GEZINSINKOMEN.

Het zijn de investeringen van de bedrijven die de binnenlandse vraag ondersteunen. De gezinnen slaan nog niet echt aan het consumeren en zij pompen onvoldoende brandstof naar de economische motor. Daar zijn redenen voor. Onder druk van de loonblokkering daalt het reëel beschikbaar gezinsinkomen. De werkloosheid nu bijkomend voelbaar via de paniekerig solliciterende schoolverlaters ondersteunt het crisisgevoelen. Het begrotingsberaad, met zijn scherpe verklaringen en dito aanmaningen, en de dreigende kaderwetten daar bovenop, versterken de verwachting van een verdere daling van het gezinsinkomen. Een begrotingsinspanning van om en bij de honderd miljard frank in 1997, dat betekent een pak in te leveren koopkracht.

Begin van het jaar stegen de gezinsuitgaven een weinig, vooral als gevolg van het tweejaarlijks Autosalon. Die koopwoede is nu uitgeraasd en alles wijst erop dat de consumptie in de tweede helft van het jaar zwak blijft. De toegenomen activiteit in de woningbouw is een van de meest hoopgevende evoluties, maar de bouwijver van de gezinnen blijft ondanks de lage rente op bouwleningen toch nog bijzonder laag. De index van het consumentenvertrouwen, die de Europese Commissie opstelt, bevestigt het zorgelijk gevoelen van de Belgische bevolking. In juni daalde het vertrouwen van de consumenten licht, in tegenstelling tot het veel betere Europese gemiddelde dat zich stabiliseert.

De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (Oeso), de club van industrielanden, toont stijgende (vooruitlopende) economische indicatoren voor Japan en de Verenigde Staten. Voor Europa tekent de Oeso een stabilisatie uit op het niveau van eind 1995. ?Wat alvast toch inhoudt dat voor de Unie als geheel géén verdere verslechtering van de economische activiteit verwacht wordt.? Zwak conjunctuurnieuws kan ook met een positieve toets worden neergeschreven.

Maar dat Europa zijn economische groei ketent, is nauwelijks nog nieuws. De Europese economieën kunnen niet onbekommerd groeien. Alle kernlanden van de Europese Unie volgen eenzelfde strak begrotingsbeleid om te slagen in het toegangsexamen voor de Economische en Monetaire Unie met zijn eenheidsmunt. Ook onze buurlanden saneren en hebben een zwakke binnenlandse markt. Dat zet een rem op de mogelijkheden van de Belgische exporteurs. En als ze erin slagen om zich toch een weinig te herpakken, is dat vooral een gevolg van de verlaging van hun loonkosten.

Boven elk economisch herstel hangt, tenslotte, de oncontroleerbare dreiging van chaos op financiële markten en andere beurzen. Voor een werkloosheidsgraad minder, of een inflatievermoeden meer slaan ze tilt. Van New York tot Tokyo gedragen de geldhandelaars zich dezer dagen zenuwachtig.

Guido Despiegelaere

De gezinnen zijn bang voor verlies van koopkracht, ze consumeren voorzichtig.

Gouverneur Alfons Verplaetse is een man van het goede nieuws.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content