Bruno De Cordier
Bruno De Cordier Professor UGent en auteur

Na vier jaar onafhankelijkheid probeert Oezbekistan zich op te werken tot een regionale macht in Centraal-Azië.

TOEN DE SOVJETUNIE eind 1991 de geest gaf, leken haar Centraalaziatische deelrepublieken, zonder ervaring met onafhankelijkheid, stuurloos in hun internationale betrekkingen. Nauwelijks een half jaar later sloot de Russische Federatie vergaande ekonomische en defensieve samenwerkingsakkoorden met Oezbekistan. Die republiek lag immers veel te strategisch in het nabije buitenland om ze zomaar aan haar lot over te laten. Het regime in Tasjkent toonde de afgelopen jaren ook aan dat Oezbekistan een belangrijke faktor kan zijn in de regionale veiligheid. Het houdt via de Oezbeekse krijgsleider Rasjid Dostom een hand in het gewoel in Afghanistan, maar bepaalde ook in het buurland Tadzjikistan aktief het verloop van de burgeroorlog.

Het lijkt erop dat Oezbekistan zich wil opwerpen als een buffer tegen het zogenaamde fundamentalistische gevaar uit Iran en Afghanistan en dat het daar tegelijk strategisch voordeel uit wil halen ten overstaan van Rusland en de internationale gemeenschap.

“Laten we de zaak globaal bekijken, ” zegt Alisher Faizullaev, sinds enkele maanden Oezbeeks ambassadeur in ons land. “Oezbekistan heeft de grootste bevolking van de hele regio, is centraal gelegen en grenst aan al de andere republieken in Centraal-Azië. De grenzen zijn destijds zo klungelig en kunstmatig getrokken dat de minste brandhaard een domino-effekt kan hebben. Daar komt bij dat miljoenen Oezbeken in de buurlanden leven, vooral in Afghanistan en Tadzjikistan. Oezbekistan draagt dus een verantwoordelijkheid inzake regionale veiligheid. “

De manier waarop de Sovjet-republiek Oezbekistan in de jaren dertig werd uitgetekend zadelde het land niet alleen op met een explosieve toestand, zoals in de Ferghanavallei, maar ook met een grens met het woelige Afghanistan.

“Tasjkent kan gerust doorgaan voor een typische Oosteuropese stad, maar tweehonderd kilometer oostwaarts ligt opnieuw het echte Centraal-Azië. In de prachtige Ferghanavallei waant men zich immers meer in Kashmir of Afghanistan, ” zegt Gülnara Kamalova, een Oezbeekse historica die nu in België woont. “Daar zit ook een derde van de Oezbeekse bevolking opeengepakt, in een gebied dat sterk verarmd geraakte door de instorting van de planekonomie en de uitwassen van het koloniale katoenplanten. “

ISLAM.

De verarming leidde er onder meer toe dat de vallei een centrum van de militante islam werd. Lokale groepen bieden (vaak met steun uit de Arabische Golf-emiraten, Egypte en Iran) de ontredderde bevolking een nieuw houvast en een soort parallelle sociale zekerheid. Te meten aan het frekwente uitroepen van de noodtoestand in het dal en de uitwijzingen van buitenlandse religieuzen, is dat het regime van de Oezbeekse president Islam Karimov een doorn in het oog.

Bovendien werd de vallei in de Sovjet-tijd als het ware een etnische tijdbom onder Oezbekistan. In de jaren dertig deelden de kartografen van diktator Jozef Stalin ze immers willekeurig op tussen Oezbekistan (dat het grootste stuk kreeg), Tadzjikistan en Kirgizië. Op die manier raakte Oezbekistan hopeloos verstrengeld met zijn buurlanden, wat wellicht de bedoeling was, en kwamen grote groepen Oezbeken in die buurlanden terecht. Die maken nu een kwart van de bevolking van Tadzjikistan uit en meer dan een tiende van die van Kirgizië.

Zoals de onlusten in de Ferghanavallei van 1989 aantoonden, leven de Oezbeken vaak op gespannen voet met Tadzjieken, Kirgiezen en ingeweken Kaukasiërs. “Dat verklaart waarom wij zo begaan zijn met de oorlog in Tadzjikistan. Tot nu is ons land gespaard gebleven van een dergelijke toestand, en we willen dat ook koste wat het kost zo houden, ” zegt ambassadeur Faizullaev. De overheid vreest vooral dat instabiliteit in de buurlanden de islamisten in de Oezbeekse Ferghanavallei zal aanmoedigen, met alle gevolgen daaraan verbonden voor het regime zelf. “Er is nog iets, ” voegt historica Kamalova er aan toe. “Een uitbreiding van het Tadzjiekse konflikt zou heel wat Oezbeken in de Tadzjiekse Ferghanavallei op de vlucht jagen naar Oezbekistan. En zo’n belasting op zijn ekonomie en bron van instabiliteit kan Tasjkent missen als kiespijn. “

Dat het Oezbekistan menens is, bleek uit zijn militaire en logistieke steun aan het regime in Doesjanbe, tegen de islamisten, en uit zijn inspanningen om gesprekken op gang te krijgen tussen de twee kampen. In april en juli hadden gespreksronden plaats in het Iraanse Teheran en in Tasjkent, waar konkrete afspraken werden gemaakt over een gemengde overgangsregering. “We hopen met een duurzame regeling te kunnen uitpakken tegen de regionale konferentie voor veiligheid en samenwerking in Centraal-Azië, in Tasjkent, ” zegt Faizullaev.

Dan is er ook nog Afghanistan, waarmee Oezbekistan een grens van een honderdtal kilometer deelt. In het noorden van Afghanistan leven nog eens een paar miljoen Oezbeken of zowat vijftien procent van de bevolking van dat land. “Die vormen voor Oezbekistan een nuttige buffer tegen de fundamentalisten in Kabul, ” vindt Kamalova. “Tasjkent houdt de Afghaanse Oezbeken liever daar dan ze te moeten opvangen als vluchtelingen. Uiteindelijk zijn berooide etnische broeders minder interessant dan de rijke Oezbeekse diaspora uit het Nabije Oosten. “

Dat legt onder meer uit waarom Tasjkent in de Afghaanse krabbenmand op krijgsleider Rasjid Dostom heeft gewed, een voormalige generaal van het kommunistische regeringsleger. Die kontroleert met zijn machtige militie nu het hele noorden van Afghanistan, onder het waakzame en goedkeurende oog van Tasjkent.

AMBITIES.

“We hebben geen uitgang naar zee. Dat is de grootste handicap van Oezbekistan. Afghanistan is voor ons de meest logische en natuurlijke uitweg naar de Indische Oceaan. Bijgevolg is het herstellen van de stabiliteit in dat land voor ons van groot belang, ” legt ambassadeur Faizullaev uit. “Bovendien ondervinden we behoorlijk hinder van de smokkelhandel in drugs en wapens, die dankzij de Afghaanse oorlog floreert. En de instabiliteit in Tadzjikistan is een rechtstreeks gevolg van de Afghaanse oorlog. Alles hangt aan elkaar. “

De militaire steun aan Dostom belet niet om ook de diplomatieke kaart te trekken. Het staatsbezoek van de Afghaanse president Burhanuddin Rabbani aan Tasjkent, eind 1992, had in dat kader plaats. Oezbekistan zou nu ook proberen te bemiddelen in Afghanistan. Maar het valt te betwijfelen of het daar evenveel invloed kan doen gelden als in Tadzjikistan.

De inmenging in de aangelegenheden van de buurlanden leverde Tasjkent al vaak het verwijt op dat het expansionistische ambities koestert. “Begrijp dat allemaal niet verkeerd, ” zegt Faizullaev. “Het gaat er ons niet om andere landen te domineren of te intimideren. Integendeel, we pogen goede relaties uit te bouwen met iedereen, zowel met de westerse als met de islamitische landen. Iran en Afghanistan zijn voor ons zeer belangrijke ekonomische partners. Ze bieden immers een uitweg naar de Perzische Golf en de Indische Oceaan. Maar samen met de Iraanse goederen moet geen Iraanse ideologie in ons land arriveren. “

Overdreven ? “Misschien wel, ” zegt historica Kamalova. “De islam mag dan sterk heropleven in Oezbekistan, dat betekent niet dat het land vatbaar is om een islamitische staat te worden zoals Iran of de Arabische Golf-emiraten. De kulturele en maatschappelijke achtergrond is te verschillend. Sinds meer en meer mensen met die landen handel drijven en er op bedevaart gaan, zijn die modellen trouwens niet zo aantrekkelijk meer. Daar zien ze immers ook hoe het er in de realiteit aan toe gaat. Het gevaar voor etnische konflikten is daarentegen veel groter. “

Dat argument gebruikt Tasjkent ook vaak om met harde hand de orde te handhaven, ondanks de belofte van de regering op termijn een demokratie te zullen uitbouwen. “Tot nu kon het regime voorkomen dat het land in een situatie verzeilt zoals in Nagorno-Karabach of Afghanistan, ” zegt Kamalova. “En dat bezorgt het internationaal ook krediet. “

Kan het dat ook uitspelen tegenover Rusland, de belangrijkste macht in de regio ? Moskou is ook bezorgd om zijn invloed in het nabije buitenland. “Oezbekistan is erg gesteld op politieke onafhankelijkheid. Maar door onze gemeenschappelijke geschiedenis in de Sovjetunie en de ekonomische interdependentie die nog altijd zwaar doorweegt, is ekonomische en militaire samenwerking met Rusland heel belangrijk, zoniet onvermijdelijk, ” zegt Faizullaev.

INVASIES.

Tasjkent ziet de geschoolde Russische kaders in de ekonomie, het leger en de administratie niet zo graag vertrekken ze maken nog altijd acht procent van de bevolking uit. Het zoekt tegelijk een opening naar de islamitische wereld, om de afhankelijkheid van Rusland af te bouwen. In 1989 voerde Oezbekistan drie miljoen ton olie uit de Russische Federatie in ; nu nog maar 0,7 miljoen ton per jaar. Het probeert van verschillende walletjes tegelijk te eten, beaamt Kamalova. “Maar laten we dat in zijn historische kontekst zien. Oezbekistan ligt in een gebied dat vanouds voor verscheidene grootmachten gegeerde frontieren omvatte. Er waren Perzië en Afghanistan in de achttiende eeuw, Groot-Brittannië en Rusland in de vorige en de Sovjetunie in deze eeuw. De voortdurende stroom van invasies, bezettingen, invloeden en opdelingen bepaalde de geschiedenis en de kultuur van het land. Een politiek van twee maten en twee gewichten kenmerkt de Oezbeekse mentaliteit. Het land zat immers te vaak tussen wal en schip. “

Oezbekistan heeft dus wel wat in zijn mars om een regionale politieke macht te worden. Maar heeft het de mogelijkheden om zo’n positie ekonomisch te schragen ? Als katoenkolonie van de Sovjetunie zit het opgescheept met een heel eenzijdige ekonomie. Kan het die afhankelijkheid afbouwen ? “Onze strategische ligging en rijke ondergrond bieden een uitweg, ” meent Faizullaev. “Omdat er enorme mogelijkheden zijn in de handel, maakten we van de financiële hervorming en het invoeren van onze eigen munt een prioriteit. En met onze grote, jonge en ondernemende bevolking zijn kleine ondernemingen in de landbouw en de textielsektor, en de lage loonkosten troeven die we kunnen uitspelen, vooral in de verwerkende industrie. Maar om onze mogelijkheden te kunnen ontwikkelen hebben we eerst en vooral regionale stabiliteit en een degelijk juridisch kader nodig. “

Oezbekistan is de drijvende kracht achter de “gemeenschappelijke ekonomische zone” met de buurlanden Kazachstan en Kirgizië, die in 1993 werd opgericht. Op de ontmoeting van de presidenten van de drie republieken, in april, is besloten om een tolunie, een ontwikkelingsbank en gezamenlijke raad van beheer in het leven te roepen.

Interne stabiliteit en regionale macht kan Oezbekistan en zijn machthebbers alvast een streepje voor geven bij buitenlandse investeerders en in Moskou. Daarna valt af te wachten aan welke groepen de ekonomische ontplooiing en de stabiliteit ten goede zullen komen. Een regionale macht worden is één zaak. Welk gebruik van die macht wordt gemaakt, behoort tot het aansluitende hoofdstuk.

Bruno De Cordier

Tussen Rusland en Kirgizië, de vlakte en de bergen, Oezbekistan.

Ambassadeur Alisher Faizullaev : “We hebben geen uitgang naar zee. Dat is de grootste handicap van Oezbekistan. “

Gülnara Kamalova : “Etnische konflikten zijn gevaarlijker dan de dreiging van islamisten. “

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content