‘BLIJKBAAR WILLEN SOMMIGEN JE PAKKEN. NIET ALS POLITICUS MAAR ALS PERSOON’

© TOM VERBRUGGEN

Het nieuwe Antwerpse schepencollege heeft zijn eerste halfjaar erop zitten. Burgemeester Bart De Wever en zijn schepenen hadden het niet onder de markt. Superschepen en OCMW-voorzitter Liesbeth Homans bijt van zich af: ‘Het enige wat wij willen doen, is goed besturen. Maar door die overdreven aandacht – ook van de media – is dat vermoeiender aan het worden dan het zou kunnen zijn.’

De voorbije jaren was Liesbeth Homans al de politieke rechterhand van N-VA-voorzitter Bart De Wever. Toen hij burgemeester van Antwerpen werd, deed hij opnieuw een beroep op haar. Homans bekleedt een supermandaat: ze is OCMW-voorzitter, schepen van Sociale Zaken, van Samenlevingsopbouw, Diversiteit en Inburgering, Wonen en Loketten. De mededeling op haar website dat ze ‘alvast weet wat te doen’ is een understatement van formaat. Het waren zes bijzonder hectische maanden, maanden van bergen werk en tonnen kritiek. En met de zomervakantie in aantocht valt die cadans niet stil: Homans loopt recht van een lang uitgevallen schepencollege naar het interview met Knack. Een kleine koortsblaar op haar bovenlip verraadt een vermoeiend en gestrest bestaan.

LiesbethHomans: Ik heb me de afgelopen maanden moeten bezighouden met besparingen door de tekorten die het vorige bestuur heeft achtergelaten. Voor wat ik echt wil – de vertaling van het bestuursakkoord in concreet beleid – is er helaas nog maar weinig tijd geweest: een grote besparing realiseren in het OCMW, niet door de dienstverlening af te bouwen maar door te werken aan efficiëntie en werkingskosten. Ik vind namelijk niet dat het OCMW elk jaar opnieuw een groot tekort kan doorschuiven naar de stad, want die moet zelf al besparen. Ik ben ook voorzitter van Woonhaven Antwerpen, een van de grootste socialehuisvestingsmaatschappijen van het land. Daar ben ik op vreselijke zaken gestoten.

Spreekt u nu van lijken in de kast?

Homans: Ik heb het over een gecumuleerd tekort van 11 miljoen euro. En dat gat dichten wordt niet evident, want een huisvestingsmaatschappij heeft weinig bronnen van inkomsten. Zelfs als ik het zou willen, kan ik de huurprijzen niet verhogen: ik mag dat niet. Zeg ik dat dit tekort volledig de verantwoordelijkheid is van het vorige bestuur? Nee, want Vlaanderen heeft de financiering van de huisvestingsmaatschappijen aangepast, en zoals zoveel maatregelen in Vlaanderen is de nieuwe regelgeving meer op maat van de kleine en middelgrote gemeenten geschreven dan van de steden. Maar het vorige bestuur heeft wel een grote verantwoordelijkheid in het blijven tolereren van wantoestanden. Er zijn hier huurders met een betaalachterstand van 10.000 euro. Dat vind ik niet normaal, zeker omdat die per maand maar 180 euro huur hoeven te betalen. Ik ben geen onmens. Als een huurder een maand niet kan betalen omdat de dochter mee op schoolreis wil: geen probleem. Dan stellen we een afbetalingsplan op. Maar huurachterstallen van 10.000 euro, waaraan niets werd gedaan? Dat gaat ook rond, hè. Waarop zou je betalen als Woonhaven toch niet ingrijpt als je het niet doet? Ik ben al die dossiers systematisch in orde aan het brengen. Maar dat vergt tijd.

Is er wel voldoende wederzijds vertrouwen tussen de nieuwe schepenen en de stedelijke ambtenarij, die ook het vorige beleid mee heeft vormgegeven?

Homans: Zeker. We zijn in januari officieel gestart, maar toen in december de coalitie gevormd was en de bevoegdheden waren verdeeld, heb ik ‘mijn’ topambtenaren gezegd: ‘Ik geef u het voordeel van de twijfel. Ik hoop dat u hetzelfde doet met mij.’ En we werken ontzettend goed samen. Vorige week was er in de commissie een zware aanval op de directeur van ons Zorgbedrijf. Iedereen weet dat die man kabinetschef is geweest van Monica De Coninck (SP.A). Dat heeft me niet belet om hem door dik en dun te verdedigen, want hij werkt zeer goed. Ik weet zelfs niet of hij nog lid is van de SP.A. Zijn kleur interesseert me niet, zijn werk wel. En dat geldt voor alle bedrijfsdirecteuren.

Toch zijn onlangs twee topambtenaren vertrokken: beleidscoördinator Roeland Gielen en communicatiedirecteur Ils Neuts. Kranten schreven: uit onvrede met het nieuwe beleid.

Homans: Meneer Gielen heeft gezegd: ‘Ik was al langer bezig met de overgang naar de privé te maken’, en dat wordt dan in sommige kranten opgeblazen tot ‘gaat weg uit onvrede’. Ik weet van Roeland zelf dat dit totaal niet aan de orde is. En Ils Neuts krijgt een directiefunctie bij Telenet. Ook met een andere meerderheid zou zij die beslissing hebben genomen.

Als schepen moet je je topambtenaren erkennen en waarderen. Dat doen we ook. Het stadsbestuur stelt zich tegenover de ambtenaren niet op met een air van: ‘Wij hebben alle wijsheid in pacht.’ Ik heb begrepen dat dit in het verleden weleens anders was. De meeste ambtenaren voelen zich vandaag wellicht meer betrokken dan vroeger.

Nu nog de sociale organisaties. Die kwamen vorige week tegen uw besparingsplannen op straat.

Homans: En zo zorgen ze voor een beeld dat ik een schepen ben die niet wil overleggen. Ik heb het laten natellen: ik heb 44 gesprekken met die organisaties achter de rug! Niet altijd met dezelfde mensen natuurlijk, maar wel met de sector. Elke woensdagvoormiddag ga ik bij een van die sociale organisaties op bezoek. Ik had de indruk dat dit voor hen nieuw was en dat ze blij waren met de aandacht voor hun werk. En nadien verklaren ze in de media: ‘We hebben haar nog nooit gezien of gehoord.’ Dat vind ik niet fair. Maar dat zal wel bij ‘politiek’ horen, zeker?

Het is zeker een illustratie dat het er grimmiger toegaat. Sinds 2013 lijkt Antwerpen wel ‘de stad van de confrontatie’.

Homans: Dat is overdreven. Ik heb de laatste maanden vooral ondervonden dat de media ontzettend veel aandacht hebben voor Antwerpen. Zelfs bestuurders uit andere steden hebben Antwerpen ontdekt. Ineens heeft de burgemeester van Gent kritiek op het Antwerpse OCMW, nota bene omdat ons OCMW nu doet wat het de voorbije jaren ook al deed (niet automatisch aidsremmers verstrekken aan illegalen, nvdr. ). Yvan Mayeur, de OCMW-voorzitter van Brussel, stelde daarop voor om mij onder curatele te plaatsen. En vervolgens kon ook Laurette Onkelinx (PS) niet zwijgen. Ik vraag me af waar al die mensen met hun drukke agenda’s nog de tijd hebben om zich met Antwerpen bezig te houden. Enfin, bemoei u met uw eigen werk, zou ik zo zeggen.

Op de koop toe blijkt nadien dat het Gentse OCMW exáct hetzelfde doet als wij in Antwerpen: zowel Gent als Antwerpen past namelijk de federale wet toe. Maar hoewel alle media eerst pagina’s vrijmaken voor de kritiek van Daniël Termont (SP.A) op Antwerpen, wijdt nadien alleen Gazet van Antwerpen nog een stukje aan het feit dat Termont met zijn hoofd tegen de muur is gelopen. De rest van de pers kijkt dan ineens de andere kant op. Dat stoort me, ja.

En dan vergat ik bijna Karel De Gucht (Open VLD). De Europees Commissaris had ook kritiek op Antwerpen – over de Sinksenfoor nog wel! (lacht) Dus ocharme over onze kermis. De bouwplannen van Rob Van de Velde voor een hoek van het Harmoniepark? Dat haalt de voorpagina van DeMorgen. Mag ik dus vaststellen dat er overdreven aandacht is voor Antwerpen?

Als de belangrijkste politicus van het land burgemeester wordt van de grootste stad van Vlaanderen, als die politicus die machtswissel zelf duidt als een historisch feit, als hij dat op verkiezingsavond onderstreept met een mars naar het stadhuis, dan moet hij niet klagen dat het nieuwe stadsbestuur nadien veel aandacht krijgt.

Homans: Vorige week zat er zelfs een RTBF-journalist bij de klassieke persbriefing na het schepencollege. Dat is echt ongezien. Er kan bijna geen gemeenteraad voorbijgaan of er staan hier tv-camera’s. De OCMW-raadszittingen zijn sinds jaar en dag openbaar, maar sinds een paar maanden zit er ineens een hoop publiek, en zelfs pers.

Toen de nieuwe Antwerpse meerderheid haar bestuursakkoord voorstelde, onderbrak de openbare omroep de uitzendingen om dat rechtstreeks uit te zenden. Vonden jullie dat ook vervelend?

Homans: Maar wij hebben toch nooit om die live-uitzending gevraagd? En het enige wat wij sindsdien willen doen, is dat bestuursakkoord goed uitvoeren. Maar door die overdreven aandacht – ook van de media – is dat vermoeiender aan het worden dan het zou kunnen zijn. Elk woord dat we uitspreken moeten we wikken en wegen, want het zou weleens verkeerd geïnterpreteerd kunnen worden. Tja. Ik neem maar aan dat de media dat doen omdat ze Antwerpen een bijzonder boeiende en leuke stad vinden.

De dading die het stadsbestuur afsloot rond de Sinksenfoor was inderdaad merkwaardig. Klagende buurtbewoners worden afgekocht met geld.

Homans: We hebben inderdaad een onderhandse overeenkomst afgesloten om die Sinksenfoor te laten doorgaan. In het verleden zijn er veel soortgelijke overeenkomsten afgesloten, en niet alleen in Antwerpen. Er is dan ook helemaal niets verkeerd mee. We wisten als college dat we de juridische procedures zouden verliezen en eigenlijk geen poot hadden om op te staan. Die deal was dus eigenlijk een toonbeeld van goed bestuur, een goede dealzoals we er wellicht nog een paar zullen afsluiten.

Want we hebben die Gedempte Zuiderdokken niet alleen nodig voor de Sinksenfoor, een stuk ervan is een van de grootste gratis parkings in de stad. Ik weet wel dat dit geen probleem is voor Karel De Gucht, maar niet elke Antwerpenaar kan zich waar hij dat wil door zijn chauffeur laten afzetten. Ik zou dus niet graag hebben dat daar vanaf volgende maand geen auto meer zou mogen parkeren, alleen omdat het stadsbestuur met een aantal buurtbewoners in een uitzichtloze juridische strijd verwikkeld blijft. Dus zo’n conflict los je op met een onderlinge overeenkomst, en dan stopt het ook.

Tot 14 oktober waren Bart De Wever en u nationale kopstukken van N-VA. Politiek bestond uit de financieringswet en de splitsing van het rechtelijke arrondissement B-H-V. Nu gaat politiek over de Sinksenfoor, Beerschot en T-shirts met regenboogmotief. Over de nationale onderwerpen had de man in de straat misschien een idee, over de lokale thema’s heeft hij altijd een eigen mening. Er is dus ook meer kritiek, en die is concreter.

Homans: Ik vind het maar normaal dat stedelijke thema’s besproken worden in de gemeenteraad. Maar die lokale thema’s zijn ineens groot nieuws in de nationale pers. En dat is er soms ver over. Ik beschuldig de media er niet van dat ze een factor van polarisatie zouden zijn. Ik stel gewoon vast dat ze sinds een paar maanden bijzonder gefocust zijn op Antwerpen.

Bart De Wever koketteerde met de – controversiële – sociale inzichten van Theodore Dalrymple. Is het dan niet logisch dat de publieke opinie toekijkt welk ‘conservatief sociaal beleid’ de N-VA in de praktijk wil brengen?

Homans: Ik gebruik de term ‘conservatief’ niet graag. Het hangt er namelijk van af hoe je dat begrip invult. Als conservatief wil zeggen dat er nog wat respect mag zijn, zowel voor zaken als voor mensen, dan wil ik gerust een fiere conservatief zijn. Ik heb graag dat mijn kinderen in de tram opstaan voor een oude dame.

Het beleid dat ik in Antwerpen wil uitstippelen, zal socialer zijn dan het vorige. Ik ben heel trots – niet voor mezelf maar voor de mensen die er echt iets aan hebben – op mijn beslissing om in de sociale restaurants kindermaaltijden van 1 euro uit te reiken, voor wie het echt nodig heeft. Maar Mieke Vogels (Groen) schreef in een opiniestuk dat ze zoiets niet nodig vond. Ik vind van wel. Ik wil namelijk de klemtoon op de sociaal zwaksten leggen. Dat kan nu vaak niet. Zoals ik al zei, ben ik bij de socialehuisvestingsmaatschappijen op schrijnende misbruiken gebotst. Onlangs kreeg ik een aanvraag van een man voor een sociaal appartement. Maar die man woont al met zijn partner in een sociaal appartement. In zijn motivatie voor een twééde appartement schreef hij, zwart op wit: ‘Omdat ik dan een hogere werkloosheidsuitkering krijg.’ Ik vind het niet normaal dat ik daarop moet ingaan en heb die aanvraag dus afgewezen. Maar ik ben teruggefloten.

Door wie?

Homans: Door de Inspectie Wonen Vlaanderen. De man voldoet namelijk aan alle toekenningsvoorwaarden: niet meer verdienen dan bedrag x enzovoort. (cynisch) In de officiële voorwaarden staat natuurlijk niet dat je geen sociale fraude mag plegen. Dus wil de inspectie niet dat ik er rekening mee houd. Terwijl het natuurlijk wél sociale fraude is. Ik weet dat meneer ten onrechte naar een hogere uitkering vist, ik weet ook dat hij bij mevrouw blijft wonen en dat hij zijn tweede appartement in het zwart zal onderverhuren. En dat moet ik dus tolereren, met een wachtlijst van 14.000 mensen. Dat maakt het sociale systeem kapot. De groep die een beroep doet op ons sociale vangnet wordt elke dag groter. En tegelijk wordt de groep die dat moet financieren elke dag kleiner.

Dat is ook de kritiek van ondernemer Jan De Nul: één derde van de Belgen werkt voor twee derde.

Homans: Daarom heb ik bijvoorbeeld zo’n bewondering voor de kassiersters uit de Delhaize. Zij werken tot acht, negen uur ’s avonds, zijn ook in het weekend aan de slag, en dikwijls moeten ze daarom extra opvang betalen voor hun kinderen. En dat voor een loon waarvan ze uiteindelijk 200 euro netto méér overhouden dan als ze hun hand zouden openhouden naar de overheid. Vandaar mijn respect voor de gewone ‘werkende mens’.

Natuurlijk moet er een sociaal vangnet zijn. Maar het grote probleem is dat veel mensen het evident vinden dat het ook voor hen dient. Het OCMW wordt almaar meer aangesproken door achttienjarigen die zonder verpinken een leefloon vragen omdat ze willen voortstuderen. Dan vraag ik me af: wat is er mis met vakantie- en weekendwerk? Waarom moet een achttienjarige of iemand anders die nog nooit heeft bijgedragen aan ons sociale systeem, meteen met zijn hand omhoog staan?

Patrick Janssens (SP.A) ergerde zich daar ook aan. Het evenwicht tussen rechten en plichten is de rode draad van zijn boekje Voorwat, hoort wat.

Homans: Dat was een uitleg op papier. Hij had beter in de praktijk meer werk gemaakt van die slogan. Ik hoor bijvoorbeeld veel klachten van sociale huurders dat bepaalde kosten stijgen. Maar die stijgen omdat de huurders zelf steeds minder willen doen. Zo poetsen ze de gangen niet meer. Vroeger gebeurde dat wel. Er was een beurt-rol tussen de bewoners. Ik weet wel dat zoiets frustrerend kan zijn als je in die grote blokken op Linkeroever woont, met 200 à 300 twee appartementen, en er een paar niet meedoen en jij de indruk hebt dat je iemand anders zijn vuiligheid moet opkuisen. Maar het gevolg is dat alle poetswerk uitbesteed wordt aan externe firma’s. Waardoor er natuurlijk extra kosten bijkomen. Ik begrijp dat niet. De overheid stelt al sociale woningen ter beschikking voor wie daar recht op heeft. En dat is goed, want dat heet solidariteit. Maar is het dan zo onoverkomelijk dat men één keer om de tien tot vijftien weken de gang poetst?

De drive waarmee u spreekt over gangen poetsen en werken als student, is dat de taal van iemand die zelf in een sociaal appartement is opgegroeid, en die zelf heeft moeten werken om haar universitaire studie te bekostigen?

Homans: Ik zou als politicus verkeerd bezig zijn als ik mezelf als referentiepunt zou nemen. Politiek gaat niet over de vertaling van eigen ervaringen, maar van eigen inzichten. Ik ben ervan overtuigd dat de huidige attitude tegenover het sociale systeem niet vol te houden is. Ik vecht tegen de mentaliteit van ‘waarom zouden we het zelf doen, als de staat ons toch de hand reikt?’.

In de commissie Sociale Zaken van de gemeenteraad werd ik vorige week aangevallen, nota bene door de SP.A, omdat ik de leeflonen niet zou willen verhogen. Terwijl iedereen zou mogen weten dat dit een federale materie is. Ik zal die SP.A-vraag doorgeven aan Yasmine Kherbache, dan kan zij aan Elio Di Rupo (PS) vragen of hij daar geld voor overheeft. En zelfs als ik het zou kunnen, denk ik niet dat het verstandig zou zijn zo’n maatregel alleen in Antwerpen door te voeren. De mensen van Brussel en Gent zouden Antwerpen snel weten te vinden.

Dergelijke debatten zijn niet alleen vermoeiend, maar ook intellectueel oneerlijk. ‘Wij willen jullie leeflonen wel verhogen, maar Homans houdt dat tegen.’ Men maakt de mensen dus wijs dat de N-VA asociaal is. Dat klopt niet, maar het is soms vermoeiend om tegen dat vooroordeel te moeten blijven vechten.

Bart De Wever zei onlangs: ‘Ik voel me als een uitgeperste appelsien.’ Stedelijke en nationale politiek willen combineren is blijkbaar bijzonder slopend.

Homans: Het kruipt niet in je koude kleren, zeker niet met de budgetcontrole waar we dezer dagen mee bezig zijn. Ineens blijkt in mijn geval bijvoorbeeld dat de vorige ploeg geen geld had uitgetrokken voor de opvang van daklozen. Los het maar op. Bart maakt dat ook mee met de begroting van veiligheid of politie. En tegelijk moeten we ons bestuursakkoorden implementeren in de meerjarenplanningen voor 2014-1019. Dat vergt iets van een mens. Ik voel me meer moe dan vroeger. Een goede nachtrust zou welkom zijn.

Wat het écht slopend maakt, is het feit dat sommigen je blijkbaar willen pakken. Niet als politicus maar als persoon. Onlangs stuurde iemand een filmpje van mijn kinderen naar een krant. Daarop zie je dat ze niet op het zebrapad lopen als ze naar de ijskar gaan, maar een meter ernaast. Dan denk ik: waar zijn we eigenlijk mee bezig? Waar zal dit stoppen? Er zijn er die érg ver willen gaan in hun aanval op het nieuwe stadsbestuur.

We hebben het nageteld: sinds u op 1 januari schepen werd, stond uw naam meer dan 500 keer in de kranten. Alles valt te lezen, van uw politieke werk tot uw echtscheiding.

Homans: Dat is zo. En ik heb de keuze gemaakt om mijn gezin uit de media te houden, ook al zou dat renderen in electorale tijden. Foto’s van de kinderen, een interview over hoe zij hun mama graag zien – mensen lezen dat graag. Maar ik heb mijn lijn getrokken: ik scherm mijn privéleven af.

De eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat die extra aandacht ook wel helpt. Ik heb in De Standaard een hele pagina gekregen om SP.A-fractieleider Yasmine Kherbache van antwoord te dienen en mijn visie op de begroting te geven. Ik denk niet dat veel stedelijke begrotingen die aandacht gegund wordt, en ik ga er ook niet om klagen: ik heb duidelijk kunnen maken wat ik politiek van plan ben. (glimlacht) Maar anderzijds: als in het Vlaams Parlement een minister ondervraagd wordt over Beerschot, is dat niet een tikkeltje overdreven? Sommigen kunnen maar tussenbeide komen als het over de N-VA gaat, de N-VA in het algemeen, en in het bijzonder de N-VA in Antwerpen. Schamen ze zich soms voor hun eigen programma?

DOOR WALTER PAULI, FOTO’S TOM VERBRUGGEN

‘Bij Woonhaven Antwerpen, de socialehuisvestingsmaatschappij, ben ik op vreselijke zaken gestoten.’

‘Men maakt de mensen wijs dat de N-VA asociaal is. Dat klopt niet, maar het is vermoeiend om tegen dat vooroordeel te blijven vechten.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content