Zal Lukaku straks geen persconferenties geven voor wedstrijden op het EK voetbal? En mogen we Origi op het veld verwachten met een gekleurd bandje om zijn pols? Door hun bijgeloof kunnen de Rode Duivels meer kans maken om te winnen, al kan het net zo goed nefast aflopen.

Houdt u soms hout vast? En bent u op vrijdag de dertiende altijd een tikkeltje ongerust? Allemaal heel normale vormen van bijgeloof, waar de meesten onder ons last van hebben. Ook heel slimme mensen, weet professor Sociale Psychologie Frenk van Harreveld (Universiteit Amsterdam), die hierover met collega’s het boek Dat kan geen toeval zijn schreef. ‘Typ in Google maar eens “Obama en superstition” in’, vertelt Van Harreveld. ‘Dan zie je de Amerikaanse president met al zijn geluksbrengers. Bijgeloof komt vooral voor bij mensen die zich in heel spannende situaties bevinden: presidentskandidaten, maar ook gokkers, beurshandelaren en sporters.’ Zo wil Romelu Lukaku niet spreken op persconferenties voor grote wedstrijden, omdat dat ongeluk zou brengen. En Divock Origi draagt altijd polsbandjes in de kleur van zijn wedstrijdshirt. Maar Van Harreveld kent nog meer voorbeelden. ‘De Nederlandse voetbaltrainer Mario Been gooide ooit, toen zijn ploeg helemaal onderaan op de ranglijsten bengelde, een busje tandenstokers omver voor een wedstrijd. Later die avond won hij, dus besloot hij dat systematisch voor elke wedstrijd te doen. Zo heeft hij het tot in de Europese competitie geschopt.’

Uiteraard weet ieder zinnig mens dat die overwinningen niets met tandenstokers te maken hebben. Of toch? Enkele jaren geleden pakten onderzoekers van de Universiteit van Keulen groot uit met het nieuws dat bijgeloof onze prestaties bevordert. ‘Bij een van hun experimenten lieten ze proefpersonen een spelletje minigolf spelen’, vertelt Van Harreveld. ‘De ene groep mocht er gewoon aan beginnen, terwijl de andere te horen kreeg dat ze met het “geluksballetje” speelden. En ja hoor: zij behaalden hogere scores. Wie gelooft dat het geluk aan zijn zijde staat, heeft meer zelfvertrouwen en scoort beter. Je kunt het vergelijken met een placebo.’ Daarnaast is bijgeloof een goede manier om controle te krijgen over ons leven. ‘De meeste mensen hebben grote problemen met toeval, omdat dat het leven eng maakt. Door allerlei rituelen lijkt het alsof we dat toeval kunnen controleren. Als je alleen voorzichtig moet zijn op vrijdag de dertiende, valt er op andere dagen een last van je schouders. Bovendien zijn die vormen van bijgeloof meestal makkelijk en goedkoop. Dus doe je ze maar, om het lot niet te tarten. Het heeft ook te maken met de anticipatie van spijt: als je faalt, wil je het gevoel hebben dat je al het mogelijke hebt gedaan.’

Kip voor elke wedstrijd

Maar bijgeloof kan ook negatieve effecten hebben, weet Van Harreveld. ‘De typische rituelen die je vooral bij sporters ziet, stapelen zich soms op en worden almaar complexer. Soms neigt het zelfs naar een dwangstoornis. De Amerikaanse honkballer Wade Boggs was daar een goed voorbeeld van. Zo at hij voor elke wedstrijd kip: 160 wedstrijden per jaar, tien jaar lang. Na zijn carrière heeft hij een boek met kippenrecepten gepubliceerd. Maar hij schreef voor elke slag ook het woord ‘chai’ (Hebreeuws voor ‘leven en hoop’, nvdr.) in het zand. En hij deed elke dag op precies hetzelfde tijdstip een hardloopoefening. Aanvankelijk lukte het hem waarschijnlijk om te winnen met die kip. Maar als hij dan toch verloor, zocht hij andere oorzaken: hij had dat woordje niet in het zand geschreven. Of hij was niet op tijd opgestaan. Mensen voelen altijd de neiging om causaliteit te zoeken: dit gebeurt omdat ik dit heb gedaan. Denk maar aan de keren dat je aan iemand dacht en die persoon jou net op dat moment opbelde: dat voelt toch alsof het voorbestemd was?’

Maar bijgeloof kan ook voor de economie nefaste gevolgen hebben, vertelt van Harreveld. ‘In de Verenigde Staten, waar bijgeloof meer leeft dan bij ons, melden heel veel mensen zich ziek op vrijdag de dertiende. Volgens economen kost dat 800 à 900 miljoen euro per jaar. Maar ook in Finland hebben onderzoekers al opvallende cijfers prijsgegeven: daar sterven op vrijdag de dertiende vijf procent meer mannen in het verkeer en achttien procent meer vrouwen. Waarschijnlijk heeft dat te maken met overdreven voorzichtig rijgedrag, wat ook weer gevaarlijk kan zijn.

DOOR STEFANIE VAN DEN BROECK, ILLUSTRATIE BART SCHOOFS

Op vrijdag de dertiende sterven er meer mensen in het verkeer, omdat ze overdreven voorzichtig rijden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content