Eind januari vindt in AntwerpenDe Grote Ontmoeting plaats,een congres over de samenwerkingtussen Vlamingen en Nederlanders.
In 1995 sloegen Vlaanderen en Nederland met een nieuw verdrag de handen in elkaar op het gebied van cultuur, onderwijs, wetenschappen en welzijn. Om een stand van zaken op te maken brengt de Commissie Cultureel Verdrag Vlaanderen-Nederland (CVN), die de Vlaamse en de Nederlandse regering over samenwerking adviseert, op zaterdag 31 januari Vlamingen en Nederlanders bijeen. Het decor van De Grote Ontmoeting is de Antwerpse Arenbergschouwburg.
‘We willen terugblikken en vooruitkijken’ zegt Pieter Langenberg, de Nederlandse consul-generaal in Antwerpen. ‘In de eerste plaats met mensen die werken in die sectoren waarop ons samenwerkingsverdrag van toepassing is, maar het congres staat ook open voor andere geïnteresseerden.
‘Tijdens het eerste deel wordt er gedebatteerd in twaalf groepen. Over de toekomst van de creatieve industrie, bijvoorbeeld. Of over nieuwe vormen van samenwerking voor televisie en film. Die debatten vullen de vooraf uitgewerkte adviezen aan, die in het tweede deel kort worden gepresenteerd. Maar verwacht geen saaie academische zitting, want de deelnemers kunnen zich ook laten meevoeren naar een theatermoment, concert, cinema of liveopname van radioboeken.’
Daarnaast is er een gesprek gepland met Vlaams minister van Cultuur Bert Anciaux (SP.A), en ook een dubbelinterview met minister-president Kris Peeters (CD&V) en de Nederlandse minister Frans Timmermans (PvdA), die verantwoordelijk is voor Europese Zaken en Internationaal Cultuurbeleid.
‘Timmermans heeft een oprechte persoonlijke belangstelling voor de Vlaams-Nederlandse samenwerking’, beklemtoont Pieter Langenberg. ‘Samen met Guusje Ter Horst (PvdA), de minister van Binnenlandse Zaken, heeft hij dit onderwerp opnieuw op de agenda gezet. Timmermans wil inventariseren op welke praktische belemmeringen burgers stuiten in hun grensoverschrijdende contacten. Want je kunt wel de grens oversteken zonder dat je fysiek wordt tegengehouden, maar als je zaken wilt doen duiken er soms praktische problemen op. Grensoverschrijdende arbeid bijvoorbeeld moeten we flexibeler maken, door wetgeving en arbeidsregels beter op elkaar af te stemmen. Als de Antwerpse haven geschoolde werkkrachten te kort heeft, moet zij die zonder poespas uit Zeeland en West-Brabant kunnen aantrekken. Ook tussen Nederlands en Belgisch Limburg en tussen Noord-Brabant en de Kempen zijn nog veel synergie-en mogelijk. We moeten eveneens de vergunningen voor marktkramers op één lijn brengen, zodat een Vlaamse marktkramer makkelijk in Nederland op de markt kan staan en vice versa.
‘Want beter een goede buur dan een verre vriend. Laten we zo veel mogelijk samenwerken uit pragmatische overwegingen, en alle vooroordelen die ons daarvan weerhouden proberen te overstijgen’, aldus nog de Nederlandse consul-generaal.
Jan Jagers
