‘Variétés’, spiegel van de dolle jaren, in het Gentse MSK.

Een tijd van verhoogde levenslust en creatieve vondsten, afgesloten met de kater van Wall Street: in de jaren 1920 borrelde het ook op de Belgische kunstscène. Weinig tijdschriften weerspiegelen beter de vitaliteit, het veelzijdige aanbod en de kruisbestuiving van cultuuruitingen als Variétés. Dit troetelkind van de rusteloze artistieke promotor Paul-Gustave van Hecke hield het als maandblad twee jaar vol. 24 afleveringen, en een special over het surrealisme, verschenen tussen 1928 en 1930. Op een publicitaire postkaart schreef het van zichzelf dat het ‘door beeld en tekst alle dingen van het leven weerspiegelt waardoor de mannen en de vrouwen die van hun tijd willen zijn, geboeid raken’. Maar dan wel in het Frans. De vanuit Brussel opererende, internationaal georiënteerde nieuwlichters gebruikten uitsluitend de taal van Molière. Ze stonden dan ook in nauw contact met Parijs, waar ze vaste correspondenten hadden.

Variétés berichtte evengoed over expressionisme en surrealisme, de revolutionaire films van Sergei Eisenstein, als over de nieuwste trends in de fotografie en de mode, theater en reclame, sport, auto’s en vrije tijd. Dat alles op licht verteerbare toon, zonder rangorde tussen de onderwerpen. Het eenvoudige kaftontwerp – telkens een originele illustratie onder een blauw firmament met de quasi-handgeschreven letters varié-tés – doet ambachtelijk aan. In het aparte fotokatern was dan weer plaats voor abstrahering en constructie, lichteffecten en koel uitgebalanceerde composities.

Wat het blad vooral onderscheidde, was de combinatie tussen tekst en illustratie, op basis van kronkelende woord- en beeldassociaties. Het doet denken aan de surrealistische collagetechniek, zo betogen Cathérine Verleysen en Johan de Smet elk in hun tekst voor het cahier bij de afgeborstelde tentoonstelling in het noodpaviljoen van het Gentse Museum voor Schone Kunsten. (tot 6.2, Ch. De Kerck-hovelaan 187 a)

De bezoeker zelf moet het vooreerst stellen met een blik op de onder glas opengeslagen bladzijden van Variétés. Maar op de muur toch ook foto’s uit Van Heckes collectie (bewaard in het AMSAB) met revelaties als Florence Henri, Aenne Biermann en Ewald Hoinkis. Voorts bevredigen kos-telijke schilderijtjes van Valentine Prax en Edgard Tytgat en houtsnedes van Frantisek Kupka de ontdekkingslust, terwijl een kleine keuze uit het werk van de grote jongens – van Ensor tot Man Ray – het stempel van beproefde degelijkheid draagt. Elke dag wordt doorlopend een andere film vertoond (Eisenstein, Chap-lin, Murnau…). Variété genoeg.

J.B.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content