Triatleet Frederik Van Lierde (34) krijgt in de Brusselse Galerie Horta het Vlaams Sportjuweel uitgereikt.

David Naert (VRT-sportjournalist): Triatlon is een sport die niet makkelijk de krantenkoppen haalt, hoewel ons land er een mooie traditie in heeft. Eigenlijk is er in het hele jaar maar één moment dat deze nochtans prachtige discipline de aandacht weet te vatten: de Ironman van Hawaï in oktober, die Van Lierde won. Het is een wedstrijd die tot de verbeelding spreekt: prachtig decor, omstandigheden waarvan de kijker zelfs in zijn zetel voelt dat ze buitenaards zijn. Wie zich daaraan waagt, verdient sowieso grenzeloos respect. Fysiek is zo’n Ironman moordend, bijna niet voor te stellen voor wie het zelf nooit onderging.

Het is afzien en er in verhouding karig voor betaald worden.

Naert: Dat is waar. Rijk zal zelfs een topper als Van Lierde van het triatlon niet worden. Ik vind het belangrijk dat je zo’n man de waardering toont die hem toekomt, al is het slechts via een sportprijs. Nu zijn er uiteraard nog andere Belgische atleten die op een mooi 2013 kunnen terugblikken. Bart Swings bijvoorbeeld, die zowel in het skeeleren als in het schaatsen doorbrak. Hopelijk bevestigt hij op de Olympische Winterspelen. Ook Sven Nys haalde weer de shortlist van veel sportreferenda. Niet alleen omdat hij op gevorderde leeftijd opnieuw wereldkampioen werd, maar ook omdat Nys zich de perfecte ambassadeur van zijn sport toont. Honderd procent professional, 24 uur per dag, 365 dagen per jaar.

Opmerkelijk is dat het wielrennen en het voetbal, met voorsprong de twee populairste sporten, dit jaar minder scoorden in de referenda. Voor het wielrennen verrast dat niet, want er stak niemand bovenuit zoals Tom Boonen het seizoen daarvoor. Maar waarom de voetballers ontbreken, moet men mij toch eens uitleggen. 2013 was ongetwijfeld het jaar van de Rode Duivels. Een Kevin De Bruyne, de ster van de kwalificatiecampagne, of een Thibaut Courtois, die uitgroeide tot een van de beste keepers ter wereld, hadden zeker niet misstaan.

In de ploegsporten presteert België beter dan ooit. Onze nationale ploegen scoorden in het hockey, het volley én het basket, en dat zowel bij de mannen als bij de vrouwen.

Naert: Bovendien zijn dat allemaal olympische disciplines, het terrein van de echte topsport. Zo’n weelde is voor ons land ongezien. Dat succes valt niet uit de lucht. Het is het resultaat van jaren structureel werk, begonnen toen de toppers van nu nog piepjong waren. De nationale ploegen in het hockey, het volley en het basket vind ik mooie, pure sportverhalen. Die dames en heren weten dat ze het niet voor het geld doen. Ze leven op drive en volharding.

Ook bij de jeugd ogen de resultaten veelbelovend. Staat de Belgische sport gouden tijden te wachten?

Naert: Daar blijf ik voorzichtig in. Jeugdresultaten tonen alleen dat het potentieel aanwezig is, maar niet iedere juniorenkampioen zal doorstromen. Het succes van de generatie Belgen die er nu al staan, kan wel inspirerend werken: de ene topper brengt als het ware de volgende voort. Ik noem België zeker nog geen toekomstig topsportland, maar er is in ieder geval nog nooit zo’n mooie basis geweest.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content