In de verkiezingspeiling van La Libre Belgique en de RTBF haalt de N-VA 30,8 procent. In september 2012 was dat nog 40,1 procent.

Carl Devos (politicoloog Universiteit Gent): De N-VA maakte na de verkiezingen van 2010 een steile klim in de peilingen, waardoor Geert Bourgeois hardop van 40 procent of meer begon te dromen. Maar bij de provincieraadsverkiezingen van 2012, die overigens heel goed waren voor N-VA, bleek dat 40 procent een onrealistisch hoog streefcijfer was. In 2013 viel N-VA in de peilingen terug op ongeveer 30 procent, niet ver van haar verkiezingsresultaat van 2010. Daarmee ligt de partij nog altijd mijlenver voor op haar eerste concurrent CD&V, dat op 17,9 procent zou stranden. Maar het jarenlange beuken en stampen tegen de door de PS en de Franstaligen gedomineerde ‘belastingregering’ heeft de N-VA kennelijk geen vleugels gegeven in vergelijking met 2010.

Terwijl dat wel de voorspelling was toen de regering-Di Rupo van start ging, namelijk dat de N-VA als een komeet omhoog zou schieten.

Devos: Dat dat niet is gebeurd, vind ik hét politieke signaal van 2013. Voeg daarbij de mentale klik bij de federale meerderheidspartijen, die tot het besef zijn gekomen dat ze ermee moeten stoppen op hun eigen regering te schieten en zich als een stelletje verdwaasden op de N-VA te fixeren. Alsof het al een uitgemaakte zaak is dat ze in 2014 worden afgemaakt en de N-VA 40 procent of meer haalt.

Ik herinner me hoe Open VLD-voorzitter Gwendolyn Rutten de eigen federale begroting afviel. Hoe wil je dan in godsnaam dat de kiezer er vertrouwen in heeft? Of toenmalig CD&V-vicepremier Steven Vanackere, die in De Kruitfabriek op VIER zei dat een vervolg op de regering-Di Rupo voor hem niet hoefde. Ze zijn gaan beseffen dat ze op die manier zichzelf kapotmaken. Eind 2013 blaakte CD&V van zelfvertrouwen en ook Open VLD gelooft er weer sterk in. Alleen bij de SP.A valt het op dit moment wat tegen, maar ook de Vlaamse socialisten verdedigen met vuur het federale regeringswerk.

Helpt het ook dat de N-VA in 2013 af en toe een steek liet vallen?

Devos: Zeker. De voortdurende kritiek van de N-VA op die zogenaamde Franstalige belastingregering gaat op den duur vervelen. De N-VA-strategie rammelt bij momenten ook behoorlijk. Is het confederalisme nu belangrijker, of het sociaaleconomische beleid? Wat moet voor de N-VA op het vlak van confederalisme in een volgende federale regering zeker worden gerealiseerd? Moet die regering over een tweederdemeerderheid beschikken? En ga zo maar door. Er zat vaak ruis op de communicatie.

Voorts begint de federale regering stilaan het rendement van haar beleid te zien. De keuze om met geleidelijke hervormingen de crisis te lijf te gaan en niet zoals sommige buurlanden alles radicaal ondersteboven te keren, pakt volgens nogal wat kiezers niet slecht uit. Natuurlijk worden heel wat lastige dossiers naar een volgende regering doorgeschoven, maar anderzijds scoort België voor een aantal indicatoren niet slecht.

Verder is er een staatshervorming en hebben we van Europa op begrotingsvlak geen onvoldoende gekregen, al was dat na een heronderhandeling van onze doelstellingen. Bij een groeiend deel van de bevolking ontstaat het gevoel dat de regering-Di Rupo weliswaar geen fantastische regering is, maar wel de boel onder controle heeft en hun leven niet ontwricht. Niemand weet wat dit gaat geven op 25 mei, maar de setting is in de loop van 2013 wel veranderd: van een zekere landslide voor de N-VA naar ‘alles is nog mogelijk’. De psychologie in de Wetstraat is gekanteld. De uitdager wordt nu uitgedaagd. Je voelt ook dat de nervositeit bij N-VA toeneemt omdat ze de beeldvorming niet meer onder controle hebben.

Wordt voorzitter Bart De Wever bij de N-VA erg gemist nu hij in het stadhuis van Antwerpen zit?

Devos: De Wever kent zijn gelijke niet binnen de N-VA. De afstand met de andere partijkopstukken bedraagt al snel een paar kilometer. De N-VA heeft bovendien nog een smalle top, en veel van die mensen, zoals Geert Bourgeois en Jan Jambon, worden door andere verantwoordelijkheden in beslag genomen. Die hebben dus noch hetzelfde individuele talent, noch de tijd om tot echte kleppers uit te groeien. De afwezigheid van De Wever heeft kwalijke gevolgen voor de partijcommunicatie. Laat twee of drie N-VA-kopstukken aan het woord over hun confederale plannen en je ontdekt al snel subtiele maar politiek erg belangrijke accentverschillen. Het is zoals in die cowboystripverhalen: ‘Bleekgezicht spreekt met twee tongen.’

U vond hun teksten over het confederalisme anders een zegen voor het politieke debat: eindelijk duidelijkheid!

Devos: Die teksten zijn meestal goed uitgewerkt en maken eindelijk duidelijk wat de N-VA met confederalisme bedoelt. Maar met zo’n totaalprogramma komt de N-VA in 2014 natuurlijk nooit in een federale regering. Vervolgens kwamen ze met de boodschap dat het ook niet allemaal in één keer hoeft. Goed, maar dan ga je in 2014 natuurlijk naar een heruitgave van 2010: waar ligt de lat? Moet er nog suiker op de lepel? Is de vis wel vet genoeg? Het einddoel van de N-VA is met andere woorden duidelijker dan vroeger, maar ze zeggen er niet bij wat daar in 2014 van moet worden uitgevoerd.

Maar ook CD&V houdt voorlopig vast aan dat confederalisme, al dekt die vlag bij hen een andere lading en weten we ook niet precies welke lading.

Devos: CD&V, de partij die er in 2014 in elke regeringsformule vrijwel zeker bij is, wil om electorale redenen de communautaire kiezer niet volledig aan de N-VA overlaten en schuift nu het ‘positieve confederalisme’ naar voren. Voor Kris Peeters kan na de verkiezingen in de Senaat over een nieuwe staatshervorming worden gepraat, ook al wil hij daar verder inhoudelijk niets over kwijt. Maar dankzij CD&V heeft de N-VA een bondgenoot die het dossier van de staatshervorming mee warm houdt. Daar bewijst CD&V de N-VA dus een grote dienst mee. Ik zou het intellectueel en politiek moediger vinden als CD&V ofwel zou zeggen ‘Jongens, we zijn nog járen zoet met die zesde staatshervorming, gun de instellingen nu vijf jaar rust en dan zien we wel weer in 2019’, ofwel: ‘Dit is wat wij in 2014 in een nieuwe staatshervorming willen zien gebeuren’.

Wordt de staatshervorming een thema bij de verkiezingen van 2014?

Devos: De kans is klein. De meeste kiezers liggen er niet van wakker. Ook veel politici hebben er genoeg van. Zelfs de N-VA wil volgens mij niet heel zwaar op een staatshervorming inzetten. Kijk naar hun versterking van de laatste weken: Annick De Ridder, Lorin Parys en Johan Van Overtveldt, dat zijn allemaal aanwinsten voor hun economische flank. En niet zomaar een economische flank overigens, het gaat stuk voor stuk om bikkelharde, messcherpe liberalen, die zo weinig mogelijk overheid willen en zo veel mogelijk vrijheid voor ondernemers. Met haar economisch programma kan de N-VA in Vlaanderen scoren. Met haar staatkundig programma dreigt ze kiezers die geen politieke avonturen of nieuwe politieke impasse willen weer weg te jagen.

Maar dat institutionele programma is er natuurlijk wel. Met hun economische standpunten konden ze nog medestanders vinden aan Franstalige kant, met name bij de MR. Maar met hun confederalisme en hun voorstellen voor Brussel zal geen enkele Franstalige partij zich willen associëren.

Devos: Dat klopt. In Wallonië wordt de recente daling van de MR in de peilingen zelfs toegeschreven aan de succesvolle strategie van de PS om de MR aan de N-VA te koppelen. In die zin zijn de teksten van de N-VA een godsgeschenk voor de PS. Die moet nu gewoon tegen de Franstalige publieke opinie zeggen: sociaaleconomisch is de N-VA een ramp, institutioneel is de N-VA een ramp, wie een dam wil opwerpen tegen dat rechts-liberale en staatsontwrichtende programma van de N-VA moet dus op ons stemmen. Ook wie vindt dat de PS in de federale regering misschien niet links genoeg was.

Wie zijn de Vlaamse kandidaat-premiers in 2014? Bart De Wever zou op een federale lijst staan, maar is hij een serieuze kandidaat voor het ambt?

Devos: Je mag niets uitsluiten, maar voor de N-VA is het toch bepaald niet vanzelfsprekend om een Belgische regering te leiden. De Wever heeft al last als hij de koning ontmoet. Dan draagt hij een das met leeuwtjes op. Voor de N-VA ligt het dus moeilijk, zeker als er van dat confederalisme, waarvoor de Franstaligen niet te porren zijn, niets in huis komt.

Dan is er Vlaams minister-president Kris Peeters. Zonder dat iemand hem erom vroeg, schreeuwde Peeters van de daken dat hij geen kandidaat-premier is. Maar hij heeft niet gezegd dat hij nooit ofte nimmer premier wordt. Ik kan me dus best een scenario inbeelden waarin De Wever minister-president van Vlaanderen wordt en CD&V, als de grootste federale regeringspartij aan Vlaamse kant, de premier levert, en dat zou dan Kris Peeters kunnen zijn. Of Wouter Beke, hoe raar het ook mag klinken. Ook een mogelijkheid is dat Hilde Crevits Vlaams minister-president wordt en Peeters federaal premier. Maar als er ergens een premier zit in Vlaanderen, is het allicht bij CD&V.

Hoe groot schat u de kansen in van Di Rupo II?

Devos: Heel moeilijk te zeggen. Dat lijkt me een waarschijnlijke regeringsformule, naast die andere kanshebber, een zogenaamde Antwerpse coalitie van N-VA, CD&V en Open VLD. Maar besturen zonder de PS wordt heel, heel moeilijk. Want zelfs als ze 5 procent zou verliezen ten opzichte van 2010, haalt de PS in Franstalig België nog 30 procent. Zonder de PS besturen is aan Franstalige kant dan ook bijzonder lastig.

De MR is daar weliswaar meteen toe bereid, CDH, de eeuwige twijfelaar, zou het kunnen overwegen, maar de kans dat het linkse Ecolo zonder de PS in een regering stapt met een centrumrechtse Vlaamse meerderheid, acht ik bijzonder klein. Wat schiet er van Ecolo in 2019 dan nog over? Ik zie de PS dus wel terugkeren aan Franstalige kant. En dan wordt een nieuwe tripartite heel waarschijnlijk, want de PS zal niet met N-VA regeren – dat gaat echt niet.

Waarom niet?

Devos: Omdat de N-VA dan om te beginnen dat confederalisme moet laten vallen. Dat zal dan gecompenseerd moeten worden op sociaaleconomisch gebied, en dat gaat ook niet gebeuren.

Hoe ziet u de zaken in Vlaanderen?

Devos: Daar verloopt de regeringsvorming natuurlijk helemaal anders. Niet alleen heb je daar geen Franstaligen, er is ook niet het ritueel met de koning, de informateur, de formateur… voor je kunt formeren. Volgens het reglement van het Vlaams Parlement is de grootste partij aan zet. De N-VA zal waarschijnlijk de grootste zijn en die neemt dus het initiatief. Stel dat N-VA en CD&V samen al aan een meerderheid geraken, dan kan het snel gaan, want Kris Peeters wil ook zo snel mogelijk een regering. Mogelijk nemen ze Open VLD erbij om te depanneren en krijg je de Antwerpse coalitie. Kris Peeters heeft ook al gezegd – en dat meent hij volgens mij – dat hij het niet erg zou vinden als de Vlaamse regering anders samengesteld is dan de federale.

Dan kan de N-VA toch het leiderschap van de Vlaamse regering op haar palmares schrijven.

Devos: Precies, en dan kan ze het sociaaleconomische Vlaanderen, met de nieuwe bevoegdheden van de zesde staatshervorming, mee vormgeven. Als ze er federaal niet bij is, zullen met CD&V goede afspraken worden gemaakt, zodat N-VA de Vlaamse regering niet misbruikt om de federale aan te vallen. Als Peeters federaal premier wordt, moet dat zeker lukken, want hij en De Wever kunnen het goed met elkaar vinden.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content