België is aan zijn twintigste jaar pensioensparen bezig. Een succesverhaal?

In al de pensioenspaarfondsen samen zit nu 10 miljard euro of 1600 euro per Belg op arbeidsleeftijd (20 – 65 jaar). Het pensioensparen, dat aan zijn twintigste jaargang is begonnen, werd in 1986 onder een rooms-blauwe regering van Wilfried Martens (CVP) ingevoerd als ‘stelsel van derdeleeftijds-sparen’. Dat gebeurde via een Koninklijk Besluit ondertekend door minister van Financiën Mark Eyskens (CVP) en minister van Begroting Guy Verhofstadt (PVV). De pensioenspaarfondsen moesten beleggen in Belgische aandelen.

Star Fund is het grootste pensioenspaarfonds. Het bevatte in december 2005 bijna een derde van het totale nettoactief van alle pen-sioenspaarfondsen samen: 3,064 miljard euro. Dat kapitaal was voor 65 procent belegd in aandelen en 35 procent in vastrentende producten. Het aandelenluik wordt beheerd door ING Investment Management en het obligatieluik door Dexia. De commercialisering van het fonds gebeurt door Dexia en ING. Vanwaar het succes van Star Fund, dat in 1987 is gelanceerd door het Gemeentekrediet, voorloper van Dexia?

Steven Steyaert (ING Investment Management/ Marketing Support): ‘Star Fund kreeg een voorsprong omdat het snel is aangeboden. Bij de grootbanken maakten het Gemeentekrediet en de BBL de markt. Star Fund was ook performant en kreeg goede kritiek. Sinds 1987 tot nu haalde het fonds een gemiddelde return van 8,9 % per jaar.’

In het begin was pensioensparen bedoeld om steun te verlenen aan het Belgische bedrijfsleven, maar Europa vond dat discriminerend. ‘In 2004 liet de wetgever de beheerders van pensioenspaarfondsen toe buitenlandse waarden op te nemen. Dat bracht een bredere spreiding van de beleggingen mee’, legt Steyaert uit. ‘In plaats van te focussen op België, wordt nu in de eerste plaats gekeken naar mogelijk rendement.’

Jaarlijks kan per persoon 780 euro in een pensioenspaarfonds worden belegd met een fiscaal voordeel dat schommelt tussen 30 % en 40 % van het gestorte bedrag. Stapt u voor de pensioengerechtigde leeftijd uit, dan wordt het kapitaal belast tegen minstens 33 %.

In het jaar van uw 60e verjaardag levert een storting geen fiscaal voordeel meer op. Op uw 60e verjaardag krijgt u van de bank een brief met de melding: ‘We moeten de anticipatieve heffing verrekenen, een eenmalige taks. De taks bedraagt 16,5 % voor de stortingen tot en met 1992 en 10 % vanaf 1993. De basis voor de berekening van de taks zijn de nettobedragen van de stortingen tot en met 1992 gekapitaliseerd tegen 6,5 % en vanaf 1993 tegen 4,75 %.’

Over het pensioensparen tussen 60 en 65 jaar betaalt u geen belastingen meer.

Als uw pensioenfondsen onvoldoende return opleveren, dan sponsort u de overheid.

F.V.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content