Paul Delva

‘Laat de kerststal een symbool zijn van een open en hoopvolle samenleving’

Paul Delva CD&V-fractieleider in het Brussels Parlement

Paul Delva, lid van het Brussels Parlement voor CD&V, reflecteert op de kerststalkwestie: ‘Waarom staan de ‘verdedigers van de christelijke cultuur’ slechts op in crisismomenten?’

De verdedigers van de ‘christelijke cultuur’ staan opnieuw – minstens op de sociale media – massaal op. De traditionele kerststal kent onvermoed veel aanhangers. Een kanttekening trouwens bij het begrip ‘christelijke cultuur’. De reikwijdte ervan is blijkbaar gigantisch : van ‘christelijke waarden’ – die volgens sommigen dan nog eens universeel zouden zijn – tot en met de kerststal-met-inhoud, dat wil zeggen met inbegrip van het kerstekind en de betekenis ervan.

Fijn overigens dat de focus vandaag ligt op de kerststal, en niet op de commerciële Kerstman-uit-Lapland, of op de kerstboom-met-slingers. Het is eens iets anders.

‘Laat de kerststal een symbool zijn van een open en hoopvolle samenleving’

Vraag is natuurlijk wat velen exact drijft om de verdediging van de kerststal op zich te nemen. Soms wordt in eenzelfde redenering de bescherming van ‘onze tradities’ vernoemd, en volgen harde woorden voor de islam. In het specifieke geval van de stal in Holsbeek is dit overigens merkwaardig, gezien het protest tegen de stal blijkbaar kwam van inwoners van de gemeente die een bijzondere invulling van het begrip ‘neutraliteit’ voorstaan. Soit.

De vreselijke aanslag in Berlijn voedt natuurlijk verder de debatten. En brengt sommigen ertoe om de ‘christelijke cultuur’ te instrumentaliseren als ‘iets van ons’, en als een element van onze identiteit dat absoluut verdedigd moet worden.

Ja, we mogen en moeten fier zijn op onze christelijke cultuur. En natuurlijk zijn bepaalde waarden onaantastbaar. En het is absoluut juist dat we ze steevast krachtig in bescherming moeten nemen, nog meer in woelige tijden als deze.

‘In ‘normale’ tijden wordt er blijkbaar heel wat minder belang gehecht aan alles wat met een c begint’

Maar toch twee cruciale bedenkingen hierbij. Waarom staan deze ‘verdedigers van de christelijke cultuur’ slechts op in crisismomenten? In ‘normale’ tijden wordt er blijkbaar heel wat minder belang gehecht aan alles wat met een c begint. En ook : laten we toch opletten om onze rijke cultuur (en geloof, voor de christenen onder ons) niet in de eerste plaats te gebruiken als een ‘identiteitsinstrument’, om te reageren tegen andere religies en culturen. Deze reductie doet absoluut afbreuk aan het Kind in de stal, dat net een boodschap van hoop, geloof en een nieuw begin bracht.

En dus: lang leve de kerststal ! Omdat de waarde ervan zichzelf op staat, en geen voeding behoeft van ‘aanvallen’ van buitenaf. Hopelijk behoudt de kerststal dus al zijn verdedigers, ook wanneer de stormen, waarin onze samenleving momenteel verzeild is, gaan liggen. En nemen de verdedigers van de kerststal het op, niet louter omdat ze ’tot onze identiteit’ behoort, maar omdat ze symbool staat voor een boodschap (voor gelovigen met een grote b) die aan de grondslag ligt van onze huidige samenleving, en die kansen biedt voor een nieuwe morgen. Laat de kerststal dus in de eerste plaats het symbool zijn van een open en hoopvolle samenleving, ook in moeilijke tijden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content