Bruno Vanobbergen

Kinderrechtencommissaris: ‘De kinderrechtenbarometer staat stilaan op dreigend onweer’

Bruno Vanobbergen Kinderrechtencommissaris

Kinderrechtencommissaris Bruno Vanobbergen hoorde de laatste weken een paar ‘donderslagen’: hij zag hoe de kwetsbaarheid van vluchtelingen in vraag gesteld werd. Vooral wanneer het om kinderen ging, luidde er een alarmbel. ‘Als kinderrechtencommissaris wil ik niet blaffen als een dolle hond bij een eerste donderslag. Maar er hangt wel onweer in de lucht,’ waarschuwt hij.

‘Enerzijds mag de commissaris geen slakje zijn dat bij dreigend onweer veilig in zijn huisje kruipt, anderzijds verwachten we evenmin dat hij bij de eerste donderslag doelloos tekeer gaat als een bange hond.’

Het waren de woorden van een Vlaams volksvertegenwoordiger bij de opstart van het Kinderrechtencommissariaat midden de jaren negentig. Twintig jaar later zijn ze nog steeds een toetssteen. Ook te midden van de vele discussies die in ons land gevoerd worden door de sterke instroom van vluchtelingen. Een vluchtelingencrisis, volgens sommigen. Ernstig, maar niet onbeheersbaar volgens direct betrokkenen, zoals de Commissaris-Generaal voor de Vluchtelingen en Staatlozen. Mensenrechten en kinderrechten uit tal van internationale verdragen en richtlijnen zijn daarbij de kapstok bij uitstek.

Dat zijn geen receptenboeken en dus verdragen ze discussie. Maar dan wel met slechts één finaliteit voor ogen: de waardigheid van elke mens beschermen en voor elk individu maximale ontplooiingskansen garanderen.

Donderslag

Er viel de afgelopen periode af en toe een donderslag. De rechten van vluchtelingen werden in vraag gesteld. Hun kwetsbaarheid werd in twijfel getrokken en met de kwetsbaarheid van anderen afgewogen. Van een voorkeursbehandeling voor kwetsbare vluchtelingenkinderen kon geenszins sprake zijn.

De donderslagen verrasten. Was er een reële grond voor het gerommel? Het voorlopig beschikbare cijfermateriaal lijkt vooral de omvang en impact voor ons land te relativeren. Grondige analyses van de noden en mogelijke oplossingen zijn nog volop in de maak. De variatie aan voorstellen zorgde niettemin voor commotie.

Dat lijkt zowat de enige impact ervan. Als kinderrechtencommissaris beperkte ik me tot een advies voor de eerste aanpak en zweeg daarna. Omdat we geen bange hond willen zijn, happend en springend naar wat die dag toevallig passeert. Omdat we vooral de nuance en praktische oplossingen proberen te zoeken. Omdat kinderrechten er niet mee gebaat zijn in een steekspel terecht te komen.

‘De kinderrechtenbarometer staat stilaan op dreigend onweer’

Tot de kinderrechtenbarometer stilaan op dreigend onweer komt te staan. Net zoals voor de vele andere kinderen en jongeren in ons land die aangepast onderwijs, een aangepaste woning, therapie of een specifieke vorm van opvang nodig hebben, zijn het beleid en heel wat organisaties vandaag op zoek naar aangepast onderwijs, aangepaste opvang en gepaste begeleiding voor kinderen op de vlucht. Deze kinderen en jongeren kruisen elkaar in hun ‘rechten op’.

Het is daarbij niet wenselijk om deze kinderen en jongeren tegen elkaar op te zetten, laat staan ze tegen elkaar af te wegen. Het is de verantwoordelijkheid van onze overheden om alle kinderen tot hun recht te laten komen. We hebben jaren geleden het Kinderrechtenverdrag goedgekeurd en dat vertrekt net van het principe dat alle kinderen even belangrijk zijn. Dat Verdrag is juridisch bindend voor ons land en schuif je dus niet even zomaar opzij.

‘Van de gezinnen die veilig in ons land aankomen, weten we dat heel wat vaders, moeders en hun kinderen kampen met zware trauma’s’

Kinderen hebben het recht op leven en ontwikkeling en van ouders verwachten we dat ze hun opvoeding hierop oriënteren. Voor heel wat ouders in Vlaanderen klinkt dat vermoedelijk heel triviaal. We zorgen daar gewoon voor, vaak zonder er al te veel bij na te denken. Het leven is voor velen een vanzelfsprekendheid. Voor ouders op de vlucht wordt deze verantwoordelijkheid een dagelijkse opdracht. De vraag hoe de overlevings- en ontwikkelingskansen van de kinderen te maximaliseren, zorgt voor pijnlijke dilemma’s.

In oorlogsgebied blijven, of een risicovolle reis wagen? Zich schikken in de eerste, vaak niet de beste opvang, of doorreizen naar een land met échte hoop op een toekomst?

Van de gezinnen die veilig in ons land aankomen, weten we dat heel wat vaders, moeders en hun kinderen kampen met zware trauma’s. Dat hoor je in de verhalen van de vele leerkrachten, opvoeders, pleeggezinnen en artsen die zich dagelijks voor deze kinderen en hun gezinnen engageren.

Dat lees je ook in de statistieken. Zo stelt Fedasil dat van de meer dan 700 minderjarigen die in 2014 zonder ouders ons land zijn binnengekomen er 36% heel kwetsbaar is. Trauma’s kunnen resulteren in suïcidepogingen en zorgen voor spanningen.

‘We kennen de nefaste gevolgen van langdurig leven in armoede en uitsluiting op de ontwikkelingskansen van kinderen’

We moeten ons dus vandaag vooral afvragen hoe we deze kinderen en hun gezinnen maximaal kunnen ondersteunen. We leveren hiertoe al heel wat inspanningen. Administraties en diensten onderzoeken op dit ogenblik de verschillende opvangmogelijkheden, de ‘lege plekken’ in de scholen en proberen om de bestaande expertise op het vlak van psychologische ondersteuning op meer locaties in te zetten.

Ook materiële ondersteuning is essentieel. Niet enkel in de vorm van kleren en voeding en niet enkel dankzij inzet van vrijwilligers. Maar ook door het garanderen van een levensstandaard die toereikend is voor de volledige ontwikkeling van kinderen, zoals het Kinderrechtenverdrag bepaalt. We kennen de nefaste gevolgen van langdurig leven in armoede en uitsluiting op de ontwikkelingskansen van kinderen. Daarom zal een deel van die gezinnen vermoedelijk niet minder, maar net meer steun moeten krijgen. Het is het enige gepaste antwoord op de grote kwetsbaarheid waarmee we vandaag geconfronteerd worden.

De woorden indachtig van de volksvertegenwoordiger bij de opstart van het kinderrechtencommissariaat: als kinderrechtencommissaris wil ik niet blaffen als een dolle hond bij een eerste donderslag. Maar er hangt wel onweer in de lucht.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content