Bleri Lleshi

‘In ‘slechte studenten’ moeten we net het meest investeren’

Bleri Lleshi Auteur en politiek filosoof

De besparingen in het onderwijs en het voorstel van KU Leuven om ‘slechte studenten’ te weigeren, stoten politiek filosoof Bleri Lleshi tegen de borst. ‘Ze hollen het recht op onderwijs voor iedereen uit tot onderwijs als voorrecht voor de elite.’

De KU Leuven wil studenten die minder dan 18 studiepunten hebben behaald tijdens hun eerste jaar weigeren voor een herinschrijving. Zowel de algemene vergadering als de studentenraad hebben hun steun verleend en er was zelfs weinig weerstand.

Vice-rector Onderwijsbeleid Didier Pollefeyt is overtuigd van dit voorstel: “Er zijn veel te lage slaagcijfers in alle bacheloropleidingen. Bovendien hebben we harde empirische evidentie: van deze groep kunnen we met grote waarschijnlijkheid zeggen dat ze geen diploma zullen halen.”

Lage slaagcijfers

Indien er veel studenten lage slaagcijfers hebben, dan lijkt me essentieel dat de KU Leuven zich de vraag stelt waarom dit zo is. Wat zijn de oorzaken hiervoor? Gezien het om eerstejaarsstudenten gaat, moeten we de vraag stellen of ze voldoende voorbereid worden op school. We mogen gerust vragen stellen over de verantwoordelijkheid van de student zelf, maar even belangrijk zijn de vragen over de sociale, economische en psychologische situatie van de studenten. Bovendien, hoe zit het met de rol van de universiteit en lesgevers? Nemen de KU Leuven en de mensen die daar werken hun verantwoordelijkheid om iets te doen tegen deze lage slaagcijfers? Hoe engageert de KU Leuven zich hierin? ‘Slechte’ studenten straffen door hen niet te laten herinschrijving is de gemakkelijkste, maar tegelijk meest schadelijke en asociale maatregel die een universiteit kan nemen.

‘Harde empirische evidentie’

Volgens professor Pollefeyt is het een ‘harde empirische evidentie’ dat slechte eerstejaarsstudenten geen diploma zullen behalen. Ik heb tijdens mijn studiejaren veel studenten gekend die deze ‘harde empirische evidentie’ weerleggen. ‘Toeval’ wil dat de overgrote meerderheid van die studenten een migratieachtergrond heeft en/of kinderen van arbeiders zijn, zoals ik.

Over mezelf gesproken. Mijn eerste jaren aan de universiteit waren een ramp. Waarom? Er zijn verschillende redenen hiervoor: mijn Nederlands was niet goed. Ik was nog maar een paar jaar in België. Ik had totaal geen begeleiding van familie of universiteit. Maar ik heb zelf ook foute keuzes gemaakt. Studeren was minder belangrijk dan Brussel en het studentenleven verkennen.

Het resultaat: ik had minder dan 18 studiepunten tijdens mijn eerste jaar. Volgens de KU Leuven zou ik geen diploma behalen. Nochtans heb ik me met de jaren herpakt. Ik heb uiteindelijk twee diploma’s behaald: master in politieke wetenschappen met grote onderscheiding en master in filosofie met hoogste onderscheiding.

U zal denken: een uitzondering op de regel. Niets is minder waar. De meeste van mijn vrienden en medestudenten die toen even slecht of slechter hadden gedaan, zijn al lang afgestudeerd. Er zijn studenten die voor geen enkel vak geslaagd waren tijdens hun eerste jaar en het later tot assistant-professor hebben geschopt. Of een vriend van Turkse origine die tijdens zijn eerste jaar niet eens drie vrijstellingen kon halen maar intussen een doctoraat heeft behaald aan Cambridge University, een van de beste universiteiten ter wereld. Anderen werken bij grote firma’s of hebben topjobs bij de overheid.

Kiezen voor ongelijkheid

Door zelf af te komen met voorstellen die segregatie, uitsluiting en ongelijkheid in de hand werken, toont de KU Leuven aan hoe verziekt de academische wereld en de Vlaamse universiteiten zijn.

Vandaag staat voor de zoveelste keer in de krant: bijna nergens anders in Europa maken de migranten minder kans op werk dan in België. Behalve racisme en discriminatie op de arbeidsmarkt, iets wat velen onder ons (met op kop de grootste partij in Vlaanderen) ontkennen of relativeren, is een van de belangrijkste oorzaken daarvoor volgens de Organisatie voor Samenwerking en Ontwikkeling in Europa (OVSE) de ongelijkheid in het onderwijs.

Voorrecht voor de elite

De besparingen op onderwijs en het voorstel van de KU Leuven, dat intussen ook de Karel De Grote-Hogeschool wil volgen, zijn onaanvaardbaar. Ten eerste hollen ze het recht op onderwijs voor iedereen uit tot onderwijs als voorrecht voor de elite. Ten tweede beweren beide dat ze met hun voorstellen kwalitatief onderwijs willen bieden, maar dan kwaliteit voor een elite. Om die ‘kwaliteit’ te behouden, zal het onderwijs duurder worden.

Studenten die het vandaag al moeilijk hebben, zijn hier de dupe. Er zijn jongeren die ik persoonlijk ken die niet gaan studeren omdat ze de middelen niet hebben. Andere jongeren zijn gestopt omdat ze het financieel niet aankunnen. Jongeren die ondanks de achterstand de stap zetten om te studeren, gaan we nu straffen als ze niet direct presteren.

Dit heeft niets te maken met degelijk kwalitatief onderwijs. De ongelijkheid binnen het onderwijs zal alleen maar toenemen. De democratisering van het hoge onderwijs blijft een dode letter. Zes op de honderd kinderen van geschoolde arbeiders beginnen aan universitaire studies. Bij kinderen van kaderleden gaat 80 procent naar het hoger onderwijs. We ontnemen een hele generatie de kans op een betere toekomst. We verliezen het talent van duizenden jongeren terwijl we die vandaag hard nodig hebben.

Onderwijs is het fundament van een samenleving. Net daarom moeten we blijven investeren in onderwijs om ongelijkheid aan te pakken en zoveel mogelijk jongeren de kans te bieden op kwalitatief onderwijs. In ‘slechte studenten’ moeten we het meest investeren zodat ze niet achter blijven.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content