In het hoofd van Joost Callens (Camino Group): ‘Ik verlies mijn lichaam niet langer uit het oog’

Joost Callens: 'Elke groepsvergadering starten we met een rondje om te horen hoe iedereen zich voelt.' © foto Carmen De Vos

Elke week vraagt Knack aan ondernemende mensen hoe ze lijf en psyche in balans houden.

Hij had hartritmestoornissen en dreigde zichzelf constant voorbij te lopen. Tot een man in het zuiden van Frankrijk hem liet inzien hoeveel geluk hij in het leven had. ‘Ik pleit voor meer inclusiviteit. We laten een grote rijkdom liggen.’

Terwijl we van zijn huis op het Antwerpse Zuid richting het Middelheimpark stappen, vertelt Joost Callens dat hij al wandelend beter kan nadenken. ‘Ik doe zowel aan zit- als stapmeditatie en het is veel moeilijker om mijn gedachten stil te zetten als ik stap dan wanneer ik stil blijf zitten’, zegt hij. ‘Tijdens het wandelen kan ik mijn ideeën de vrije loop laten.’

Callens is ceo en voorzitter van Camino Group, de holding boven bouwbedrijven als Durabrik, Istoir en Ecopuur. Hij richtte ook Toontjeshuis op, waarmee hij een duurzame thuis wil creëren voor volwassenen met een beperking. De inspiratiebron daarvoor is zijn jongste zoon Toon, twintig inmiddels, die is geboren met een hersenletsel.

In de boeken De kwetsbare leider en De zoekende leider vertelde Callens over zijn zoektocht naar ‘authentiek leiderschap’ en de trage voettocht die hij in 2017 naar Santiago de Compostella maakte. Het zou een keerpunt blijken in zijn persoonlijke ontwikkeling en die van zijn bedrijf.

Uw geest wint het vaak van uw lichaam, hebt u eerder al gezegd. Hoe komt dat?

Joost Callens: Ondertussen is het beter, denk ik. Ik heb al lang geen hartritmestoornissen meer gehad en ik slaap ook vaster. Maar het is een bijzondere confrontatie geweest, ja. Zeker omdat ik me er niet bewust van was. Tot ik een vierdaagse training ging volgen in het zuiden van Frankrijk en de leraar, een man van eind de tachtig, me tijdens een van de sessies drie kussens toewierp. ‘Een voor je lichaam, een voor je geest en het derde, dat gaan we samen ontdekken’, zei hij. ‘Ga nu bij elk van de kussens staan en vertel me zonder woorden wat je bij elk thema voelt.’ Ik ging bij het kussen staan dat mijn lichaam voorstelde en begon onvoorstelbaar te huilen, heel intens. ‘Dat is duidelijk’, zei hij. Bij het geest-kussen begon ik allerlei rare gebaren te maken, als een vogel die niet kon opstijgen, en mocht ik uiteindelijk een paar woorden uitleg geven. Ik kwam niet verder dan: mezelf bewijzen, ambitie, verantwoordelijkheidsgevoel. Bij het derde kussen moest ik gaan zitten en mijn ogen sluiten, en vertellen waaraan ik dacht. Binnen de vijf seconden zat ik bij Toon, mijn zoon die geboren is met een hersenletsel en die altijd straalt en altijd blij is, geen zorgen heeft en niet bezig is met altijd maar nieuwe projecten. ‘Besef je hoeveel geluk jij hebt?’ zei de man. ‘Je hebt je leermeester altijd bij je.’ Dat was een uniek moment. Zo’n warm inzicht dat ik toen kreeg, het was bijna een verlichting. Het heeft me enorm geholpen in de aanvaarding dat Toon anders is.

Toon, mijn zoon die geboren is met een hersenletsel, straalt altijd en is altijd blij. Hij staat veel verder dan wij.

U was tot dan nog niet in vrede met uw zoon?

Callens: In vrede wel, maar misschien had ik nog niet de volle acceptatie. Ik zag vooral de zorg in van zijn situatie, niet de zegen. Hoe zal het voor Toon zijn wanneer ik er niet meer ben, vroeg ik me de hele tijd af. Maar sindsdien heb ik er veel rust over gekregen en besef ik dat ik nog veel van Toon kan leren. Hij is altijd honderd procent puur en eerlijk. En hij niet alleen, ik zie dat ook bij mijn twee schoonzussen die allebei het syndroom van Down hebben. In mijn ogen staan zij veel verder dan wij. Zij zijn al waar wij naartoe willen maar nooit komen, omdat we ons continu laten afdrijven door allerlei zaken. Of het nu ambitie is of jaloezie.

Waarom zijn we als samenleving nog altijd zo streng voor mensen die niet aan de geestelijke en lichamelijke norm lijken te voldoen?

Callens: Ik vraag me dat ook meer en meer af. Ik begrijp het niet. Waarom raken ze maar niet geïntegreerd in het bedrijfsleven en staan ze nog altijd zo ver af van de arbeidsmarkt, ook al is er een enorme schreeuw om arbeidskrachten? Ze hebben toch ook talenten? Wellicht is het omdat ze niet dezelfde efficiëntie hebben en meer aandacht vragen, maar ik pleit voor meer inclusiviteit. We hebben er onze mond van vol, maar het komt er maar niet van. Is het angst? Onzekerheid? Onwetendheid? Misschien moeten er quota worden opgelegd, daar pleit ik in elk geval voor. We moeten af van die collectieve onzekerheid, want we laten een grote rijkdom liggen.

Daarnet vertelde u dat u tijdens uw opleiding in Frankrijk begon te huilen toen u aan uw lichaam moest denken. Waar kwamen die tranen vandaan?

Callens: Ik denk dat mijn lijf me een signaal gaf. Ik was met zo veel zaken tegelijk bezig, het was te veel aan het worden. Mijn geest kon het allemaal wel aan, maar mijn lichaam blijkbaar niet meer. Ik ben nog altijd veel in mijn hoofd bezig, maar ik verlies mijn lichaam niet langer uit het oog. Als mijn gedrevenheid het weer eens van me dreigt over te nemen, koppel ik nu op tijd terug naar mijn lichaam. Al is het maar door drie minuten te mediteren en al mijn aandacht op mijn ademhaling te vestigen.

Is het altijd even duidelijk waar de grens ligt tussen lichaam en geest?

Callens: Ik weet eerlijk gezegd niet of er een grens is. Lopen ze niet in elkaar over? Vormen ze niet één geheel? En is er niet nog een derde, meer spirituele dimensie, voorbij de contouren van het lichaam die we kunnen zien? En hoe zit het met de energie die we uitstralen en die tussen mensen hangt? Daar denk ik graag over na: wat maakt dat ik bij de ene persoon een positieve energie voel en bij de andere een negatieve?

Bent u gelovig?

Callens: (denkt na) Ja, eigenlijk wel. Ik kom uit een katholiek nest, mijn ouders zijn zeer gelovig. Ikzelf ben niet praktiserend en ik geloof niet in instituten. Maar ik geloof wel in de krachten van de natuur, in de liefde en in de goedheid van de mensen en de dingen.

Wanneer is dat geloof het hardst op de proef gesteld?

Callens: Ik heb nog niet zo veel tegenslag gekend in mijn leven. Maar een paar jaar geleden heb ik een echtscheiding meegemaakt en dat heeft dat geloof even doen wankelen. (zwijgt even) We hebben allemaal onze kleine en grote trauma’s, onze eigen geschiedenis die ons beïnvloedt, maar de kunst van het leven is volgens mij om daar een stukje van los te komen. Uiteraard kun je je niet onttrekken aan je DNA, maar je moet je eigen pad uittekenen, je eigen dromen nastreven, je eigen verhaal schrijven. En niet blijven hangen in het slachtofferschap of het verleden. De natuur opzoeken, stilte toelaten, mediteren: het kan er allemaal bij helpen.

U leidt een bedrijf dat door uw vader is opgestart. Wat is uw verhaal?

Callens: Het heeft altijd al in mij gezeten om te ondernemen, om mensen samen te brengen en iets nieuws te creëren. Maar het was pas toen ik een paar jaar geleden een opleiding over leiderschap volgde dat ik mijn eigen verhaal duidelijk begon te zien. Die opleiding draaide rond drie vragen: wie ben je echt? Wie ben je in groep? En wie wil je zijn in deze wereld? Ik heb toen ook een vision quest ondernomen, een oude overgangsrite als zoektocht naar je ziel: ik moest 36 uur in een bos in de Ardennen blijven zitten, in mijn eentje, met alleen een fles water, wat fruit, een tent en een envelop bij me. In de envelop zat een vraag: wat is jouw droom? Toen ik de vraag las, begon ik te schreeuwen. Alsof ik er bang van was en ervan weg wilde lopen.

Weet u ondertussen al waarom u er zo bang voor was?

Callens: (denkt lang na) Ik heb die vraag eigenlijk nooit voor mezelf beantwoord. Er kwam toen alleszins veel samen: Toon had in die periode veel epilepsieaanvallen, ik was mijn eerste stappen als ceo aan het zetten, ik zat midden in het leven en had geen mentale ruimte vrij om op de langere termijn na te denken. Waarschijnlijk had het ook te maken met de confrontatie met mezelf, met de eenzaamheid. Het overviel me. ’s Nachts ben ik daar bovendien overvallen door everzwijnen die aan mijn tent kwamen snuffelen, dat hielp ook niet. (lacht) Nadien heb ik aan nog enkele vision quests deelgenomen, in de Sinaïwoestijn zelfs, en die zijn me telkens enorm goed bevallen. Maar toen, die eerste keer, kwam het dus hard binnen.

Had u zich te lang laten leiden door uw ego?

Callens: We hebben allemaal een ego, ik zeker ook. Maar ik denk dat ik me vooral nog te weinig had losgemaakt van mijn eigen geschiedenis, van de verwachtingen. Een familiebedrijf brengt onvermijdelijk een grote verantwoordelijkheid met zich mee, al is het maar in je eigen hoofd. Ik had te weinig mijn buikgevoel gevolgd en te weinig gedurfd om voor dat buikgevoel te staan. Nadien ben ik er wel vol mee aan de slag gegaan. Kort erna heb ik voor het eerst een stuk van de camino naar Compostella gewandeld – samen met mijn zus onder meer, met wie ik het bedrijf leid – en dat was een breukmoment. Mijn zus en ik hebben onderweg een soort ritueel uitgevoerd: de waarden die we wilden doorgeven, hebben we benoemd en de waarden die we kwijt wilden, hebben we verbrand.

We zijn een zeer resultaatgericht bedrijf, maar we investeren ook in de ontwikkeling van onze werknemers. Cijfers en welzijn beïnvloeden elkaar.

Welke waarden hebt u toen verbrand?

Callens: Bij mij ging het om thema’s als schuld en het geloof dat je als liefdeskoppel alles kunt vinden bij elkaar. Die avond ben ik trouwens ingestort. Toen ik aankwam in het hotel begon mijn hele lijf te verkrampen. Ik kon nog net op bed gaan liggen, alles zat vast, ik dacht echt dat ik zou sterven. Het heeft de hele nacht geduurd, maar ’s anderendaags werd het zachtjesaan weer beter. Blijkbaar was het een zware vorm van hyperventilatie, een heftige reactie van mijn lichaam op die geestelijke oefening om iets achter te laten. Maar na die wandeling voelde ik me wel krachtig genoeg om mijn eigen verhaal te schrijven.

Sindsdien noemt u zich een zoekende of kwetsbare leider. Wordt dat in de bedrijfswereld nog altijd als ‘zwak’ beschouwd?

Callens: Ik kan me vergissen, maar ik heb de indruk dat die tijd stilaan achter ons ligt. Mensen spreken me er inderdaad dikwijls op aan, maar ik heb ontdekt dat kwetsbaarheid net een kracht is, geen zwakte. En de meeste bedrijfsleiders die ik ken of ontmoet, denken er ook zo over. In de politiek blijft het wel moeilijk: wie zich daar kwetsbaar opstelt, wordt meestal afgemaakt door zijn tegenstanders. De media hebben daar een ongelooflijke verantwoordelijkheid in, vind ik. Kwetsbaarheid krijgt nog altijd te weinig aandacht, net als positief nieuws. Het wordt vaak weggezet als ‘soft’, terwijl het juist energie kan geven. (zwijgt even) Dat was ook zo’n zegen tijdens mijn wandeling naar Compostella, de tweede dan, toen ik in Petegem-aan-de-Leie ben begonnen: ik had geen toegang tot het internet en dus ook niet tot het nieuws. Wat een verademing.

Waar vindt u nu verstilling?

Callens: Het laatste jaar is moeilijk geweest op dat vlak. Normaal ga ik om de zes weken een dag naar een stiltehoeve in Damme, maar ik ben er slordig in geweest. Ik moet dat dringend opnieuw opnemen. (drie meisjes spreken ons aan, ze zijn van de plaatselijke scouts en ze verkopen suikerwafels. Callens geeft ze een briefje van vijf euro, maar bedankt voor de wafels.) Sinds kort volg ik een nieuw dieet. Dat heeft ook met die zoektocht naar verstilling te maken. Ik ga nu drie weken intens op mijn voeding letten – geen suiker, geen alcohol – en daarna laat ik me verder begeleiden door een coach die werkt rond vijf thema’s: ademen, voelen, eten, bewegen en slapen. Ik voel me oké, maar het is tijd voor een nieuwe reinigingsperiode.

Hoe waakt u over het lichamelijke en geestelijke welzijn van uw werknemers?

Callens: Omdat ik zelf zo veel deugd heb gehad van dat experimenteren rond mijn persoonlijke ontwikkeling, heb ik beslist dat we er ook in ons bedrijf mee aan de slag moesten. Dat gaat van kleine initiatieven, zoals iedere dag verse soep, tot meer structurele ingrepen zoals het creëren van een ruimte waar mensen stilte kunnen vinden en waar we allerlei activiteiten laten plaatsvinden, van dans over massage tot een gongsessie. Besprekingen hou ik altijd al wandelend en elke groepsvergadering starten we met een rondje om te horen hoe iedereen zich voelt. Dat klinkt misschien idioot, maar het draait om vertrouwen. Daarnaast rekruteren we vooral op leerbereidheid en ook dat hangt ermee samen: alles verandert voortdurend, zeker nu met corona, en wie bereid is om altijd bij te leren zal automatisch meer openstaan voor de ontwikkeling van lichaam en geest. (zwijgt even) Vergis je niet: er wordt bij ons keihard gewerkt. We zijn een zeer resultaatgericht bedrijf en onze cijfers zijn goed. Maar we bieden dus ook een bedding aan waarin we investeren in de ontwikkeling van onze werknemers. Dat is een vliegwiel, welzijn en cijfers beïnvloeden elkaar. (toont een filmpje op zijn telefoon) Toen het eind vorig jaar even weer mocht, zijn we met alle werknemers samengekomen voor een soort vormingsdag. Als afsluiter hebben we toen allemaal samen Happy Together gezongen, van The Turtles. Dat was een van de mooiste momenten van mijn professionele leven. We zijn een bouwbedrijf, dan is het toch prachtig als je zoiets samen kunt meemaken?

Wat is voor u de zin van het leven?

Callens: (denkt na) Verbinding maken met je medemens, denk ik. Iets betekenen en er zijn voor de mensen rond je. Bij uitbreiding kom je dan uit bij liefde natuurlijk. In the end, it’s all about love.

Joost Callens

– 54 jaar. Woont in Antwerpen

– Groeide op in het West-Vlaamse Beveren-Leie

– Studeerde toegepaste economische wetenschappen aan de KU Leuven

– Ceo van Durabrik, het bouwbedrijf dat zijn vader in 1966 heeft opgericht

– Heeft 3 zonen. Voor zijn jongste zoon richtte hij Toontjeshuis op, waarmee hij huizen wil bouwen waar mensen met een beperking zelfstandig kunnen wonen

– Is voorzitter van vzw Konekt, die via vorming, dans en sensibilisering jongeren met een beperking en hun netwerk wil versterken

– Bracht twee boeken uit: De kwetsbare leider (2015) en De zoekende leider (2020)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content