Het rapport van Hasselt: Noël Slangen, Stijn Meuris en Eric Donckier over hun stad

Noël Slangen, Stijn Meuris en Eric Donckier. © Franky Verdickt

‘Hasselt is een stad zonder project en heeft politici zonder ambities.’ Het oordeel van Noël Slangen, Stijn Meuris en Eric Donckier over hun stad is streng.

‘Zullen we dan nu een stukske vlaai eten?’ De zon valt binnen door de grote ramen van Stijn Meuris’ veranda in Kermt, een deelgemeente van Hasselt. Het interview meandert stilaan naar zijn einde en de gastheer vult de zjatten koffie bij. Waar anders dan in Limburg maak je het als journalist nog mee dat je op koffiekoeken en taart wordt getrakteerd? En we zijn natuurlijk in de hoofdstad van de smaak.

Hasselaren met een uitgesproken mening: Eric Donckier (voormalig hoofdredacteur van Het Belang van Limburg), Stijn Meuris (Limburgs bekendste muzikant) en Noël Slangen (ondernemer en columnist) kenden elkaar al lang. Maar het is de eerste keer dat ze samen een interview geven. Drie betrokken burgers die de politiek van nabij volgen. Of de heren zelf al ooit zijn gevraagd om op een lijst te staan? De SP.A polste Stijn Meuris voor de vorige verkiezingen. ‘Maar dat is niks voor mij, al voelde de weigering wel een beetje laf aan. Zo van: “Meuris, je hebt wel altijd kritiek, maar zelf de handen uit de mouwen steken? Nee, hoor.”‘ Ook Noël Slangen, die in het verleden verschillende politieke partijen adviseerde, was al gevraagd, maar politiek is voor hem een definitief afgesloten hoofdstuk: ‘In tegenstelling tot Stijn voel ik me niet schuldig. Er is geen tekort aan politiek personeel. Wel aan politieke samenwerking.’

Erik Donckier
Erik Donckier© Franky Verdickt

Hoe komt het dat Hasselt zo weinig nationaal bekende politici heeft?

Noël Slangen: Steven Vandeput (N-VA), de fractieleider van de belangrijkste oppositiepartij in Hasselt, is nochtans minister van Defensie en Ambtenarenzaken. ( lacht) Maar het klopt dat Hasselt te weinig bestuurders heeft met 02-telefoonnummers in hun gsm. Als je ziet hoe Genk erin slaagt om subsidies naar de stad te halen: zowel van Vlaanderen als van België en Europa.

Stijn Meuris: Hoe komt dat? Interesseert dat geld Hasseltse politici dan niet?

Slangen: Ze hebben noch het inzicht, noch het netwerk. Ik denk dat Hasseltse bestuurders bang zijn van Brussel.

Ookburgemeester Nadja Vananroye (CD&V) is buiten Hasselt volstrekt onbekend.

Slangen: Ik weet ook niet of veel Hasselaren haar kennen. Ze is te weinig het uithangbord van de stad. Maar ze is een goede manager, die de mensen op één lijn krijgt. Dat heeft ze ook bij het OCMW bewezen.

Eric Donckier: Als een burgemeester ergens binnenkomt, moet die de zaal vullen. Het is me vaak overkomen dat ik me pas na een hele tijd realiseerde dat mevrouw Vananroye er ook was. Ze was ook niet de eerste keuze van de CD&V na het ontslag van Hilde Claes.

Wie was dan wel de eerste keuze?

Donckier: Er werd gekeken naar ons Europees Parlementslid, Ivo Belet.

Meuris: De man die nooit wil.

Hij is bij de gemeenteraadsverkiezingen lijstduwer voor CD&V. Welke rol kan Belet in Hasselt spelen?

Slangen: Ivo Belet wil geen rol spelen. Hij wil enkel wat extra stemmen aanbrengen, uit loyaliteit tegenover zijn partij. Maar hij heeft nul komma nul lokale ambities, hij wil een Europese functie uitoefenen.

Noël Slangen
Noël Slangen© Franky Verdickt

Donckier: In tweede instantie werd gedacht aan Tom Vandeput, die nu schepen van Economie, Landbouw, Grondbeleid en Ruimtelijke Ordening is. Zijn naam gaat het meest over de tongen in Hasselt. Maar hij heeft als nadeel dat hij veel gelinkt wordt aan projectontwikkelaars.

Zijn bijnaam is naar verluidt ‘Tom Beton’. Is hij bekwaam?

Donckier: Tom is een heel dynamische man.

Slangen: Hij kent zijn dossiers. Hij is de beste schepen van het huidige college, maar zou hij ook een goede burgemeester zijn? Dat weet ik nog niet.

Meuris: Nogal wat mensen staan argwanend tegenover hem. Alle bouwprojecten in Hasselt worden aan hem gelinkt, maar eigenlijk zijn de meeste door het vorige stadsbestuur in de steigers gezet.

Ter zake nu: hoe gaat het met de stad Hasselt?

Slangen: Het gaat goed met Hasselt, maar dat is ondánks de politiek. Hasselt heeft goede ondernemers, zij houden de stad recht. Handel en horeca doen het zeer goed. Hasselt is een van de weinige Vlaamse steden zonder veel leegstaande winkels. Maar onze politici zijn middelmatig.

Donckier: Genk heeft de sterke burgemeester die Hasselt mist. Wim Dries slaagt erin om zijn stad naar een hoger niveau te tillen. Genk probeert ook om Hasselt op alle mogelijke manieren te overtroeven, maar dat zal nooit lukken.

Meuris: Hasselt heeft een probleem met zijn centrum: dat loopt helemaal leeg na de winkeluren.

Donckier: De stad heeft enkele zaken uit het centrum gehaald die daar beter waren gebleven, zoals het Cultureel Centrum, de scholen en de bioscopen. Daardoor is Hasselt een soort seniorie geworden.

Hoe is het zover gekomen?

Donckier: Toen Steve Stevaert (SP.A) burgemeester werd, was de stadskas leeg. Hij heeft samen met enkele bouwpromotoren zwaar geïnvesteerd in de ontwikkeling van de stad. Er kwamen dure appartementen die vooral oudere, welgestelde mensen van buiten de stad zich konden veroorloven. En die willen rust en stilte na 18 uur.

Slangen: Praat met een horecabaas en hij zal u zeggen dat hij geregeld last heeft van buren die over lawaai zeuren na 18 uur. Hasselaren zijn net kippen, ze willen allemaal op stok als het donker wordt.

Stijn Meuris: 'Met Pukkelpop gebeurde er eindelijk iets in Hasselt. Maar die dynamiek is niet echt opgepikt door de stad.'
Stijn Meuris: ‘Met Pukkelpop gebeurde er eindelijk iets in Hasselt. Maar die dynamiek is niet echt opgepikt door de stad.’© Franky Verdickt

Hangt de schaduw van Steve Stevaert nog boven Hasselt?

Donckier: Ongetwijfeld. Hij heeft verkeerde keuzes gemaakt om Hasselt financieel recht te trekken.

Slangen: Hij heeft straffe dingen gedaan, maar hij heeft Hasselt ook een te hoog Anton Pieck-gehalte gegeven.

Meuris: Noël heeft gelijk. Terwijl Stevaert en zijn ploeg toch vanuit een geweldige startpositie konden vertrekken. Enkele externe factoren hebben hen daarbij geholpen. Denk aan het succes van Pukkelpop: eindelijk gebeurde er iets in Hasselt. Maar die dynamiek is niet echt opgepikt door de stad, lijkt me.

Jullie zijn wel heel kritisch voor jullie stad.

Meuris: Het vastgoed boomt als nooit tevoren. Kijk naar de ontwikkeling van de nieuwe woonzone aan de kanaalkom, ook wel het ‘Quartier Blue’ genoemd. Daar komen honderden appartementen. Er gebeurt dus wel iets, maar dan hebben we het toch vooral over bakstenen. Ik vrees dat daardoor andere zaken worden vergeten.

Hasselt heeft het imago van een rijke stad. Hoe komt dat?

Meuris: In Genk wordt het geld verdiend en in Hasselt wordt het uitgegeven.

Slangen: Elk jaar komen hier 800.000 mensen winkelen.

Meuris: Het is gewoon heel fijn om in Hasselt te wonen. Dit is een groene, veilige stad, met veel fietspaden en goede scholen. De Vlaming weet dat wel te appreciëren.

Is de Hasselaar tevreden over zijn stadsbestuur?

Slangen: Nee. De Stadsmonitor is daar heel duidelijk over. Sinds Stevaert weg is, gaat de tevredenheid jaar na jaar achteruit.

Volgens Het Belang van Limburg hebben de SP.A en Groen een voorakkoord om de coalitie met CD&V na de verkiezingen voort te zetten.

Donckier: Bij de machtswissel (Hilde Claes nam in september 2016 ontslag als burgemeester en werd opgevolgd door Nadja Vananroye, nvdr) is er een afspraak gemaakt dat men zou doorgaan na 2018, mits er een positieve evaluatie kwam. De verkiezingsuitslag zal uiteraard bepalend zijn. Ik weet dat vanuit de CD&V op informele basis ook gepraat wordt met de N-VA: ze houden de lijnen open.

Noël Slangen: 'Hasselaren zijn net kippen, ze willen allemaal op stok als het donker wordt.'
Noël Slangen: ‘Hasselaren zijn net kippen, ze willen allemaal op stok als het donker wordt.’© Franky Verdickt

Meuris: Steven Vandeput heeft beweerd dat hij de coalitie wilde breken. Ik vond dat een heel stoere uitspraak.

Slangen: Strategisch was het een domme uitspraak. Want om een coalitie te breken, heb je een van de partners van die coalitie nodig. En Vandeput heeft heel weinig geïnvesteerd in politieke vriendschappen. Je kunt als minister maar beter niet tegelijkertijd fractieleider in de gemeenteraad zijn, vind ik. Daar haal je toch geen media mee, en je moet de hele tijd tegen iedereen lopen blaffen.

Wat is hét verkiezingsthema in Hasselt?

Meuris: Mobiliteit is duidelijk een item. Een Antwerpenaar zal ermee lachen, maar Hasselt slibt dicht. Ik woon op zes kilometer van het centrum en in de avondspits doe ik daar vijftig minuten over. Maak de stadskern toch verkeersvrij. Natuurlijk zullen de handelaars niet blij zijn, maar dat lost zich wel op. Je voelt dat die auto daar een fremdkörper is geworden. Het stadsbestuur probeert het nu met fietsstraten, maar dat is een halfslachtige poging. Door wat asfalt rood te schilderen, los je het probleem niet op.

Donckier: Een ander thema is betaalbaar wonen. Mensen staren zich blind op die dure appartementen in de binnenstad.

Slangen: De sociale woningmarkt is een groot probleem. In sommige Hasseltse wijken heb je een niet te onderschatten aantal armen die het heel moeilijk hebben. Vooral voor alleenstaande eenoudergezinnen is het onmogelijk om nog op een betaalbare manier te wonen. Maar dat zijn zaken die bij politici en decision makers in Hasselt vaak onder de radar blijven.

Meuris: En dan zijn er een aantal kleinere zaken waarvan ik niet snap dat je ze niet opgelost krijgt. Zo heeft Hasselt een groot drugsprobleem.

Excuseer?

Meuris: Ja, vooral rond de stationsbuurt. Dat is in iedere stad zo, maar bij ons gaat het om een zone van amper driehonderd meter en ze krijgen het niet opgelost. Ik weet wel dat voor het stationsgebouw zelf in de eerste plaats de NMBS en Infrabel bevoegd zijn. Maar toch: de stad kijkt er maar wat op toe.

Het rapport van Hasselt: Noël Slangen, Stijn Meuris en Eric Donckier over hun stad

Slangen: Je hebt in Limburg een sterke aanwezigheid van drugs vanwege de nabijheid van de Nederlandse grens. Natuurlijk verplaatst die handel zich voor een stuk naar de provinciale hoofdstad. Ik woon bij het station en daar is het probleem inderdaad heel zichtbaar. Maar de aanwezigheid van synthetische drugs op scholen is minstens een even groot probleem.

Speelt Hasselt zijn rol als provinciehoofdstad? Is het de culturele hotspot van Limburg?

Meuris: De uitstraling van het Cultuurcentrum Hasselt (CCHA) zou wat avontuurlijker mogen. De programmering is prima, maar ze trekt geen jonge mensen aan. Dat is jammer, want alles is aanwezig om er een culturele hotspot met een eigen smoel van te maken.

Donckier: Het CCHA heeft een uitstekende programmatie voor klassieke muziek. Maar je moet ook een alternatieve scene hebben vanwaaruit mensen naam kunnen maken. Je moet daarvoor een humus creëren.

Slangen: Muziekodroom doet dat wel.

Meuris: Dat muziekcentrum is inderdaad een kloppend hart, al heeft het wel moeilijkheden gekend met subsidies.

Slangen: Ook het Nieuwstedelijk (theaterhuis geboren uit de fusie van de Queeste en Braakland/ZheBilding, nvdr) doet heel knappe dingen. Het werkt onder meer rond thema’s zoals het mijnverleden. Maar heel typerend is dat het theaterhuis met roots in Leuven, Hasselt en Genk lang heeft moeten zoeken naar een pied-à-terre in Hasselt. Uiteindelijk heeft het een locatie gevonden dankzij de hogeschool UC Leuven-Limburg. Dan vraag je je toch af: waarom heeft het stadsbestuur nooit iets voor het Nieuwstedelijk ondernomen?

Hoe belangrijk is Hasselt als onderwijsstad?

Meuris: De Hogeschool PXL, met 9000 studenten en een heel energiek docentenkorps, is echt een motor. Hun muziekafdeling spreekt het meest tot de verbeelding, maar PXL is meer dan dat. PXL heeft in Hasselt bijna de functie van de KUL in Leuven.

Donckier: Ook de Universiteit Hasselt doet het goed.

Slangen: Voorts heb je nog de combinatie tussen de Limburgse Investeringsmaatschappij LRM en de Corda-campus, het bedrijvencentrum aan de voormalige Philips-site. Corda geeft werk aan meer dan vijfduizend mensen. Op zakelijk vlak heeft Corda voor een opleving gezorgd in Hasselt.

Jullie vinden de Hasseltse politici te weinig ambitieus. Geldt dat ook voor de Hasselaren?

Slangen: De ambitie van Hasselaren reikt vaak verder dan Hasselt. Ze voelen zich niet beperkt tot hun stad.

Donckier: De Limburger is misschien wat bescheidener en praat misschien niet zo snel, maar je ziet hem overal. Antwerpen zou uitsterven als de Limburgers die stad niet overeind zouden houden. Het gaat om de mentaliteit. De grootstedeling denkt dat hij de navel van de wereld is. Samengevat in één beeld: van Hasselt naar Brussel is het tachtig kilometer, van Brussel naar Hasselt is het achthonderd kilometer.

Het rapport van Hasselt: Noël Slangen, Stijn Meuris en Eric Donckier over hun stad

Partner Content