Maya Detiège (SP.A)

Het nattevingerwerk in uw ziekenhuisfactuur

Maya Detiège (SP.A) Kamerlid voor SP.A en gemeenteraadslid in Antwerpen

De woorden van Godfried Bomans – “een statisticus waadde door een rivier van gemiddeld één meter diep, hij verdronk” – zijn helaas bijzonder toepasselijk op de gemiddelde ziekenhuisfactuur.

De ziekenhuisbarometer van het Socialistisch Ziekenfonds toont dat de gemiddelde kostprijs van een ziekenhuisopname vorig jaar voor het eerst sinds lang niet steeg voor de patiënt. Tot daar het goede nieuws.

Want de wereldberoemde woorden van Godfried Bomans – “een statisticus waadde door een rivier van gemiddeld één meter diep, hij verdronk” – zijn helaas bijzonder toepasselijk op de gemiddelde factuur van 450 euro. Er gapen immers gigantische verschillen tussen regio’s en ziekenhuizen. In ziekenhuis X betaal je voor exact dezelfde ingreep of exact dezelfde behandeling een veelvoud van wat je in ziekenhuis Y betaalt. Op de verkeerde plek ziek worden, betekent een pak meer betalen. Zo pervers is het.

Nog erger is dat de patiënt bij een ziekenhuisopname geen flauw idee heeft waar hij financieel aan toe is. De prijsbepaling is niet alleen zeer ongelijk, ze is bovendien ook zeer ontransparant. De meeste patiënten hebben geen flauw idee welke rekening ze mogen verwachten. Het is bang afwachten tot de factuur in de bus valt. Bovenop de medische kopzorgen en de fysieke ongemakken zorgt een opname in het ziekenhuis ook nog eens voor grote financiële onzekerheid.

De oorzaak is snel gevonden: de supplementen die de ziekenhuizen aanrekenen. En dan vooral de vrijheid waarmee ze die supplementen bepalen. Dat een eenpersoonskamer duurder is dan een tweepersoonskamer als ze medisch niet noodzakelijk is, dat is logisch. Maar dat het ziekenhuis die meerkost vervolgens volledig vrij bepaalt, zonder duidelijke criteria, dat is al heel wat minder logisch. Is de ruimte die patiënten innemen kostbaarder in het ene ziekenhuis dan in het andere?

Andere kamer, duurdere dokter

Nog merkwaardiger zijn de ereloonsupplementen. Artsen die een patiënt behandelen die in een eenpersoonskamer verblijft, kunnen voor dezelfde ingreep een veel hogere prijs aanrekenen. Zonder dat hij meer doet, langer bezig is of beter werk aflevert dan zijn collega-dokters. Een knieprothese kan vijf keer duurder zijn als je ze in het ‘foute’ ziekenhuis laat steken. Pure willekeur. Nattevingerwerk bijna. Alsof hotels gasten die voor een grotere kamer kiezen meer laten betalen voor hun ontbijt.

De N-VA verdedigt die supplementen als een noodzaak: een wezenlijk onderdeel van de ziekenhuisfinanciering door het systeem van afdrachten, waarbij de artsen een deel van hun ereloon afstaan aan hun ziekenhuis. Maar alle ziekenhuizen worden op dezelfde manier gefinancierd. Hoe kan het dan dat het ene ziekenhuis zijn dokters veel steviger laat doorrekenen dan het andere? Dat het ene ziekenhuis blijkbaar veel afhankelijker is van afdrachten dan het andere?

Trekken we dat systeem in twijfel, dan ‘culpabiliseren’ we de artsen, dixit N-VA-senator Louis Ide in een persbericht waarin hij fulmineerde tegen onze vraag om de supplementen aan te pakken.

Bizarre redenering. Een keuze voor de patiënt staat voor Ide en de N-VA gelijk aan een keuze tegen de artsen. Dan moet hij ons toch eens uitleggen waarom een bevalling in het ene ziekenhuis tot drie keer duurder is dan in een ander ziekenhuis. Aan het geleverde werk en het eindresultaat kan het niet liggen. Als de ene dokter een medisch probleem dubbel zo goed verhelpt als de andere zitten we pas écht met een gigantisch probleem. Blijft dus over als enige plausibele verklaring voor de grote prijsverschillen: willekeur.

Het ene supplement is het andere niet. Aan patiënten die zonder dat het medisch noodzakelijk is een eenpersoonskamer vragen, mogen we omwille van de solidariteit met diegenen die daar de middelen niet voor hebben wat meer aanrekenen. Maar daar dringen zich vaste, duidelijke tarieven op die grote verschillen tussen ziekenhuizen uitvlakken. En in wat voor kamer de patiënt ligt, mag geen invloed hebben op de prijs van de medische ingreep of de behandeling.

Als ereloonsupplementen inderdaad onvermijdelijk zijn – zij het vreemd genoeg niet overal in dezelfde gradatie van onvermijdelijkheid – dan moeten we sleutelen aan de financieringsmechanismen van de ziekenhuizen en de onderwaardering van bepaalde geneeskundige prestaties. Maar niet op de kap van de patiënt. Het is hoog tijd om te snoeien in de wildgroei aan ziekenhuissupplementen. Ze zorgen voor een gezondheidszorg met twee snelheden, en de patiënt heeft er geen flauw benul van aan welke snelheid hij beweegt.

Maya Detiège

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content