Het grote crisisdebat: ‘De werkgever is flexiverslaafd’ – ‘Ook werknemers willen flexibiliteit’ – ‘Neen, ze willen autonomie en dat is iets anders’

Het grote crisisdebat van Knack. Van links naar rechts: Bert Bultinck, Caroline Ven, Peter Mertens, Koen Schoors. © Katrien Orlans
Jago Kosolosky
Jago Kosolosky Hoofdredacteur van MO* en voormalig hoofdredacteur Knack/Le Vif online

Over het al dan niet wegbelasten van onze crisis, digitalisering en de flexibiliteit van de arbeidsmarkt. Peter Mertens (PVDA), Caroline Ven (ex-VBO, ex-VKW) en Koen Schoors (UGent) gingen tijdens Het grote crisisdebat van Knack in gesprek.

Ergens tegen het einde van het debat deed deze woordenwisseling zich voor tussen Peter Mertens en Caroline Ven.

Mertens: “We zitten met een flexiverslaving. Onze arbeidsmarkt biedt nauwelijks nog volwaardige kansen.”

Ven: “Ook de werknemer vraagt flexibiliteit.”

Mertens: “Neen, de werknemer vraagt autonomie. Flexibiliteit wordt van bovenaf opgelegd, autonomie doorbreekt je afhankelijkheid van de werkgever.”

Luid applaus van het publiek.

De avond stond echter niet in het kader van onze Belgische arbeidsmarkt en de uitdagingen waarmee die geconfronteerd wordt. Moet de one percent haar duit in het zakje doen en zijn we dan van de crisis vanaf? Dat was de vraag die centraal bleef.

Voor Mertens is het duidelijk: “De PVDA wil de rijkste één à twee procent belasten. Lost zo’n belasting de crisis op? Natuurlijk niet, maar je hebt plots wel enorme fondsen in handen. fondsen die je goed kan inzetten. We moeten massaal investeren. Als we niet willen verzeilen in Amerikaanse of Britse toestanden, als we Europa willen behoeden van Marine Le Pen of haar geblondeerde tegenhanger in Nederland, moeten we meer doen dan wat gemorrel in de marge. Dat heeft niet gewerkt.”

Who gives a fuck als de staatsschuld stijgt?

Meer of minder belasting? Dat is de foute vraag volgens Koen Schoors, econoom aan de Universiteit Gent. Herverdeling is waar het om draait. “Het belangrijkste is dat we inkomen uit arbeid minder gaan belasten en inkomen uit vermogen hoger gaan belasten. En we moeten meer dan doen de vorige taxshift. Die was te klein, te aarzelend.” Daarnaast vindt Schoors het hoog tijd om degelijk te beginnen investeren. “Het is waanzin dat een bedrijf investeringen kan afschrijven, maar overheden dat niet mogen doen. Zij moeten investeringen als uitgaven inboeken. Who gives a fuck als de staatsschuld stijgt? De rente staat historisch laag en er is werk aan de winkel. We moeten zwaar lenen en investeren.”

Caroline Ven, die zich gedurende de hele avond profileerde als de realistische stem en die wel om de staatsschuld geeft, benadrukt dat elke belasting en elke uitzondering zijn voorgeschiedenis kent. “Jaren werd het bezitten van vastgoed gestimuleerd door onze overheid, dit als alternatief voor het pensioen dat steeds onzekerder werd. Nu plots die stimulans wegnemen stelt mensen teleur.” Ze erkent de absurditeit van het Europese keurslijf waardoor investeringen als uitgaven moeten worden ingeboekt, maar gelooft niet in investeringen, wel in besparingen.

De boze burger

Ven stelt dat besparingen op zaken als de sociale zekerheid niet noodzakelijk inhouden dat de uitkering die iemand ontvangt daalt, maar er vooral moet gewerkt worden aan meer banen. Meer jobs die ervoor zorgen dat minder mensen van een uitkering afhankelijk zijn. “De beste remedie tegen armoede en sociale uitsluiting is een job.”

Mertens gelooft er niet in: “Dat zien we niet gebeuren. Wat we wel zien, is dat mensen in de armoede worden geduwd door de politiek, zich omdraaien en fuck you zeggen.”

De Amerikaanse presidentsverkiezingen waren duidelijk nog niet verteerd en op een aantal momenten kwam de situatie in de VS en ‘de boze burger’ ter sprake. Mertens: “Ik was tegen Trump, ik wou niet dat hij verkozen werd. Maar ik ben vooral gekant tegen het arrogante toontje waarmee over mensen die op de man stemden gesproken wordt. Radicalisme tegen onrecht, tegen zelfbediening en tegen een grote ongelijkheid, mogen we niet aan extreem-rechts overlaten.”

‘Achterom kijken’

Schoors vindt dan weer dat er vaak te veel naar de burger wordt geluisterd: “Een regering heeft vijf jaar de tijd om een programma uit te voeren. Maar wat doet ze? Elke week de peilingen volgen en achterom kijken of de achterban nog wel mee is. Is dat nog politiek? We luisteren te veel naar de oplossingen die burgers aanreiken, we moeten meer luisteren naar hun noden. Het is aan politici om oplossingen uit te werken.”

Ook referenda vindt Schoors onzin: “Simplistische vragen die de mensen die ze moeten beantwoorden zelfs niet begrijpen. Wie van de Britten wist wat een brexit was? Heel het land lijkt het nu nog niet te weten.”

Voor peilingen springt Mertens niet in de bres, maar wel voor referenda en de directe democratie. “Meneer Schoors, Koen, dit is exact het soort taal waar mensen boos van worden. Er wordt niet geluisterd naar mensen. Jaar na jaar zie ik in enquêtes terugkomen dat mensen niet langer willen werken, maar de regering legt dit gewoon naast zich neer.” Wanneer hij oproept tot meer referenda, heeft Peter Mertens het publiek in de palm van z’n hand.

Radicalisme tegen onrecht mogen we niet aan extreem-rechts overlaten.

Het grote crisisdebat van Knack. Van links naar rechts: Bert Bultinck, Caroline Ven, Peter Mertens, Koen Schoors.
Het grote crisisdebat van Knack. Van links naar rechts: Bert Bultinck, Caroline Ven, Peter Mertens, Koen Schoors.© Katrien Orlans

Schoors ziet bepaalde zaken die moéten veranderen en simpelweg niet door middel van een referendum beslecht kunnen worden. “De levensverwachting is gestegen dus we moeten langer werken. Dat staat vast, maar we moeten dat wel leefbaar maken.”

Mertens gelooft niet dat we langer moeten werken: “De veertigurenweek was ooit een utopie, we moeten ook vandaag naar een ander soort werk. We zijn momenteel een heel pak productiever dan vroeger, maar waar zijn die productiviteitswinsten naartoe? We werken intensiever en zouden nu ook langer moeten werken?”

De toekomst schat elk van de sprekers anders in. Dat we vandaag op een kantelpunt staan, mede door een nieuwe revolutie op de arbeidsmarkt die zich laat kenmerken door automatisering en het verdwijnen van vele jobs – daar is iedereen het over eens. Zowel Mertens als Schoors zien een noodzaak voor een nieuw sociaal contract. Tegenover hun optimistische boodschap staat die van Ven: “Ik zie een terugkeer van protectionisme in onze toekomst liggen. Belastingconcurrentie tussen de Europese landen zal volgen. Voeg hier nog de moeilijkheden van migratie en integratie aan toe. Ik pleit voor meer realisme over de komende vijf jaar.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content