Wielrenners op wereldkampioenschappen: heet maar niet oververhit
Veel mensen raken in een lichte paniek wanneer hun lichaamstemperatuur of die van hun kind tot boven 39 graden opklimt. De lichaamstemperatuur van elitesporters tijdens topwedstrijden laten echter zien dat het lichaam best wat aankan. Zoals tijdens het WK Wielrennen 2016 in Qatar.
Nieuwe technologieën, zoals een inslikbare thermometerpil, maken het mogelijk om opzienbarend nieuwe zaken te weten te komen. Zoals de lichaamstemperatuur tijdens topwedstrijden waarin deelnemers het laatste greintje energie en wilskracht bijeenschrapen om die titel binnen te halen. Bijvoorbeeld die van wereldkampioen wielrennen.
Tijdens het WK Wielrennen in Qatar kregen 40 deelnemers de kans om aan zo een studie deel te nemen door een technologisch kunststukje in te slikken, een minithermometer zo groot als een uit de kluiten gewassen pil.
Bij de figuur: TTT: ploegtijdrit; ITT: individuele tijdrit ; RR: wegwedstrijd; W= vrouwen; M = mannen. De medailles duiden de gegevens aan van de medaillewinnaars.
Bij 3 vrouwen steeg hun kernthemperatuur tijdens de ploegentijdrit tot boven de 40 graden Celsius, met als hoogste net geen 41,5. Elk van deze vrouwen ging met een medaille aan de haal.
Individuele en ploegentijdritten zijn ongetwijfeld de zwaarste wedstrijden van wielerwereldkampioenschap en dat blijkt ook uit de kerntemperatuur van de deelnemers die systematisch hoger scoorde dan tijdens de wegwedstrijden.
Het gemiddeld geleverde vermogen levert bijkomend bewijs. Tijdens de individuele tijdritten bedroeg dat 4,9 Watt per kilogram lichaamsgewicht, tijdens de ploegentijdritten 4,7 W/kg en tijdens de wegwedstrijden slechts 2,7 W/kg.
Bij 85% van alle wielrenners die deelnamen aan de studie steeg hun kerntemperatuur tot boven 39 graden en bij 25% zelfs tot boven 40 graden.
De omgevingstemperatuur kan daar iets mee te maken gehad hebben, want die bedroeg tijdens de wedstrijd in volle zon maar liefst 37 graden. Maar met een luchtvochtigheid van slechts 25% verdampt zweet erg vlot (en neem daarbij ook nog de afkoeling van de wind die op een fiets altijd groter is) zodat de temperatuur aanvoelde als die van iets in de buurt van 27 graden. Nog altijd warm, maar doenbaar.
De studie verschijnt in een volgende nummer van de British Journal of Sports Medicine.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier