Train die spieren: ‘Iemand in bed voeden zou verboden moeten worden’

Spieren zijn broodnodig maar o zo fragiel. ‘Eén week je bed niet uit, en je bent zo anderhalve kilo spier kwijt’, stelt professor Luc van Loon, voor wie iedereen – ook bedlegerige en verzwakte mensen – niet genoeg kan bewegen.

‘Rol je hemdsmouwen op, beweeg je vingers en kijk hoe de spieren onder de huid bewegen’, sommeerde Luc van Loon zijn publiek tijdens een Francqui-lezing aan de Vrije Universiteit Brussel. ‘Binnen 2 à 3 maanden ziet die arm er hetzelfde uit, maar van die spieren schiet tegen dan niets meer over. Elke dag breek je brokje voor brokje 1 à 2% van je spiermassa af en bouw je het weer op met verse eiwitten. Zonder dat je er iets van merkt, maakt je lichaam elke dag 600 tot 1200 gram verse steak aan. Behoorlijk indrukwekkend, niet? En dat mechanisme verzwakt niet met de leeftijd. Het is even sterk bij hoogbejaarden als bij twintigers.’

‘Zonder dat je er iets van merkt, maakt je lichaam elke dag 600 tot 1200 gram verse steak aan.’

Luc van Loon, professor bewegingsfysiologie

Van Loon, een heerlijke verteller, had zijn publiek onmiddellijk mee. Deze professor in de bewegingsfysiologie en -voeding aan de Universiteit Maastricht bedenkt al jaren samen met zijn medewerkers pientere onderzoeken, en die leveren fascinerende inzichten op.

Een mens is eiwit

Een mens bestaat (water en vet niet meegerekend) bijna uitsluitend uit eiwitten: ongeveer 12 tot 15 kilogram zuivere eiwitten (droog).

Tussen 7 en 10 kg van die eiwitten zit in de spieren. Enzymen (eiwitten die de stofwisseling helpen regelen), zijn goed voor ongeveer 1,5 kg. Een ruime 0,5 kg zit in het bloed (onder andere hormonen) en de rest vormt de basis van een heleboel organen zoals hersenen, longen, darm, enzovoort.

Constant bouwen

Spieren worden dus voortdurend gerenoveerd. Vermoedelijk worden beschadigde onderdelen weggebroken en vervangen door nieuwe aminozuren, wat de bouwstenen zijn waaruit eiwitten opgebouwd worden. Die oude bouwstenen gaan niet verloren, leerde Van Loon uit zijn proeven. Ze worden gerecycleerd. Het lichaam werkt als een zorgvuldige chemische machine die oude stoffen tot in hun kleinste nuttige onderdelen afbreekt, ze daarna in het bloed dumpt, dat het als een loopband langs alle weefsels voert, die ze naar behoefte kunnen opnemen voor nieuwe constructiewerken. Slechts een deel van de afbraakproducten gaat verloren via de uitscheidingssystemen.

‘Elke dag bouw je 1 à 2 % van je spieren af en weer op met nieuwe eiwitten. Na 2 à 3 maanden ziet je arm er nog hetzelfde uit, maar de spieren zijn ondertussen volledig vernieuwd.’

Geschat wordt dat het lichaam voor slechts 20% afhankelijk is van nieuwe aminozuren die via de voeding aangevoerd worden. De overige 80% is recyclage. Van Loon: ‘Het is dus perfect mogelijk dat aminozuren die oorspronkelijk in je linkerkuit zaten, later in je rechterarm terechtkomen, of in een hersenkwab, of waar ze maar van nut zijn.’

De gloeiende koe

Om dat te achterhalen, had Van Loon onder meer een prijzige koe nodig. Bijna 100.000 euro kostte ze, maar de investering bracht op. Het onderzoek leverde een beeld op van hoe het er in de werkelijke wereld aan toe gaat. In een laboratorium geef je aan je proefpersonen poederdrankjes of infusen en ga je zo na in welke mate stoffen opgenomen worden. Maar je bent er nooit zeker van of zulke proeven wel met de werkelijkheid overeenstemmen.

De oplossing kwam door een melkkoe (dure) gemerkte eiwitten te voederen en vervolgens te kijken waar die terechtkwamen. Zoals verwacht was dat ook in de melk. Die schotelde hij voor aan deelnemers aan zijn onderzoeken. Hij zag hoe de eerste gemerkte eiwitten al binnen 2 uur in de menselijke weefsels ingebouwd werden. Van Loon: ‘De uitdrukking ‘je bent wat je eet’ mag je dus letterlijk nemen.’ Sterker nog misschien: je bent wat je zojuist gegeten hebt.

Smelten van immobilisatie

In een ander onderzoek vroeg Van Loon zich af wat er met spieren gebeurt als je immobiel in bed ligt, door ziekte bijvoorbeeld. Zelfs na enkele dagen ben je al redelijk wat spier kwijt, stelde Van Loon vast. ‘Een groep jonge, gezonde twintigers met een normale eetlust verloor in 1 week tijd in bed 1,3 kilogram spiermassa. Indrukwekkend veel. In de winkel is dat een behoorlijk grote hoop steak.’

Train die spieren: 'Iemand in bed voeden zou verboden moeten worden'
© Getty Images/iStockphoto

‘Erger is dat die afgeslankte spiervezels ook aan kracht verliezen, en dat verlies, tot 4% per dag, gaat nog sneller dan het verlies in massa. Topatleten moeten vaak jaren trainen om 1 à 2% kracht bij te winnen; dat is waarom 1 dag in bed, bijvoorbeeld na een operatie, voor hen een ramp kan zijn. Maar voor een zwakke persoon kan dit verlies nog dramatischer uitpakken. Het kan het verschil uitmaken tussen zelfstandig handelen en afhankelijk zijn van anderen.”

Maandenlang zwoegen

Het verlies in kracht is vooral groot tijdens de eerste dagen. ‘Daarna neemt het af, maar dat maakt het niet minder erg’, stelt Van Loon. Toen hij de cijfers, nu bijna 15 jaar geleden, voor het eerst te zien kreeg, nam hij zichzelf voor om nooit langer dan 14 uur in bed te blijven liggen. Zelfs niet met een zware kater, lacht hij.

Van Loon nam zichzelf voor om nooit langer dan 14 uur in bed te blijven liggen. Zelfs niet met een zware kater.

Maar hij is tegelijk doodserieus, want ander onderzoek leerde hem hoe moeizaam de terugweg is voor ouderen. Zes maanden lang trainden zijn medewerkers een groep fragiele oudere mensen, met één trainer per bejaarde, zodat ze intensief en correct getraind werden. Na die 6 maanden hadden de deelnemers gemiddeld 1,2 kilogram spiermassa bijgewonnen. Minder dus dan die andere, jonge proefpersonen in 1 week verloren hadden. Van Loon: ‘Met een foute aanpak ben je de winst van een half jaar intensief trainen zo weer kwijt. Dat maakt de preventie van spierverlies zo immens belangrijk. Het is spijtig dat daar niet meer aandacht voor is, want we kunnen er heel wat aan doen.’

Krachttraining

Het drama met bedlegerige mensen is niet alleen dat ze in bed liggen, ze eten vaak te weinig omdat ze geen zin hebben in eten, het eten slecht verdragen, te moe zijn of wat dan ook. Opnieuw met dramatische gevolgen, stelde Van Loon vast. ‘Wie tijdens bedrust minder eet, verliest veel sneller spiermassa dan wie blijft eten zoals gewoonlijk. Je moet dus voldoende eiwitten blijven eten, lijkt de logische conclusie. Dat klopt, maar er is meer dan dat. Want zelfs als je veel eiwitten opneemt, heeft dat nauwelijks resultaat, omdat immobilisatie de spieren ongevoelig lijkt te maken voor de stimulerende werking van eiwitten op de spieraanmaak. Zolang je niet of te weinig beweegt, blijf je spiermassa verliezen. Bij gezonde volwassenen verloopt de opbouw van spiermassa veel efficiënter na een voorafgaande training. Je hebt dus fysieke inspanning nodig om de spieren weer gevoelig te maken voor de aangevoerde eiwitten. Vooral regelmatige krachttraining heeft een gunstig effect. Duuractiviteiten zoals lopen, wandelen, fietsen, enzovoort hebben dat veel minder. Wil je spiermassa behouden, doe dan wat krachttraining vóór de maaltijd of onmiddellijk erna. Dezelfde hoeveelheid eiwitrijk voedsel resulteert dan in ongeveer 20% meer ingebouwde eiwitten en dus ook in meer spiermassa.’

‘Levensstijl is belangrijk om spieren te behouden, maar preventie van dat verlies is minstens even belangrijk.’

Nooit in bed

Van Loon is formeel over de besluiten die hij uit dit alles trekt: ‘Ik ben er diep van overtuigd dat we er alles aan moeten doen om te voorkomen dat we mensen langer dan 1 dag in een ziekenbed immobiliseren. Zeker oude mensen, want zij maken hun verlies vaak nooit meer helemaal goed. We moeten iedereen vanaf dag 1 actief houden, want als je ook maar even wacht, ben je al héél veel kwijtgeraakt.’

Hij is ook expliciet over de voeding van ouderen en bedlegerige zieken. ‘Iemand in bed voeden zou verboden moeten worden zolang die persoon nog kan opstaan en zelfstandig aan een tafel kan eten. Want zelfs dat kleine beetje beweging heeft al een positief effect op de eiwitopname en de spieropbouw. Nog beter zou het zijn om deze mensen zoveel mogelijk actief te betrekken bij het bereiden van de maaltijd, het dekken van de tafel, enzovoort. Wat krachttraining zou nog beter zijn, maar elke vorm van beweging kort voor en na de maaltijd is welkom.’

Dat het niet eenvoudig is om bedlegerige mensen in beweging te krijgen, daarvan hoef je Van Loon niet te overtuigen. De vraag leefde in de ploeg, en tijdens een feestje kwam een van zijn medewerkers aanzetten met een op het eerste gezicht wat gekke vraag. Of elektrische stimulatie voor het trainen van buikspieren, zoals je weleens ziet in verkoopprogramma’s op televisie, zou werken? Effectief, zo bleek. De spieropbouw in de gestimuleerde spieren was groter dan in de andere.

Later herhaalde hij het onderzoek bij mensen in coma, meestal verkeersslachtoffers, uiteraard in nauw overleg met de naaste betrokkenen. Van Loon: ‘Mensen in coma verliezen heel snel spiermassa. Je ziet hun spieren bijna wegsmelten: min 20% binnen 10 dagen. Maar niet in de gestimuleerde benen, zo bleek. Elektrische stimulatie lijkt dus in staat te zijn om spierafbraak te voorkomen.’

Van Loon begrijpt dan ook niet waarom er niet meer werk gemaakt wordt van preventie bij bedlegerige mensen. ‘Als iets eenvoudigs als elektrische stimulatie al werkt, waarom zouden we hen dan geen kleine gewichten geven om in bed wat te trainen’, vraagt hij zich af. ‘Dat en wat extra eiwitten en we zijn vertrokken. En nu de rest van de wereld nog overtuigen’, lacht hij breeduit.

Eiwitten: hoeveel en wanneer?

Hoeveel je van een voedingsmiddel nodig hebt, hangt vooral af van je lichaamsomvang en wordt uitgedrukt in gram per kilogram lichaamsgewicht. Voor eiwitten schommelt dat voor een gezonde mens tussen 0,8 en 1,6 gram zuiver eiwit. Voor iemand van 70 kilogram gaat het dus om 60 tot 120 gram.

Een goede spreiding van de eiwitopname is belangrijk, maar helaas is die bijna volledig beperkt tot 2 momenten per dag: het middag- en het avondmaal. Te weinig, stelt Luc van Loon, want tussen de maaltijden in is de concentratie te laag om de spieren tot opbouw aan te zetten. Omdat de afbraak niet stilvalt, krijg je in die fasen een netto spierverlies. Hij beveelt dan ook meer eiwit aan bij het ontbijt. Een eitje, bakje kwark of yoghurt of enkele glazen melk zouden al een groot verschil maken. Verder kun je de opname nog verhogen met tussentijdse eiwitrijke snacks en een lichte eiwitrijke hap net voor het slapengaan, wat de aanmaak van spiereiwit in de loop van de nacht stimuleert.

Voor jonge mensen is 20 gram per opname voldoende. Ongeveer de helft blijft in de darm, onder andere voor de vernieuwing van de darmwand. De andere helft passeert naar het bloed en 6 uur later is ongeveer 10% (2 gram) omgezet in spiereiwit. Een deel gaat naar de organen en wat overblijft wordt omgezet in vet als energiereserve of onmiddellijk verbrand als daar nood aan is. Voor jonge mensen heeft meer innemen dan 20 gram per maaltijd dus geen zin.

Ouderen nemen het best meer in omdat opname en verwerking van eiwitten bij hen wat minder goed verlopen. Van Loon beveelt 30 à 40 gram per maaltijd aan, al dan niet via supplementen, bijvoorbeeld wanneer er sprake is van overgewicht. Bejaarden in rust- en verzorgingsinstellingen verdienen extra aandacht, want hun voeding bevat vaak systematisch te weinig eiwitten.

20 gram zuiver eiwit komt echter niet overeen met 20 gram kaas, vlees of wat dan ook, want geen enkel voedingsmiddel bestaat uit zuiver eiwit. Er zitten ook wisselende hoeveelheden water, vetten en koolhydraten in. Hoeveel eiwit een voedingsmiddel bevat, vind je in de ingrediëntentabel op de verpakking, en daarna moet je even rekenen. Houd er ook rekening mee dat je gemakkelijk verteerbare eiwitten sneller en in hogere mate opneemt. Filet americain bijvoorbeeld levert je per gewicht meer op dan een steak. De bereiding speelt dus ook een rol.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content