Peuters eten te vaak foute voeding

Na het eerste levensjaar gaat het bergaf met de eetgewoontes van onze kinderen. Dat blijkt uit een onderzoek van het Universitair Kinderziekenhuis in Brussel onder leiding van professor Vandenplas bij kinderen tussen 6 en 36 maanden.

Na het eerste levensjaar gaat het bergaf met de eetgewoontes van onze kinderen. Dat blijkt uit een onderzoek van het Universitair Kinderziekenhuis in Brussel onder leiding van professor Vandenplas bij kinderen tussen 6 en 36 maanden.

Tot hun eerste verjaardag krijgen de meeste baby’s nog wel de juiste voeding, zo blijkt uit het onderzoek. Dat is vrij logisch, want het is de tijd van borstvoeding, flesjesvoeding, groente- en fruitpapjes. Maaltijden die allemaal heel specifiek op de behoeften van het kindje gericht zijn.

Na het eerste levensjaar loopt het echter mis. De ouders worden dan nonchalanter, luidt het. Een van de redenen is dat de peuters gewoon mee-eten met de volwassenen, “maar juist die maaltijden zijn vaak niet afgestemd op hun behoeften”, luidt het.

Uit het onderzoek blijkt dat bijna alle kinderen twee tot drie keer meer eiwitten krijgen dan ze nodig hebben. Ze consumeren ook te veel zout en verzadigde vetten. Twee op de drie kinderen nemen tot een vijfde te veel calorieën in. Tekorten worden daarentegen vastgesteld voor vezels, vitamine D en onverzadigde vetten. Een op de drie kinderen blijkt minder dan één eetlepel groenten te eten per dag.

Jong geleerd is oud gedaan

“Op die manier zadelen we onze kinderen al heel jong op met allerlei overschotten en tekorten, wat op termijn wel degelijk schadelijk kan zijn”, zegt professor Vandenplas. Zo kan een tekort aan vezels de darmwerking verstoren. Te weinig ijzer leidt tot vermoeidheid en concentratieproblemen en kan in extreme gevallen ook de motorische ontwikkeling in gevaar brengen.

Uit het onderzoek blijkt wel dat ouders de beste bedoelingen hebben, maar dat ze meestal te weinig weten over aangepaste voeding voor peuters. Zo blijkt dat de helft van de ondervraagde ouders denkt dat kindjes vanaf 1 jaar gewoon hetzelfde mogen eten als volwassenen; slechts een derde weet dat kinderen specifiek andere behoeftes hebben.

“Tot de leeftijd van twee jaar wordt het immuniteitssysteem opgebouwd. Goede eetgewoontes zijn daarbij van groot belang, en die zijn veel gemakkelijker te ontwikkelen dan achteraf slechte gewoontes af te leren”, besluit Vandenplas.

Het onderzoek werd in april uitgevoerd bij 500 ouders en 500 kinderen. (Belga/INM)