Antitransparantmiddeltjes helpen niet tegen vervelende lichaamsgeuren, concludeert bio-ingenieur Chris Callewaert. Wat wel helpt, is een bacteriële okseltransplantatie, waarbij okselbacteriën van een (niet-ruikend) familielid met behulp van een pleister worden overgebracht.
Chris Callewaert, bio-ingenieur aan de Universiteit Gent, zocht in zijn doctoraat naar een oplossing voor vervelende lichaamsgeuren. Antitransparantmiddeltjes helpen alvast niet, zegt hij.
Taboe
‘Lichaamsgeur is nog steeds taboe en zorgt voor een negatief psychologisch effect bij de mensen die er last van hebben’, zegt Chris Callewaert. ‘Toch zijn er nog maar weinig oplossingen voor.’ Lichaamsgeur ontstaat door de aanwezigheid van de ‘foute’ bacteriën die zweet omzetten in vluchtige stinkende componenten, in de oksel zijn dat vooral corynebacteriën en op synthetische kledij zijn dat micrococcen.
‘In tegenstelling tot wat veel mensen denken, is antitranspirant geen oplossing tegen een stinkende lichaamsgeur. Integendeel, het kan zelfs zorgen voor een aanrijking van de corynebacteriën.’ Ook kleren wassen op dertig graden met een wasproduct op basis van enzymen werkt niet, katoenen kleren kunnen wel vieze geurtjes tegengaan.
Bacteriële okseltransplantatie
Een andere, nieuwe oplossing is een ‘bacteriële okseltransplantatie’. ‘Dat wil zeggen dat een gezond (niet-ruikend) geheel van okselbacteriën van een familielid overgebracht wordt naar de persoon die er last van heeft’, legt Callewaert uit. Concreet moet de persoon die last heeft een week lang antibioticazalf gebruiken en worden zijn oksels net voor de ’transplantatie’ steriel gemaakt. De donor, waarvan onderzocht wordt of hij over ‘goede’ bacteriën beschikt, mag zijn oksels dan vier dagen niet wassen. ‘Die bacteriën brengen we dan over op de steriele oksel en laten we incuberen met een pleister.’
Voor bijna alle achttien proefpersonen in het onderzoek zorgde de techniek voor een verbetering op korte termijn (1 maand); voor de helft van de proefpersonen ook op lange termijn (3 maand of langer). Een geurpanel merkt dat de ‘aangenaamheid’ van de geur met twintig procent steeg. De techniek is volgens Callewaert een oplossing voor mensen die ernstig last hebben van lichaamsgeuren. (Belga/AVE)
