Decanen medische faculteiten: ‘Stop publieke financiering alternatieve geneeswijzen’

Simon Demeulemeester

De decanen van de medische faculteiten in ons land roepen op geen publieke middelen te besteden aan homeopathie, chriopraxie, osteopathie en accupunctuur: ‘geneeszwijzen’ die hun effectiviteit niet bewezen hebben.

De decanen van de medische faculteiten van de Vrije Universiteit Brussel/Université Libre de Bruxelles, UGent, Université de Liège, KULeuven, Université de Mons, Universiteit van Hasselt, Université catholique de Louvain, Universiteit Antwerpen en de Université de Namur uiten op de website van Skepp – de studiekring voor de Kritische Evaluatie van Pseudowetenschappen en het Paranormale – hun bezorgdheid over “de veiligheid van de patiënten en over het correct gebruik van de publieke financiële middelen” inzake zogenaamde alternatieve geneeswijzen als homeopathie, chiropraxie, accupunctuur en osteopathie. De decanen “bevestigen dat zij onder geen beding onderwijs wensen aan te bieden over praktijken waarvan de effectiviteit niet wetenschappelijk (‘evidence-based’) bewezen is”. Ze roepen ook op de publieke finaniering van niet-conventionele praktijken te stoppen.

Aanleiding is de wet Colla uit 1999. Toenmalig minister van Volksgezondheid Marcel Colla (SP.A) wilde de vier populairste alternatieve geneeswijzen – homeopathie, chiropraxie, accupunctuur en osteopathie – laten erkennen. Op die manier wilde hij het kaf van het koren scheiden: de kwakzalvers zouden eruit gefilterd worden. Huidig minister van Volksgezondheid Laurette Onkelinx (PS) wou de nog steeds niet uitgevoerde wet weer opnemen. Daartoe liet ze die vier takken onderzoeken. Onkelinx moet binnenkort uitspraak doen daarover.

De decanen verwijzen naar het verslag van het federaal Kenniscentrum (KCE) waarin “bevestigd werd dat elk bewijs betreffende de werkzaamheid van deze praktijken ontbreekt, met uitzondering van enkele aspecten van de behandeling van rugpijn voor wat betreft de osteopathie.” Het is volgens de decanen noodzakelijk dat enkel artsen een diagnose moegn stellen en daarbij een indicatie tot behandeling mogen geven. En dat moet gebeuren voor de patiënt “toegang zou krijgen tot de beoefenaars van niet-conventionele geneeswijzen.” Zou dat niet het geval zijn, dan zou er sprake zijn van “oneerlijke concurrentie tegenover de kinesitherapeuten, die ook actief zijn in de behandeling van chronische pijn en die enkel behandelen op verwijzing van een arts”, aldus de decanen.

“Er kan bovendien zeker geen sprake van zijn de beoefenaars van niet-conventionele praktijken toe te laten zelf medische onderzoeken, zoals radiologische onderzoeken, voor te schrijven. Dit zou het illegaal beoefenen van de geneeskunde betekenen.”

Tot slot benadrukken ze in hun oproep dat “de beschikbare openbare middelen zo rationeel mogelijk gebruikt moeten worden. Zeker in een periode van strenge financiële besparingen waar zelfs de financiering van evidence-based behandelingen beperkt wordt.” Daarom adviseren ze “uitdrukkelijk om een einde te stellen aan elke vorm van openbare financiering van deze niet-conventionele praktijken, en de schaarse middelen uitsluitend voor te behouden voor behandelingen met een wetenschappelijk bewezen effectiviteit.”

Ze zouden wel bereid zijn om elementen van niet-conventionele praktijken in hun onderwijsprogramma’s op te nemen. Tenminste die “waarvan de werkzaamheid bewezen zou zijn na een ernstige wetenschappelijke evaluatie, gebaseerd op rigoureus uitgevoerd experimenteel onderzoek,” aldus nog de decanen.

De decanen die de oproep ondertekenden:

Prof. Dr. A. Dupont (VUB)
Prof. Dr. Y. Englert (ULB)
Prof. Dr. G. Vanderstraeten (UGent)
Prof. Dr. V. D’Orio (ULG)
Prof. Dr. J. Goffin (KULeuven)
Prof. Dr. R. R. Muller (université de Mons)
Prof. Dr. P. Stinissen (UHasselt)
Prof. Dr. F. Zech (UCL)
Prof. Dr. P. Van Royen (UA)
Prof. Dr. B. Masereel (université de Namur)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content