Al zittend je buik- en rugspieren oefenen, terwijl je gewoon aan je bureau zit te werken? Volgens fabrikanten van zitballen is dat perfect mogelijk.
Op een zitbal zit je minder stabiel dan op een gewone stoel. Door het constante gewiebel gebruik je rug- en buikspieren. Bovendien kun je niet onderuitzakken.
Dat zitballen de rug- en buikspieren zouden versterken, is tot nog toe onvoldoende aangetoond door wetenschappelijk onderzoek. In een studie met schoolkinderen die een jaar lang op zo’n bal zaten, heeft men amper een verschil kunnen vaststellen. Dat neemt niet weg dat een zitbal je dwingt om rechtop te zitten, wat nog altijd beter is dan hangen op een stoel.
Af en toe bijpompen
Stel dat je bal tegen een scherp voorwerp rolt, dan kan hij echt niet springen zoals een ballon. Het rubber is dik genoeg, zodat de bal zeer langzaam afgaat wanneer er een gaatje in komt. Overigens wordt een zitbal slapper met de tijd. Om de juiste spanning te behouden, moet je af en toe bijpompen.
Een zitbal is enkel een goede aanvulling naast een bureaustoel, omdat je de bal slechts gedurende een beperkte tijd kun gebruiken. Een hele dag is te vermoeiend en je verliest het comfortgevoel. Een tweetal uur aan een stuk lukt doorgaans probleemloos. Heb je een zittend beroep, dan moet je kunnen afwisselen met een gewone stoel. Bijkomend euvel is dat je hoger zit op een zitbal, zodat je bureau ook beter wat hoger is. Zo niet ben je geneigd voorover te buigen vanop de bal, in vergelijking met de stoel.
Verschillende maten
Zitballen zijn verkrijgbaar in verschillende maten. Kies afhankelijk van je lengte. Je bekken moet iets hoger komen dan je knieën, anders is de bal te klein. De hoek tussen je lijf en bovenbenen moet dus groter zijn dan 90 graden. Koop geen exemplaar met steunstopjes, die de bal op zijn plaats houden: zo beweeg je natuurlijk niet en kun je net zo goed een stoel kopen. Er bestaan ook zitballen met een zitring of een kleine rugleuning. Die zijn om dezelfde reden te mijden.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier