Volg de wegen van de herinnering in Wallonië en herdenk de Eerste Wereldoorlog

Begraafplaats Saint-Symphorien © Visitmons, Gregory Mathelot

De Eerste Wereldoorlog liet een spoor van vernieling na in Wallonië. Hier werd strijd geleverd tijdens de allereerste veldslag op Belgische bodem en gaf het laatste Belgische fort zich over. Hier viel het eerste en het laatste Britse oorlogsslachtoffer. Hier werd gedroomd over reddende engelen terwijl dorpen compleet van de kaart geveegd werden. De forten van toen bezorgen je vandaag nog steeds kippenvel.

De slag om Luik of de allereerste veldslag

Luik bevond zich op de Duitse aanvalsroute die door België richting Frankrijk liep en werd daardoor al op 5 augustus 1914 aangevallen. Zo werd De Slag om Luik, in de fortengordel rondom de stad, de allereerste veldslag van de Eerste Wereldoorlog. Bovendien duurde deze veldslag tot en met 15 augustus. Het Fort van Loncin, een van de 12 forten rond Luik, was toen het allerlaatste Belgische fort dat zich overgaf. In Luik werd dus tweemaal geschiedenis geschreven.

Het Fort van Barchon, te vinden op een heuvel op de rechteroever van de Maas, zo’n 6,5 km van de binnenstad van Luik, viel op 8 augustus 1917 na uitermate zware gevechten in Duitse handen. Zo kwam de meest noordelijke positie van Luik meteen onder druk te staan. Een oorlog later, in 1940, zou de weerstand van dit fort sterker blijken en slaagde het erin om, dankzij een voortdurend bombardement, herhaaldelijk slagen toe te brengen aan de vijand. Het tweede fort dat erin de Eerste Wereldoorlog aan moest geloven, was het Fort van Lantin. Vanaf 10 augustus 1914 werd het door de Duitse artillerie aangevallen en uiteindelijk moest het zich na enkele dagen van hevige bombardementen op zaterdag 15 augustus gewonnen geven. Vandaag is dit fort een van de laatste overblijfselen van de eind 19de-eeuwse militaire bouwkunst. Het is het enige fort van Luik dat geen wijzigingen onderging. Tussen de twee wereldoorlogen fungeerde het als munitiedepot van het Belgische leger. En terwijl de andere forten in 1940 herbewapend werden, werd dit exemplaar ontruimd. Vandaag laat een spektakelparcours je de oorlogstijden in dit fort herbeleven. Dankzij de aantekeningen van een oudsoldaat krijg je inzicht in het dagelijkse oorlogs leven en klank en licht nemen je mee naar die beklemmende bombardementen van augustus 1914.

Tour d'AIR in Boncelles
Tour d’AIR in Boncelles© WBT, S. Vyvermans

www.fortbarchon.be

www.fortdelantin.be

Het Fort van Loncin, op enkele kilometers van het Luikse centrum, werd opgetrokken in 1888 en verdedigde met zijn kanonnen de hoofdweg en spoorlijn naar Brussel. Het werd bemand door 550 artilleristen en infanteristen en viel als laatste. Na 11 dagen weerstand te hebben geboden tegen de Duitse aanvaller ontplofte het fort op 15 augustus 1914. Een obus van 42 cm en 800 kilo, een telg van kanon Grote Bertha, doorboorde het gewelf van het rechtse kruitmagazijn. 350 Belgische soldaten waren op slag dood. Meteen het trieste einde van de Slag om Luik. Het fort groeide dan ook uit tot hét symbool van die slag, een toonbeeld van de Belgische heldenmoed tijdens de Duitse aanval in 1914. Precies daarom werd er niet aan getornd. Het fort blijft zoals het eruitzag na die explosie en zijn ruïnes zijn nog steeds de laatste rustplaats van 350 helden. Tijdens je bezoek krijg je slaapzalen, douches en de mess te zien en kan je getuigenissen van jonge soldaten lezen. Plasmaschermen tonen je hoe de koepel functioneerde en een realistisch scenografisch parcours laat je die vreselijke bombardementen en de ontploffing van het kruitmagazijn herbeleven. Kippenvel, maar dan zonder risico. Een gevoel dat ook La tour d’AIR je bezorgt. Dit nieuwe museum, vlakbij Luik centrum, focust op de militaire geschiedenis van België van 1830 tot vandaag. Een didactisch parcours brengt je langs Wereldoorlog I, Wereldoorlog II en de Slag om de Ardennen en toont unieke stukken. Van obussen tot pantservoertuigen. Daarna kom je op adem in de cafetaria die aangekleed werd met meubilair uit officiersmesses. Wie zich verder in de oorlogsmaterie wil verdiepen, zet koers naar het Museum van de 18 dagen. Hier staat het leven van de mensen uit de streek centraal. Je leeft mee met hun grote drama’s en klein geluk tijdens die oorlogsjaren.

Fort van Loncin
Fort van Loncin© WBT, Fr. Mazy

www.fortdeloncin.be

www.musee-fortdeboncelles.com

walloniebelgietoerisme.be/herinneringstoerisme

Namen en Dinant, nog meer fortenleed

Ook Namen had zijn eigen fortenrij, goed voor negen forten verborgen in de bossen rond de stad. Het Fort van Emines, vlakbij Namen en te vinden tussen de dorpen Emines en Saint-Marc, bleef sinds 1914 onveranderd. Het driehoekige fort dat werd opgetrokken tussen 1888 en 1892 vormt een soort ringmuur en bevindt zich vandaag nog steeds in uitstekende staat. Je kunt deze herdenkingsplaats en zijn militaire geschiedenis, dankzij de rondleidingen in het kader van de herdenkingen van de Groote Oorlog, uitgebreid ontdekken. Saint-Héribert was een van de grootste forten in het rijtje en is dankzij zijn ligging op 245 meter meteen ook het hoogstgelegen exemplaar. Tijdens die woelige augustusdagen in 1914 beseft men snel dat onze forten niet echt opgewassen zijn tegen de Duitse artillerie. Het zware bombardement van 24 augustus zal dit fort trouwens fataal worden. Een dag eerder kon Saint-Héribert bovendien slechts enkele verspreidings schoten afvuren. Een autocircuit en enkele fietsroutes verbinden deze forten en brengen je zo langs tal van historische oorlogsplekken.

Fort van Saint-Héribert
Fort van Saint-Héribert© Fondation privée Emile Legros

www.weezevent.com/fortemines

De Citadel van Dinant was in augustus 1914 het decor van hevige gevechten tussen de Franse en Duitse troepen. 100 jaar later herinnert een gloednieuwe ruimte aan die gevechten die niet alleen de citadel maar ook de wereld opschudden. Een geluidsgang brengt je naar de bunkers waar een boeiend parcours je de sleutelmomenten van die eerste oorlogsweken laat herbeleven. Dag per dag, uur per uur. Een ruimte in complete duisternis toont je wat er gebeurt wanneer een soldaat plots oog in oog staat met de vijand. Op het einde zie je de namen en leeftijden van 674 slachtoffers op de filmgeneriek verschijnen. Stemmen vertellen wat gebeurde. Kwestie van nooit meer te vergeten.

Baillet-Latour Museum
Baillet-Latour Museum© Musées Latour

www.citadellededinant.be

Virton en de complete vernietiging

Op 22 augustus 1914 werd een hele streek compleet vernield. Dorpen werden plat gebrand, slachtpartijen, vernielingen, plunderingen waren het lot van deze regio. Virton, Ethe, Bleid, Gomery, Latour, Rossignol… werden in hun hart getroffen. Op één dag vielen 20.000 slachtoffers, onder wie vele honderden burgers.

Van 22 tot 24 augustus 1914 vonden op de grens van Frankrijk en België de verschrikkelijkste gevechten tussen het Duitse en het Franse leger plaats. Deze Slag der Grenzen vernielde de volledige zuidelijke regio van de provincie Luxemburg en een stuk van het Franse Lorraine tot aan de streek met Dinant. Vooral de dorpen rond Virton werden getroffen. Vele tienduizenden Duitse en Franse soldaten kwamen om het leven op het slagveld, maar ook burgers betaalden een hoge prijs voor hun moed. Hun dapperheid eiste een immense tol: er vond een enorm bloedbad plaats, alles werd vernield, veel mensen verloren hun hebben en houden en bij de gruwelijke gevechten vielen heel wat burgerslachtoffers. Een circuit neemt je mee in het spoor van die Slag der Grenzen die het zuiden van de Provincie Luxemburg verwoestte. Het dorp Ethe is een van de zwaarst getroffen dorpen, een heus martelaarsdorp, en zijn monument en begraafplaats herinneren aan deze tragische episode. De wandeling ‘In het spoor van 14-18’ neemt je mee naar herdenkingsplaatsen en de bossen in Rossignol en uiteraard moet je ook halt houden in het Oorlogsmuseum in de Gaume. Hier wordt een beeld geschetst van die verschrikkelijke slag. Je leest er getuigenissen, kunt er archieven inkijken en bestudeert er persoonlijke objecten van soldaten en burgers die herinneren aan die slag.

Mons
Mons© WBT, J.P. Remy

In het Baillet-Latour Museum wordt de geschiedenis van het dorpje Latour in de kijker gezet. Dit museum wil de herinnering aan de gevechten levendig houden, evenals die aan de vele burgers die het leven lieten tijdens deze gruwelijke dagen in augustus 1914. Minder bekend, maar net zo interessant is het Generaal Jacquesmuseum nabij Vielsalm. Hier wordt het heldhaftige verhaal van baron Jacques de Dixmude belicht. Wanneer de Eerste Wereldoorlog uitbreekt, staat hij dicht bij zijn pensioen, maar toch krijgt hij het bevel over enkele troepen. Aan het IJzerfront raakt hij gewond aan zijn voet en zijn been. In 1916 wordt hij gepromoveerd tot generaal. Hij eindigt de oorlog als bevelhebber van de 3de legerdivisie. Na de oorlog wordt hij tot ridder geslagen en krijgt hij de titel Baron de Dixmude. In 1928, op zijn zeventigste, sterft deze nationale held. Hij krijgt een staatsbegrafenis en wordt in Vielsalm begraven. Verschillende steden, waaronder Brussel, hebben een laan, straat of plein met zijn naam.

Begraafplaats Saint-Symphorien
Begraafplaats Saint-Symphorien© WBT, M. Vander Linden

www.musees-latour.be

www.walloniebelgietoerisme.be/herinneringstoerisme

De Slag bij Mons, over Britten en engelen

Tijdens de Eerste Wereldoorlog kwamen de Britse troepen voor het eerst en voor het laatst in actie in Mons. Op 23 augustus 1914 opende een Engelse cavalerist het vuur op Duitse troepen. Het laatste Britse wapenfeit dateert van 11 november 1918. Op de militaire begraafplaats van Saint-Symphorien vonden bovendien het eerste en het laatste Britse oorlogsslachtoffer hun eeuwige rust: John Parr die in 1914 op 16-jarige leeftijd stierf en George Edwin Ellison die anderhalf uur voor de Wapenstilstand het leven liet.

De Slag bij Mons is een van de meest strategische slagen van de Groote Oorlog. Op 22, 23 en 24 augustus 1914 komen de Britse troepen naar Mons om versterking te bieden aan het Franse leger en te verhinderen dat Duitse soldaten de grens oversteken. De Britten staan langs het kanaal Mons-Condé en houden 48 uur stand. Dankzij hun moed kunnen de Fransen hun verdediging organiseren en hun overwinning in de Marne voorbereiden. En dan zijn er nog die beruchte engelen van Mons. Op 23 augustus 1914 worden 4000 soldaten van de Commonwealth omringd door 21.000 Duitsers. En toch slagen de Britten er op miraculeuze wijze in om te ontkomen. Ze banen zich een weg in het donker en bereiken zo hun kamp. Meteen ontstaan er wilde verhalen. Sommigen beweren dat ze engelen zagen neerdalen om hun weg vrij te maken en de Duitsers tegen te houden. Al snel gaat dat verhaal een eigen leven leiden en vandaag, 100 jaar na de aanvang van het conflict, zorgt de legende van Mons nog steeds voor commotie. Wat er ook van is, de engelen wisten alvast niet iedereen te redden.

Plugstreet 14-18 Expérience
Plugstreet 14-18 Expérience© Plugstreet 14-18, Florence Dekimpe

In Saint-Symphorien, een van ’s lands mooiste militaire begraafplaatsen, rusten meer dan 500 oorlogsslachtoffers. Zowel Duitse (284) als Britse (229) onderdanen. Vandaag een golvende oase van rust, omringd door velden en bomen en perfect onderhouden door de Commonwealth War Graves Commission. Als om te bewijzen dat peis en vree de enige échte antwoorden zijn. Iets waar je ook zelf achterkomt in het Mons Memorial Museum, goed voor 3000 beklijvende m² waar het militaire verleden, de Groote Oorlog, de Tweede Wereldoorlog en de grote en kleine geschiedenis van Mons tijdens de oorlogsjaren uitgebreid aan bod komen. Een historisch parcours loodst je van de middeleeuwen door het Ancien Régime en de wereldoorlogen tot aan Shape, het militaire commandocentrum van de NAVO. En net doordat je zowel de grote oorlogsverhalen als de kleinmenselijke anekdotes geserveerd krijgt, bekijk je die wereldgeschiedenis met andere ogen.

Memoriaal van Ploegsteert
Memoriaal van Ploegsteert© WBT, P. Maree

www.monsmemorialmuseum.mons.be

Ook Ploegsteert kreeg zijn oorlogsdeel. Plugstreet 14-18 Expérience, het interpretatiecentrum over de Eerste Wereldoorlog, gunt je een blik op het leven van de soldaten en de burgerbevolking. Een 400 m² grote hightech ruimte neemt je mee voor een interactief bezoek aan de site. Een wandeling langs die historische oorlogsplekken, van de catacomben over de mijnkraters tot de vele Britse begraafplaatsen maken het verhaal compleet.

Ook het Memoriaal van Ploegsteert mag niet op je lijst ontbreken. Hier werden maar liefst 11.447 Britse namen in steen gegraveerd. Elke eerste vrijdag van de maand wordt om 19 uur “The Last Post” geblazen. En dan zijn er nog twintig begraafplaatsen in Ploegsteert, verspreid over velden en bossen en de laatste rustplaats van nog eens 6000 Britse soldaten die tijdens de Groote Oorlog vielen. Sobere schoonheid die aanzet tot bezinning. Het fietscircuit Comines-Warneton 14-18 neemt je mee op een emotionele tocht door deze zwaar getroffen streek. De meest beklijvende stop is misschien wel ‘Trêve de Noël’ of Kerstbestand. Hier speelden de Duitse en Britse soldaten op kerstavond 1914 een voetbalwedstrijd. De voetballen die er neergelegd worden, herinneren aan die korte, hoopvolle verzoening.

Trêve de Noël
Trêve de Noël© WBT, S. Dekkers

www.plugstreet1418.be

www.battlefieldexperience.com

Meer info: www.walloniebelgietoerisme.be/herinneringstoerisme

Partner Content