Gordon Bennett!

Guikje Roethof

Uitgeverij Aspekt, Soesterberg 2018

271 blz., ? 19,95 ISBN 978 94 633 8287 8

Van de drie mannen die eind 19de de Amerikaanse krantenwereld beheersten (Joseph Pulitzer, William Randolph Hearst en James Gordon Bennett jr.) is de laatste nagenoeg vergeten. Roethof wil Bennett (1841-1918) in ere herstellen. Een uitdagende opdracht, omdat Bennett geen persoonlijk archief heeft nagelaten en omdat over hem vanwege zijn excentrieke, zeg maar bijna krankzinnige gedrag zoveel anekdotes bestaan dat feit en fictie moeilijk van elkaar zijn te onderscheiden. Want ‘vreemd’ was Bennett zeker. Eén voorbeeld. Vier dagen voor zijn huwelijk, oudejaarsavond 1876, deed hij voor de ogen van zijn aanstaande schoonfamilie zijn behoefte in de open haard. Einde verloving en vanwege dit schandaal verhuisde Bennett naar Frankrijk, vanwaar hij de rest van zijn leven zijn krant, The New York Herald, in 1835 door zijn vader Bennett sr. begonnen en in 1866 door zoonlief overgenomen, bestierde.

Elk positief feit over haar hoofdpersoon grijpt Roethof aan om Bennett als een verdienstelijk ondernemer te portetteren, maar het negatieve overheerst. Naar huidige maatstaven gerekend gaf hij zo’n 1,2 miljard dollar uit, vaak aan extravagante zaken. Ondertussen behandelde hij zijn personeel als grof vuil, waardoor zijn beste mensen naar de concurrenten overliepen. Maar het meest pijnlijke is toch wel, ook al probeert Roethof dat te verbloemen, dat de zoon het adagium van zijn vader heeft overgenomen, namelijk dat kranten moeten schrijven wat mensen willen weten, niet wat zij moeten weten. Pijnlijk, omdat Roethof, zelf een journaliste, een bloedhekel heeft aan de yellow press, ofwel riooljournalistiek. Kortom, een niet geheel geslaagde rehabilitatie, hetgeen onverlet laat dat haar boek leest als een trein en een fascinerend beeld schetst van een krankzinnige man in een krankzinnige tijd.

Partner Content