De onzichtbare hand

Bas van Bavel

Hoe markteconomieën opkomen en neergaan

Prometheus, Amsterdam 2018

485 blz., ? 29,99 ISBN 978 90 446 3436 5

De onvrije markt

Soms moet een lezer zich dwingen om een boek weer ter hand te nemen. Tot deze categorie behoort De onzichtbare hand van de Utrechtse faculteitshoogleraar Bas van Bavel. Het is de vertaling van een studie uit 2016 die onder de internationale vakbroeders grote ophef veroorzaakte. Het moet gezegd: na een zeer grondige analyse maakt de auteur korte metten met de aanname dat de markteconomie een onmisbare voorwaarde is voor welvaart en het kunnen functioneren van een rechtsstaat. Een op zich spannende constatering die – helaas – uitgewerkt is in een gort-droog boek.

Van Bavel heeft drie samenlevingen uitvoerig geanalyseerd en beschreven waarvan bekend is dat het schoolvoorbeelden zijn van ‘vroege markteconomieën, dat wil zeggen premoderne economieën met de markt als belangrijkste systeem voor uitwisseling en toewijzing’. Zijn keuze viel op Irak (500-1100), Midden- en Noord-Italië (1000-1500) en de Nederlanden (1100-1800). Daarnaast wordt ook nog, maar minder uitvoerig, ingezoomd op de ontwikkelingen in Groot-Brittannië, de Verenigde Staten en WestEuropa van 1500-2000. De beschrijving en analyse van ‘de markt’ heeft niet betrekking op goederenmarkten, maar Van Bavel behandelt de veel abstractere ‘factor-markten’: grond, arbeid en kapitaal. Zijn conclusie is dat in de bestudeerde gebieden er veel eerder sprake was van een vrije markteconomie dan doorgaans wordt aangenomen en dat op de lange termijn bezien de vrije markt de welvaartgroei niet bevordert, maar juist afremt. Het is stuitend om te lezen hoe overal de nieuwe economische elites willens en wetens de ongelijkheid vergrootten (zowel op economisch, sociaal als politiek gebied). Had Karl Marx het met zijn ‘concentratie- en cumulatie’ en de ‘Verelendung’ dan toch bij het rechte eind?

Partner Content