Jan Nolf

Gas-ambtenaren: ze kunnen het niet

Jan Nolf Erevrederechter en justitiewatcher

Haast en spoed is zelden goed. Wat gold voor de inderhaast door het parlement gejaagde GAS-wet is zeker waar voor de “omzendbrief” van minister Milquet aan de burgemeesters.

Dat het om een officiële omzendbrief zou gaan die ook in het Belgisch Staatsblad zou gaan is twijfelachtig want de officiële nummering ontbreekt. Maar geen nood: de slotparagraaf op pagina 24 kondigt al “een nog meer volledige omzendbrief” over de GAS-boetes aan, en zelfs een informatiesessie. We wachten met spanning af en willen ook al hier opnieuw ons steentje bijdragen.

Errare humanum est

Wat aan de Vlaamse burgemeesters op 23 december werd toegestuurd is immers overduidelijk een haastige, houterige en haperende vertaling van de oorspronkelijke Franstalige versie, doorspekt met typfouten, taalfouten en juridische blunders.

Over de dt-fouten zullen we het niet hebben en een zetduivel is gauw gemaakt. Ondertussen wordt de kerstbrief van Joëlle Milquet over “inbeuken in de reglementering” (sic) opnieuw ‘Gefundenes Fressen’ voor Michael Van Peel. Aan dit tempo kan de stand-up comedian iedere maand een nieuwe show presenteren: de volgende heet dan “Van Peel overleeft januari 2014”. We komen zeker luisteren.

De “nog meer volledige omzendbrief” die voor januari aangekondigd wordt kan vooral best starten met de juridische errata die niet toevallig allemaal de Nederlandstalige versie moeten repareren. De fraaiste flater is te vinden op pagina 10 waar de functie van ‘bemiddelaar’ uitgelegd wordt. In de Nederlandstalige tekst krijgt die bemiddelaar een “opdracht van de ambtenaar vaststeller”. In de Franstalige tekst luidt dat – correct – een “mission du fonctionnaire sanctionnateur”. Oei…

Dat elementair verschil tussen de GAS-vaststeller enerzijds en de GAS-sanctionerend ambtenaar is nochtans een door GAS-fans bejubeld onderdeel van de nieuwe GAS-wet. Die eerste ambtenaar rapporteert de feiten en de tweede bepaalt de administratieve sanctie. In art. 6 §3 van de wet van 24 juni 2013 werd het principe ingeschreven dat wie een overtreding rapporteert niet nog dezelfde persoon mag zijn die de boete bepaalt.

Op die manier organiseerde de nieuwe wet een soort “mini-scheiding der machten” binnen het gemeentelijk ambtenarenkorps zelf.

Blijkbaar ziet de kerstbrief van de minister zelfs deze alleréérste bescherming tegen willekeur over het hoofd. Dat belooft voor de échte scheiding der machten: die tussen politiek en justitie.

Heel eenvoudig: pour les Flamands la même chose

Eén raad bijgevolg: lees gewoon de Franstalige tekst van de Milquet-brief in de oude traditie van “pour les Flamands la même chose”. Want ook enkel in de taal van Voltaire is bv. te begrijpen wat er gebeurt “indien er geen aanleg voor de rechtbank heeft plaatsgevonden”. We zijn veel stadhuistaal gewoon, maar dit slaat gewoon nergens op. Hoogstens Milquees. Misschien heeft u daar aanleg voor: we hopen het voor u.

De kerstbrief van de minister van Binnenlandse Zaken zal alleszins de Kinderrechtencommissarissen, de Liga voor Mensenrechten en de Kinderrechtencoalitie nog maar eens de gordijnen injagen. Immers verdedigt Joëlle Milquet de sancties tegen jongeren tot 14 jaar “conform het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind”.

Zeg dat het niet waar is. De inbreuken op dat verdrag zijn nota bene precies de rechtsgrond op basis waarvan twee procedures tot vernietiging bij de Grondwettelijk Hof hangende zijn. Il faut le faire.

Ondertussen is de kerstbrief ook een gemiste kans.

Omzendbrieven worden per definitie uitgestuurd om nieuwe wetgeving concreter te duiden want de Wetgever zweeft nogal eens in verwarrende vaagheid. Voor wat “overlast” zou zijn kaatst Milquet de bal gewoon opnieuw naar het lokale niveau waar “gezond verstand en respect voor het proportionaliteitsprincipe” moet heersen. Voilà. Wat de “tevredenheid” van de sanctieambtenaar over de ‘pedagogische tik’ van ouders aan hun bengel inhoudt, komen we evenmin te weten.

Allez, misschien moet u voor “satisfait” eens synoniemen ingoogelen, wie weet dat het helpt.

Milquet benadrukt ook dat het bij gemeenschapsdienst voor minderjarigen “enkel kan gaan over pedagogische maatregelen en niet over repressieve maatregelen” maar raakt bij haar voorbeelden niet verder dan “opleiding, verontschuldigingsbrief, enzovoort”. Die “enzovoort” zal wellicht vooral de sheriffs interesseren: et cetera.

Het echte GAS-nieuws van de Kerstweek

Het interessantste GAS-nieuws van de Kerstweek was dan ook niet de brief van Joëlle Milquet, maar haar eerste reeks uitvoeringsbesluiten van de GAS-wet die vrijdag jl. in het Belgisch Staatsblad te bewonderen waren.

Vooral als u over GAS tot nu toe vrij gerust was, moet u toch het koninklijk besluit (lees: besluit van de minister van Binnenlandse Zaken) van 21 december lezen over de “kwalificatie- en onafhankelijkheidsvoorwaarden” voor de sanctionerend ambtenaar.

De onafhankelijkheid

De Raad van State en de Privacycommissie bekritiseerden het wetsontwerp van de GAS-wet al omdat de wet niet zelf die essentiële criteria van onafhankelijkheid zou formuleren: die elementaire taak van de wetgevende macht werd via een K.B. overgelaten aan de uitvoerende macht.

Dat die kritiek ook in alle andere adviezen herhaald werd, mocht niet baten en het politiek resultaat voor de eigen clientèle is er ook naar: de afhankelijkheid van de sanctieambtenaar werd verankerd, niet zijn onafhankelijkheid. Sommige politici moeten die laatste – rare – zin niet opnieuw lezen, want zij hebben het inderdaad zo gewild.

Zoals tot nu in veel gemeenten, mag de sanctieambtenaar immers doodleuk verder de gemeentesecretaris zijn. De gemeenteraad moet zelfs geen statutair ambtenaar als sanctieambtenaar aanstellen: een contractueel ambtenaar volstaat.

In één enkel artikel luidt het dat de sanctieambtenaar zijn job “onafhankelijk” uitvoert: hij/zij “moet autonoom kunnen beslissen en mag daarbij geen instructies ontvangen”. Voilà, het is dus in de sacoche. Met een sloganeske vanzelfsprekendheid, maar zonder waarborgen qua statuut, tegen ontslag of tegen willekeur. Een contractueel sanctieambtenaar kan van de ene op de andere dag bedankt worden voor – vooral onbewezen – diensten. Maar maak u geen zorgen, want we leven toch in een rechtstaat nietwaar.

Gas-ambtenaren: ze kunnen het niet

Jan Nolf

Dit weekend bracht daaromtrent al een mooie lapsus van Hans Bonte, de enige SPa-burgemeester die in zijn gemeente de leeftijdsgrens van 16 naar 14 jaar reduceert. Hij bedoelde het voor Vilvoorde uiteraard goed. “We zullen geen GAS-boetes uitschrijven voor jongeren die hun broodje aan de trappen van de kerk opeten of met hun voeten op een bank zitten” liet hij in De Standaard optekenen.

Daar hebben we het dus al: let op die “we”. “We” is wij en ‘wij’, dat heeft iets weg van een meervoud: de burgemeester en die … onafhankelijke sanctieambtenaar. Hand in hand, kameraden ? Wel, burgemeester Bonte, wij zijn er niet gerust in. Vraag het maar eens aan uw collega van Aarschot. En voor wat dié voor voetbalvrienden onder de mat veegde kreeg hij geen GAS-boete.

De diploma’s

Qua diploma’s volstaat volgens het kakelverse koninklijk besluit een ‘bachelor in de rechtspraktijk’ met een extra opleiding van – hou u vast – 20 uur. Geen jaren opleiding, geen maanden: maximaal 5 dagen voor niet alleen wat algemene principes en de GAS-wetgeving, maar ook inclusief “conflictbeheersing, inbegrepen positieve conflictbeheersing met minderjarigen”.

Succes gegarandeerd voor die nieuwe plaatsvervangende opvoeders die moeten “tevreden” zijn over de pedagogische tik van de ouderlijke betrokkenheid, pedagogische gemeenschapsdienst opleggen en instructies geven aan bemiddelaars.

De kwakzalvers van een bis-justitie dus, maar met een bottineke tegen of tussen de deur. “Aanklampend beleid” wordt al verdedigd door schepen Homans in Antwerpen: die heeft dat aanklamp-verbod wellicht nog niet opgemerkt in de eigen GAS-codex van #A. Maar met goede bedoelingen kan alles: als het over de ‘anderen’ gaat staan we daar altijd achter.

Het beste komt nog: het nieuwjaarscadeau van Milquet aan de GAS-sanctieambtenaren

Als cadeau kan dat tellen: sanctieambtenaren die in dienst zijn op 1 januari 2014 “mogen hun functie verder uitoefenen”. Ze worden zelfs deels vrijgesteld van die zuinige 20 uren opleiding. Voor het gedeelte van die 20 uren die ze wel moeten volgen, worden ze – op de koop toe – vrijgesteld om er examen over af te leggen.

Wat leuk: in het gewoon onderwijs heeft zelfs Pascal Smet daar andere methodes voor. En die zal zelfs Mieke Van Hecke niet tegenspreken.

Merci Joëlle, maar dit slaat alles. De minister van Binnenlandse Zaken kon niet beter haar wantrouwen over de sanctieambtenaren proclameren dan met die vrijstelling. Bang om te buizen: een nauwelijks verhulde blaam van “ze kunnen het niet”.

En inderdaad kunnen ze het niet.

Het was niet de schuld van de pers maar van de sanctieambtenaren zelf dat maandenlang nauwelijks een dag voorbijging zonder nieuwe GAS-fratsen. Enkel mediadruk zorgde telkens voor het “gezond verstand”.

Dat “ze het niet kunnen” bij gebrek aan respect voor de wetgeving die ze verondersteld worden zélf toe te passen, geldt bij uitstek voor de “intergemeentelijke” sanctieambtenaren die volgens de rechtspraak van diverse politierechters al jaren illegaal boetes uitdelen: niet omdat de boetes illegaal zijn maar omdat die sanctieambtenaren er onbevoegd voor zijn (zoals Knack al op 22 oktober 2012 bracht).

Die politierechters herhaalden niets anders dan wat minister van Justitie Turtelboom al op 2 maart 2011 op een parlementaire vraag van Koenraad Degroote (N-VA) bevestigde: “Deze praktijk is strijdig met de huidige bewoordingen van het K.B. van 7 januari 2001”. Dat is pas klare taal. Begrijpelijk dat geen enkel parket cassatie heeft durven aantekenen tegen die vernietigende vonnissen van politierechters.

Onbegrijpelijk dat die intergemeentelijke sanctieambtenaren toch onverstoord verder werkten. Vraag het maar aan hun burgemeesters, van Kortrijk tot Turnhout want die steden werden er zelfs voor betaald: een soort “uitzendkrachten” voor GAS.

Hoe noemen we inkomsten uit illegale praktijken: heeft dat een naam, een kleur ?

Om op dat punt vooruit te lopen op de nieuwe GAS-wet sleutelde minister Milquet plots snel aan dat K.B. van 2001 met een nieuw K.B. van 30 augustus 2013. Toch vervelend, want pas op 3 oktober “voortaan” toepasselijk, zo leert ook een professionele site voor opleidingen aan politiediensten.

Maar ondertussen had de intergemeentelijke GAS-fabriek onverdroten verder doorgedraaid want geen 1 op 1000 beboete burgers vond de dure weg voor hoger beroep naar de politierechtbank: een onrecht van GAS-klassenjustitie op zich.

Eigenlijk moest Maggie De Block dat K.B. van 30 augustus ondertekend hebben, want enkel zij kan illegalen regulariseren. Want die intergemeentelijke sanctieambtenaren, dié waren wel échte illegalen…

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content