Hannes Anaf

Fusie van gemeenten: noodzakelijke voorwaarde voor solidair Vlaanderen

Hannes Anaf Hannes Anaf is SP.A-schepen in Turnhout

De fusie van gemeenten is geen detail, zegt Hannes Anaf, SP.A-schepen in Turnhout. Hij ziet er een noodzakelijke voorwaarde voor ‘een solidair en dynamisch Vlaanderen’ in.

Carl Devos vraagt zich af of de schaalvergroting van lokale besturen een prioriteit van SP.A hoort te zijn in crisistijden. Het klopt dat wij socialisten liever niet te veel bezig zijn met structuren en staatshervormingen. Nochtans, als we als socialisten geloven dat de overheid een belangrijke rol te spelen heeft in onze maatschappij en we niet alles zo maar aan de markt kunnen over laten, moeten we ook kritisch naar die overheid durven kijken. Als blijkt dat lokale besturen er niet of onvoldoende in slagen om het hoofd te bieden aan de grote uitdagingen die onder meer de crisis met zich meebrengt en niet langer garant kunnen staan voor een kwalitatieve dienstverlening, hoort de discussie over de schaal wél prioritair te zijn voor een sociaal-democratische partij.

Het debat mag zich echter niet beperken tot een opschaling van de kleinste gemeenten. Als socialistische partij moeten wij het neoliberale efficiëntiedenken overstijgen en ook andere factoren dan louter het inwonersaantal als criterium hanteren voor doordachte fusies van gemeenten, zoals fiscale draagkracht, ruimtelijke samenhang en socio-economische kenmerken. Een nieuwe fusiebeweging moet er in de eerste plaats voor zorgen dat overal in Vlaanderen een voldoende mate van dienstverlening gehaald wordt en dat de sterkste schouders daarbij de zwaarste lasten blijven dragen. Dat is nu niet altijd het geval. Ik verklaar mij nader met een voorbeeld dat ik het beste ken, namelijk dat van de Stadsregio Turnhout.

De stad Turnhout is de enige centrumstad in Vlaanderen die de vorige fusiegolf van de jaren ’70 gemist heeft. De redenen daarvoor hadden weinig met doordachte, objectieve overwegingen te maken, maar waren voornamelijk gestoeld op politieke machtsargumenten. Het heeft weinig zin om oude koeien uit de sloot te halen, maar de realiteit is dat de stad Turnhout door die gemiste fusie momenteel slechts 42.000 inwoners telt, terwijl het verzorgingsgebied minimaal 82.000 inwoners omvat. Voor die gemiste fusie worden we enigszins gecompenseerd door een erkenning als centrumstad. Die beperkte tegemoetkoming is zeer welgekomen, maar is toch niet meer dan een doekje voor het bloeden. De situatie wordt immers stilaan onhoudbaar. Het aantal leefloners in de stad bedroeg in 2011 5,7 per 1.000 inwoners en stijgt spectaculair, net als de werkloosheidsgraad en de kansarmoede-index. Eén Turnhouts kind op vijf ziet tegenwoordig het levenslicht in een kansarm gezin. De armere inwoners van de stad kunnen de stedelijke problematiek waar Turnhout meer en meer mee wordt geconfronteerd, niet meer alleen dragen. De stad zelf moet de komende legislatuur 54 miljoen euro besparen en heeft amper mogelijkheden om te investeren.

Fusies van gemeenten zijn geen detail, maar een noodzakelijke voorwaarde voor een solidair en dynamisch Vlaanderen

De rijkere rand daarentegen wordt slechts zeer beperkt met deze problematiek geconfronteerd. In de gemeente Oud-Turnhout bijvoorbeeld waren er in 2011 welgeteld 8 leefloners, of 0,6 per 1.000 inwoners. De werkloosheidsgraad was half zo hoog als in Turnhout en het relatief aantal kansarmen slechts een derde. Het gemiddelde inkomen van een inwoner van Oud-Turnhout ligt dan ook een stuk hoger dan dat van de gemiddelde inwoner van de stad. Daardoor ontstaat er een cumulatief effect, waarbij de gemeente minder geld moet uitgeven, maar tegelijkertijd per percent van de gemeentebelasting meer binnenkrijgt. Het gevolg laat zich raden: de rijkere inwoner van Oud-Turnhout betaalt 5% gemeentebelasting, de armere Turnhoutenaar 7,5%. Een duidelijke indicatie overigens dat de herverdelende functie van het gemeentefonds niet (afdoende) gerealiseerd wordt.

De ‘Stadsregio Turnhout’ staat vaak model in Vlaanderen omwille van haar stadsregionale samenwerking. Die samenwerking botst momenteel echter op de grenzen van het voluntarisme. Telkens wanneer de andere gemeenten geresponsabiliseerd worden, is de reflex ‘what’s in it for me?’ en lopen de gesprekken vast. Om deze onrechtvaardige situatie op te lossen en de sterkste schouders mee de lasten te laten dragen, is een fusie de enige overblijvende en logische optie.

Als in het fusiedebat het inwonersaantal gehanteerd wordt als enige criterium, valt Turnhout ongetwijfeld weer uit de boot. De rijkere rand zal immers eerder geneigd zijn om onder elkaar te fusioneren totdat ze groot genoeg zijn, liever dan solidair te moeten zijn met de armere stad. Dat zou niet alleen fundamenteel ingaan tegen mijn sociaal-democratische principes, maar zou vooral een drama betekenen voor onze stad.

Daarom pleit ik voor een grondig maatschappelijk debat over de criteria die gehanteerd worden om tot sterkere lokale besturen te komen door fusies en een objectieve benadering van de werkelijkheid, waarna het proces best gedepolitiseerd wordt, zodat niet opnieuw dezelfde fouten gemaakt worden als in de jaren ’70. Fusies van gemeenten zijn dus geen detail, maar een noodzakelijke voorwaarde voor een solidair en dynamisch Vlaanderen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content