Experts hekelen gebrek veiligheidscultuur NMBS

Dat hebben ze woensdag gezegd in de bijzondere Kamercommissie Spoorveiligheid.

De experts van de bijzondere Kamercommissie Spoorveiligheid hebben woensdag forse kritiek geleverd op het gebrek aan een ‘veiligheidscultuur’ bij de NMBS in de periode 1982-2002 die ze hebben onderzocht.

De commissie werd geïnstalleerd na de treinramp in Buizingen, waar op 15 februari 19 doden vielen bij een botsing tussen twee reizigerstreinen. Ze hernam woensdag haar werkzaamheden na een onderbreking van vijf maanden wegens de val van de regering.

De experts onderzochten de periode tussen de treinramp in Aalter (1982, 5 doden) en die in Pécrot (2002, 8 doden). Expert Bart Van der Herten hekelde dat de NMBS er in die periode voor gekozen heeft om samen met het Belgische bedrijf ACEC haar eigen veiligheidssysteem TBL te ontwikkelen, in plaats van te kiezen voor de toen beschikbare internationale technologie.

Van der Herten noemde dat een ’terugplooien op zichzelf’ van de spoorwegmaatschappij. Zijn collega Patrick Lafontaine zei dat de NMBS voorlopig voort kan gaan met de voorziene installatie van TBL1+ (een update van het TBL-systeem) op het volledige spoornet, maar dat dat onvoldoende is.

Parallel zou de NMBS moeten blijven evolueren naar het performantere Europees veiligheidssysteem ETCS. Minister van Overheidsbedrijven Inge Vervotte (CD&V) herinnerde eraan dat TBL1+ inderdaad een overgangssysteem is en dat ETCS het doel blijft.

De experts eisten in de commissie dat er een masterplan zou uitgewerkt worden om op de gevaarlijkste plaatsen snel over te schakelen naar ETCS.