‘EU en lidstaten moeten meer doen om visproducten afkomstig uit overbeviste bestanden van de markt te weren’

‘Vandaag wordt de consument met allerlei claims om de oren geslagen’, schrijft Wouter Dieleman van MSC in een reactie op een opiniestuk van Staf Hendrickx over overbevissing door de internationale visindustrie. Ze pleit voor betrouwbare communicatie op productverpakking.

Hoe tendentieus Seaspiracy ook was, de film heeft wel veel consumenten getriggerd om vragen te stellen over de eigen visconsumptie. En dat is goed, want de gemiddelde visliefhebber is zich weinig bewust van de herkomst van het stukje vis op zijn bord. Volgens Wereldvoedselorganisatie FAO is de overbevissing sinds 1970 ieder jaar toegenomen, en wordt inmiddels meer dan een derde van alle visbestanden op aarde overbevist.

MSC in een notendop

De Marine Stewardship Council (MSC) is in 1997 opgericht op initiatief van WWF en Unilever. Beide partijen zagen in dat door samen te werken er een beweging kon worden gevormd om overbevissing en ecologische schade te verminderen en beperken. De eerste versie van de MSC-visserijstandaard werd uitgebracht in 1998. Na de oprichting ging MSC verder als zelfstandige non-profit organisatie.

Certificering volgens de MSC-standaard voor duurzame visserij vereist het voldoen aan een set van strenge en wetenschappelijk onderbouwde criteria, waarop visserijen jaarlijks worden gecontroleerd. MSC is er trots op, samen met vele partners zoals overheden, Ngo’s, visserijen, wetenschappers, op deze manier bij te dragen aan hervorming van visserijpraktijken. Wereldwijd zijn er nu meer dan 400 MSC-gecertificeerde visserijen.

Deze certificering is geen eenvoudig proces, en sommige visserijen leveren jarenlang inspanningen voordat ze aan de norm voldoen. Dit certificeringsproces wordt niet door MSC zelf uitgevoerd, maar door onafhankelijke auditoren. Het is een volledig transparant proces waarin wetenschappers, natuurbeschermers en andere belangstellenden meerdere mogelijkheden krijgen om input te leveren. Alle beoordelingen kunnen online worden bekeken. Iedere vijf jaar worden de bestaande criteria in de visserijstandaard aangescherpt of aangepast op basis van nieuwe wetenschappelijke inzichten en feedback op het MSC-programma. Zo werden in 2019 de eerste criteria rond arbeidsomstandigheden aan de beoordelingscriteria van het MSC-programma gekoppeld. In 2022 wordt zo opnieuw een update doorgevoerd.

Waar staan we nu?

De stijgende wereldpopulatie zorgt voor een immense druk op visbestanden. Nog altijd is een groot deel van de wereldbevolking rechtstreeks afhankelijk van vis voor hun primaire proteïne-inname. Het belang van goed beheer in de visserij is daarom niet te onderschatten. Goed beheer kijkt op lange termijn naar bescherming van de visbestanden. En bovendien toont onderzoek gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift PNAS aan dat er jaarlijks zelfs tot 16 miljoen ton meer vis gevangen zou kunnen worden wanneer alle visbestanden duurzaam worden beheerd. Hiermee zouden 72 miljoen mensen meer aan hun dagelijks behoefte aan proteïne kunnen worden voorzien.

Begin oktober 2021 publiceerden we ons jaarrapport waarin de vooruitgang binnen het MSC-programma op het water en in de markt wordt geduid. We zien een groei in verkoop van MSC-gecertificeerde vis. Het aanbod van verkochte MSC-producten is wereldwijd met bijna 6% toegenomen. De grootste groei was er in diepvriesproducten en vis uit blik, beiden productcategorieën die tijdens de Covid-pandemie een sterke groei in verkoop kenden.

In totaal wordt nu op jaarbasis 16 miljoen ton MSC-gecertificeerde vis, schaal- of schelpdieren opgevist, opnieuw 11.4% meer dan het jaar voordien. Van de wilde vissoorten in de top 10 voor visconsumptie in België zijn alle Nederlandse mosselvisserijen, 69% van de mondiale witvisvolumes, 54% van de tonijnvolumes en 97% van de grijze garnaalvangsten MSC-gecertificeerd. Veel van deze visserijen werden deel van ons programma in de afgelopen vijf tot tien jaar.

In 2020-21 was 19% van de wereldwijde visvangst betrokken bij het MSC-programma (dat wil zeggen gecertificeerd, in beoordeling of geschorst). Hoewel het aandeel stijgt, was slechts 20% van deze vangst afkomstig van visserijen in ontwikkelingsregio’s. De reden hiervoor is dat kleinschalige visserijen en visserijen in ontwikkelingsregio’s vaker te maken hebben met extra uitdagingen zoals de beschikbaarheid van wetenschappelijke data en een overheid die regulering oplegt en handhaaft. Bij het voldoen aan onze standaard bieden we deze vissers hulp met o.a. uitleg en inzicht in de eisen van de visserij standaard en opleidingsmateriaal voor het opstellen van een beheerplan en actieplan.

Kleinschalige visserijen

Enkele jaren geleden werd ook het Ocean Stewardship Fund opgericht door MSC, een fonds waarop kleinschalige visserijen een beroep kunnen doen op financiële ondersteuning om actieplannen naar certificering of hercertificering te helpen realiseren. Afgelopen jaar werd 1.3 miljoen Britse pond uit het fonds besteed. Op die manier stimuleren consumenten door hun aankoop van MSC-gecertificeerde vis rechtstreeks verduurzaming.

Het fonds maakt deel uit van ons “Pathway to sustainability‘-programma, waarin we samenwerken met ngo’s, overheden, handel en financieringsinstellingen over de hele wereld om een weg naar duurzaamheid te creëren, met name voor kleinschalige visserijen en visserijen in ontwikkelingslanden. Deze visserijen zijn momenteel nog ondervertegenwoordigd in het MSC-programma.

Het programma in de praktijk

Naast de economische groei van het laatste jaar zijn er ook veel verbeteringen op en in het water te melden.

Bij de beoordeling van een visserij tegenover de MSC-visserijstandaard staan de visbestanden centraal, maar wordt ook gekeken naar integriteit van habitats en ecosystemen, en bescherming van bedreigde fauna en flora. De MSC-visserijstandaard is verder een kader voor samenwerking, waarbij afspraken worden gemaakt met alle betrokken partijen (overheden, natuurorganisaties en handel) zodat kan ingegrepen worden waar nodig. Visserijen blijven inspanningen leveren tijdens de loop van het certificaat. Na vijf jaar loopt een MSC-certificaat af, en moet een visserij opnieuw het beoordelingsproces doorlopen. Uit analyse blijkt tot onze eigen voldoening dat visserijen in hun tweede certificatieproces betere scores op onze beoordelingscriteria laten optekenen (zie MSC Jaarrapport p14). Niet alleen zijn de visbestanden waarop deze MSC gecertificeerde visserijen vissen gezonder, deze visserijen dragen ook actief bij aan een uitbreiding van onze kennis van de lokale onderwaternatuur.

De Belgische visserijsector is niet MSC-gecertificeerd en bovendien erg klein. Meer dan 80% van de vis die we in België consumeren komt uit het buitenland. Ongeveer 50% daarvan komt uit EU-wateren of aangrenzende oceanen. Daarom richten we graag een blik op enkele voorbeelden over de Europese grenzen.

Vandaag is bijna 60% van alle visserij in Nederland MSC gecertificeerd. De afgelopen vijftien jaar hebben deze visserijen ruim 100 verbeteropdrachten meegekregen als gevolg van het MSC-programma. Zo past de grijze garnalenvisserij (die voor het MSC-certificaat geen Europees beheer kende) de maaswijdte van zijn netten aan, worden mosselbanken gemeden in de mosselvisserij om natuurwaarde en belangrijke leefgebieden voor jonge vissen, vogels of zeehonden te vrijwaren. De platvisvisserij onderzoekt hoe bijvangst van beschermde zeedieren lager kan. Op initiatief van VisNed is een mobiele app ontwikkeld die vissers helpt bedreigde soorten te identificeren en te loggen als zij deze tegenkomen. Het project kreeg in 2020 50.000 pond toegekend via het MSC Ocean Stewardship Fund.

De Deense Skagerrak en de Noorse diepzeegarnalenvisserij hebben in 2018 een gedragscode ingevoerd: alle vaartuigen werden verplicht gegevens te verstrekken over onder meer incidentele vangsten van bedreigde, met uitsterven bedreigde of beschermde soorten. Aan de hand van deze gegevens is in kaart gebracht waar kwetsbare habitats voorkomen. Schepen kunnen deze gebieden nu vermijden.

Omgekeerd vallen visserijen uit het programma als zien niet langer voldoen aan de criteria van de MSC-visserijstandaard. De Noordoost-Atlantische visserij op makreel, haring en blauwe wijting verloor in 2019 haar MSC-certificaat. De overheden van de betrokken zeven visserijnaties komen (nog steeds) niet tot een gezonde verdeling van visserijrechten. Dat resulteert in een manifeste overbevissing (tot 40% meer dan wetenschappelijk advies aanraadt). Hoewel de visbestanden vandaag nog in acceptabele staat zijn, zal dit op lange termijn zorgen voor problemen. Verder verloor ook recent een deel van de Nederlandse pladijsvisserij zijn certificaat vanwege bijvangst van Noordzeekabeljauw, waarvan bestanden niet in goede staat zijn.

Het MSC-programma levert extra kennis op, en wordt daarom voor UN SDG14 als indicator voor vooruitgang gebruikt. Maar er is duidelijk nog veel werk voor de boeg met oog op 2030, wanneer de huidige SDG-doelstellingen aflopen. We zitten met MSC zelf ook in een uitdagende spreidstand om bestaande visserijen in een steeds strenger MSC-programma te houden, maar tegelijkertijd ook nieuwe visserijen, vaak met een laag kennisniveau en beperkte middelen in het programma te trekken.

Blauwe revolutie

Een grote groep wetenschappelijke instituten – onder leiding van universiteit Harvard – roepen op tot een ‘blauwe revolutie’. Zij stellen dat door klimaatverandering de druk op visbestanden alsmaar groter wordt: niet alleen door een verschuiving van het verspreidingsgebied van soorten ten gevolgde van de opwarming van de oceaan, maar ook omdat de visconsumptie stijgt. De CO2-voetafdruk van veel vis en schelpdieren is veel lager dan die van vlees, waardoor klimaatbewuste consumenten vaker vis als alternatief kunnen gaan kiezen. Maar ook zeewier en -algen zijn een interessante toevoeging in een transitie naar een duurzamer voedselsysteem. Wetenschappers roepen met hun blauwe revolutie echter vooral politici op om beter beleid te maken, en terecht. Zo kunnen bijvoorbeeld de inspecties van de visserijen beter. In Europa zie je dat terug in de onderhandelingen in Brussel over de aanlandingsplicht en het cameratoezicht aan boord van schepen.

De EU en de lidstaten moeten meer doen om visproducten afkomstig uit overbeviste bestanden van de markt te weren. Op de Belgische markt zien we bijvoorbeeld nog steeds geelvintonijn uit de Indische oceaan verschijnen, of wordt makreel uit de Atlantische oceaan zonder verpinken aangeboden ondanks het uitblijven van een akkoord over vangstbeperking (zie hierboven).

De verplichting om de specifieke herkomst van visproducten te vermelden is daarbij een belangrijk agendapunt. Dat helpt de consument een eind verder om zelf op onderzoek te gaan naar een duurzaam aanbod. Verder kunnen overheden in België en elders duidelijker positie nemen rond criteria voor betrouwbare communicatie op productverpakking, en deze ook effectief gaan afdwingen. Vandaag wordt de consument immers met allerlei claims om de oren geslagen.

Hoewel het niet het enige middel tot verduurzaming is, geeft het MSC-label op de vis die je koopt volgens ons wel de gewenste duidelijkheid over de duurzame herkomst, voor vis van dichtbij of veraf.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content