‘Er liggen geen draaiboeken klaar voor dergelijke ingrijpende crisissen: welke lessen zijn er nu al te trekken?’

‘De crisis is nog lang niet voorbij, maar de voorbije weken leverden alvast een aantal opvallende analyses en “lessons learned” op’, schrijft Pieter Timmermans (VBO).

Organisator dr. Ben De Brucker, voorzitter van Medische Wereld, is erin geslaagd de crème de la crème samen te brengen voor het grote ‘Corona Debat’, dat op 9 mei doorging in de gebouwen van de VUB. Elke viroloog met naam en faam was erbij. Ook de politieke wereld tekende present, net als enkele economische actoren. In voorbereiding op het debat stond ik even stil bij de vraag: wat hebben we tot nog toe geleerd? De crisis is nog lang niet voorbij, maar de voorbije weken leverden alvast een aantal opvallende analyses en ‘lessons learned’ op.

Er liggen geen draaiboeken klaar voor dergelijke ingrijpende crisissen: welke lessen zijn er nu al te trekken?

De vraag stellen is des te noodzakelijker omdat we te kampen kregen met een crisis zonder voorgaande: ze was snel (in enkele dagen tijd lag de economie voor de helft plat) en diepgaand (de grootste neerwaartse knik sinds meer dan 100 jaar). Wat is mij bijgebleven?

  • 1. Stabilisatoren

De sociale zekerheid wordt vaak bestempeld als een belangrijke stabilisator. Terecht. De tijdelijke werkloosheid wegens overmacht behoedde vele honderdduizenden werknemers voor het ontslag en dus voor een aanzienlijke inkomens- en koopkrachtdaling. Tegelijk hielp het bedrijven om deze ongeziene crisis door te komen. Verder zorgden uitstel van betaling van RSZ en belastingen voor de nodige zuurstof bij bedrijven.

Gelukkig beschikken we ook over een tweede stabilisator: de technologie. Wat als deze pandemie ons in de jaren 60 of 70 van vorige eeuw had getroffen? Dan hadden we niet 1 miljoen tijdelijke werklozen, maar wellicht dubbel zoveel. Vandaag kon de helft van de private sector op de een of andere manier blijven functioneren dankzij internettechnologie, videoconferencing, document- en kennisbeheersystemen, IoT-systemen, smartphones, … Vandaag blijkt duidelijk dat de digitalisering van onze maatschappij geen bedreiging is, maar een opportuniteit.

  • 2. Economische lockdown in enkele dagen

De crisis toonde ook aan dat het vrij gemakkelijk is om een economie in enkele dagen compleet stil te leggen, maar dat de heropstart in sommige sectoren maanden zal vergen. Voor een exportgericht land zoals België waar de waardeketens (grondstoffen – verwerking – intermediaire productie – vervoer – consument) zich lang en over meerdere landen of continenten uitstrekken, is de heropstart des te complexer.

Het bruto binnenlands product (bbp) daalt pijlsnel; de heropbouw verloopt geleidelijker. Breng daarbij in rekening de uiteenlopende aanpak in Europa inzake de opening en sluiting van de grenzen en het hoeft niet te verwonderen dat het economisch herstel zich over maanden (zoniet jaren) zal uitspreiden.

  • 3. Strategische sectoren koesteren

Door de jaren heen had België meestal baat bij de globalisering. Onze open blik op de wereld legde ons land geen windeieren. Deels ingegeven door kostencompetitieve motieven, deels door de zoektocht naar de meest efficiënte productieprocessen, zijn we geleidelijk aan meer aangewezen geraakt op internationale connecties en relaties.

De vraag is nu pertinenter dan ooit of we strategisch belangrijke sectoren niet méér moeten koesteren? Een voorbeeld: in het verleden ondersteunden we in belangrijke mate de farmasector. Vandaag stellen we vast dat die sector bij de wereldspelers hoort. Daardoor stonden we op het vlak van scheikundige producten (reagentia) om te kunnen testen, materialen voor staalafname (o.a. via 3D-printing), medische technologieën (o.a. beeldvorming) en kledij gelukkig sterk. De mondmaskers daarentegen zijn een te eenvoudig product om op beperkte schaal nog rendabel in België te produceren. In de toekomst moeten we toch overwegen om voor sommige producten een productieapparaat achter de hand te houden, in België of Europa.

  • 4. Telewerk

Zoals al aangestipt, mogen we ons vandaag gelukkig prijzen dat ons telecomnetwerk geolied functioneert en dat de digitale tools wijdverspreid zijn. Daardoor kon 25 tot 30% van de werknemers vandaag, ondanks de crisis, op afstand aan de slag blijven. De nood werd bovendien een deugd, want veel mensen kregen op die manier de bijbehorende ICT-tools onder de knie. Deze crisis was voor velen de meest direct inzetbare onlineopleiding in hun loopbaan. Behalve telewerken leerden we anders vergaderen en ons strikter aan afspraken te houden.

Of het allemaal efficiënter werkt en aangenamer is voor twee thuiswerkende partners, laat ik in het midden. Maar deze vorm van ‘remote’ arbeid zal in geen enkele onderneming of organisatie nog weg te denken zijn. Binnen diezelfde context is het zeker opportuun om de mobiliteitsproblematiek door een andere bril te bekijken.

  • 5. Veel solidariteit én weerbaarheid

De voorbije weken kreeg ik heel wat verontruste, ja zelfs wanhopige ondernemers aan de lijn. Best een zware periode. Een schouderklopje, het verhaal laten doen, en vervolgens met voorstellen en maatregelen proberen te helpen, was heel intens, maar gaf ook voldoening.

Gaandeweg groeide ook de solidariteit, creativiteit en weerbaarheid (resilience) bij onze ondernemers. Niet plooien als het bedrijf verplicht de activiteiten moest stoppen, maar de business online organiseren. Mochten de producten niet meer worden verkocht, dan werd omgeschakeld naar producten waar wel een markt voor is. Wie vroeger alcoholische dranken produceerde, maakt vandaag ontsmettingsgel. Wie vroeger banners produceerde voor festivals, drukt vandaag signalisatie om veilig winkelen mogelijk te maken.

Die solidariteit en weerbaarheid zagen we heel in het bijzonder in de gezondheidssector. De managers van de ziekenhuizen slaagden erin om als echte crisismanagers hun ziekenhuizen snel om te vormen tot gespecialiseerde covid-19-afdelingen zonder dat de logistieke keten onderbroken werd. Ook de vele zorgverleners, die dag en nacht klaarstonden om te strijd aan te gaan tegen het virus, stelden zich heel wendbaar en flexibel op en bleven zich onverminderd inzetten om mensenlevens te redden tijdens die ongeziene gezondheidscrisis.

  • 6. Eenheid van commando noodzaak

In een oorlogssituatie moet er eenheid van commando zijn. Met de coronacrisis is dat niet anders. De Nationale Veiligheidsraad moest die eenheid uitstralen. Toegegeven, het kon beter. Het feit dat na afloop van elke Raad iedereen nog eens zijn interpretatie van de beslissing moest toelichten, droeg niet bij tot de duidelijkheid. Soms werden beslissingen genomen zonder coördinatie tussen de verschillende beleidsniveaus (cf. toeslagen in het kader van tijdelijke werkloosheid), of werden vooraf al voorstellen aangekondigd onder voorwaarde dat ze nog door de Veiligheidsraad moesten bekrachtigd worden.

Het mag een troost zijn dat het ook in andere landen niet altijd even consistent en gesmeerd liep. Dat hoeft ook niet te verwonderen. Er liggen immers geen draaiboeken klaar voor dergelijke ingrijpende crisissen. Alle landen moeten met andere woorden door hetzelfde leerproces.

  • 7. Sociaal overleg als actor

Welke invulling moeten we vandaag aan het adagium ‘primaat van de politiek’ geven? In deze coronatijden is gebleken dat politiek en het middenveld best samenwerken. Nog nooit werd zo intens overlegd met de onderwijskoepels over de heropening van de scholen. Voor de opsporing van besmette patiënten worden de ziekenfondsen ingeschakeld. En voor de heropstart van de bedrijven rekent men op de Groep van 10 (toponderhandelaars van werkgevers en vakbonden) en de sectoren door samen met hen een draagvlak te zoeken voor de versoepeling van de lockdown.

Wie de optelsom maakt, kan niet ontkennen dat het middenveld een gewaardeerde en relevante rol speelt in tijden van crisis. Houden zo!

  • 8. Gebrek aan Europees kader

Tot slot zal onze Belgische, op exportgerichte economie pas goed kunnen opstarten als de grenzen opengaan en we opnieuw goederen kunnen in- en uitvoeren. Ook de mobiliteit van personen is voor onze bedrijven cruciaal. Heel wat export van complexe goederen en diensten is immers gekoppeld aan menselijke expertise. Een efficiënte Europese coördinatie is daarin cruciaal. Je zal als land maar werken aan de heropstart van de ondernemingen zonder dat ze evenwel de kans krijgen om de bedrijfsnoodzakelijke grondstoffen in te voeren of hun afgewerkte producten en bijbehorende expertise uit te voeren.

Pas in deze coronatijden voelen we de behoefte aan een sterk Europa overduidelijk. Een geweldige uitdaging wacht de Europese staats- en regeringsleiders.

De komende weken en maanden zal er nog veel inkt vloeien over de aanpak van de coronacrisis. De bovenstaande beschouwingen zijn een aanzet. Er zijn hoopvolle en bemoedigende signalen, maar ook ‘lessons learned’ die moeten aanzetten tot nadenken en aanzetten tot actie. Het is tijd om de eerste categorie te koesteren en de tweede met bekwame spoed aan te pakken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content