Energie-expert Joannes Laveyne: ‘Deze winter wordt waarschijnlijk lastig, maar ik hou vooral mijn hart vast voor de volgende’

Minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen) © Belga
Kamiel Vermeylen

Met een crisisbijdrage van energieproducenten hoopt Energieminister Tinne Van der Straeten (Groen) de torenhoge facturen te drukken. ‘Ik stel me toch wat vragen bij de afdwingbaarheid van dit alles’, aldus energie-expert Joannes Laveyne (UGent).

Toch valt er voor de aanzet van Van der Straeten wel wat te zeggen, aldus Laveyne. ‘Er bestaan weinig goede ingrepen op de groothandelsmarkt voor elektriciteit. De zogenaamde crisisbijdrage op elektriciteit is eigenlijk de minst slechte maatregel. Hier pleiten heel wat experten eigenlijk al enkele maanden voor.’

Wat zijn dan de voordelen van dit voorstel?

Laveyne: Dat de marktwerking behouden blijft. De overwinstbelasting wordt met andere woorden pas in rekening gebracht pas nadat de transactie tussen de energieproducent en de koper is afgesloten. Men blijft blootgesteld aan de volle prijs, achteraf komt er wel een gedeeltelijke compensatie. Zo krijgt de consument toch nog het signaal dat minder verbruik met stip de beste oplossing tegen hoge energiefacturen is. In Frankrijk worden de prijzen daarentegen al voorafgaand afgeroomd, waardoor de besparingsprikkel er amper aanwezig is. Daar krijgt men binnenkort een soort weerbericht op de televisie dat per regio aantoont hoe groot de kans op een black-out morgen zal zijn, in de hoop dat burgers toch nog energie besparen.

In andere landen heeft men niet gewacht om een nationale overwinstbelasting in te voeren. Van der Straeten wilde eerst zekerheid van de Europese Unie.

Laveyne: Dat is een goed idee. We zijn enerzijds een klein land dat op vlak van elektriciteit erg verbonden is met de andere Europese lidstaten. Anderzijds hebben we geen eigen grote multinationals waarvan we een zekere investeringsgarantie mogen verwachten. Het is goed dat de Europese lidstaten de violen op elkaar hebben afgestemd, en eigenlijk gaat de Unie wel erg ver in hetgeen het van energiebedrijven verwacht. Daarom stel ik me toch wat vragen bij de afdwingbaarheid van dit alles. Het zou me niet verbazen als bedrijven hier juridisch tegen in het verzet gaan.  

Waarom?

Laveyne: Wel, de lidstaten verwachten van de energiebedrijven een tot dusver nooit geziene transparantie. Alle contracten van energiebedrijven moeten aan een overheid of regulator ter beschikking worden gesteld. En met terugwerkende kracht, omdat de winsten vanaf het begin van dit jaar zullen worden afgeroomd. In Portugal en Spanje is dat al een tijdje bon ton, maar hier heeft de sector dat steeds kunnen tegenhouden. Ik vraag me af hoe we dat hier allemaal administratief gaan regelen. Dit belooft nog een hele karwei te worden.

We vergeten wel eens dat we – Duitsland op kop – dit jaar nog een heel deel van onze gasvoorraden met Russische leveringen hebben kunnen aanvullen.

Joannes Laveyne

Energie-expert aan de UGent

Sommige vrezen dat de maatregel impact zal hebben op onze bevoorradingszekerheid. Moeten we daarvoor vrezen?

Laveyne: Ik denk het niet. Bedrijven gaan heus niet uit ons land wegtrekken omdat het plafond op 130 euro per megawattuur ligt – ook al is dat strenger dan het Europese kader. We komen voor alle duidelijkheid van prijzen tussen de 20 en de 40 euro per megawattuur. Die waren ongezond laag, maar zelfs 50 tot 70 euro is een heel gezonde prijs voor bedrijven om in elektriciteit te blijven investeren. Kortom, zelfs met 130 euro maken energiebedrijven nog steeds uitzonderlijk hoge winsten.

Van der Straeten wil ook dat de overwinstbelasting tot eind 2023 van kracht blijft, de Europese afspraken voorzien maar zeven maanden.

Laveyne: Ook dat is niet zo onzinnig. De elektriciteitsprijzen volgen de gasprijzen, en die zullen nog een tijdlang hoog blijven. We vergeten wel eens dat we – Duitsland op kop – dit jaar nog een heel deel van onze gasvoorraden met Russische leveringen hebben kunnen aanvullen. Maar intussen vloeit er bijvoorbeeld niets meer via de Nord Stream-pijplijn naar Europa. Na de winter zal er naar alle waarschijnlijkheid een nieuwe wedloop ontstaan op een markt met een kleiner aanbod. Deze winter wordt waarschijnlijk lastig, maar ik hou vooral mijn hart vast voor de volgende.

De gas- en elektriciteitsprijzen begonnen vorig jaar al te stijgen. Wat zijn volgens u de lessen die we een jaar later toch moeten trekken?

Laveyne: In de eerste plaats mag Duitsland zich voor het hoofd slaan voor de manier waarop het zichzelf afhankelijk heeft gemaakt van Russisch gas. Al lijkt die blunder bij onze oosterburen nog steeds niet bij iedereen door te dringen. In tegenstelling tot de elektriciteitsmarkt blijft de gasmarkt erg nationale materie. Het is ieder voor zich. En zo blijft het ook min of meer. Kijk maar naar Frankrijk. In principe zou de MidCat-pijplijn van Spanje naar Frankrijk kunnen worden uitgebreid om Algerijns en vloeibaar gas naar de rest van het continent te brengen. Maar Frankrijk, waar zowel de productie als de netten nog in handen zijn van de overheid, wil vooral zijn eigen energie exporteren. Met een blokkade tot gevolg. Hoewel ik geen grote voorstander ben van al te veel investeringen in fossiele energie, moeten we in crisistijd toch van zo’n nationale reflexen af.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content