‘Een New Deal voor het onderwijs: krijgen we iedereen weer bij de les?’

‘Onderwijs kan in deze crisis het verschil maken. We moeten het verlies van twee trimesters omzetten in megawinst’, schrijven Kristien Arnouts en Mia Lodewijckx.

Het pleidooi van Geert Buelens voor een culturele New Deal opent perspectieven voor onderwijs: zo’n uitgelezen kans voor gelijke-onderwijskansen vergooi je niet zomaar.

De voorbije maanden werd het onderwijs, gelijke-onderwijskansen in het bijzonder, op scherp gesteld. Kansarme leerlingen zagen de band met onderwijs verzwakken, leerlingen met leermoeilijkheden en/of leerachterstand raakten nog meer achterop of haakten helemaal af. Kansrijkere leerlingen vonden dan weer hun draai in het afstandsleren op eigen tempo, zijn helemaal mee met de leerstof en ervaarden soms zelfs ruimte, tijd en een stimulerende omgeving om zich te verdiepen in nieuwe kennis en vaardigheden.

Net zoals de zorgsector staat onderwijs onverwacht en onvoorbereid voor een nieuwe realiteit: op 1 september zullen leerlingen meer dan ooit verschillend aan de start komen. Experten becijferden dat een deel van de huidige generatie jongeren de nadelen hiervan een leven lang kan meedragen, met gevolgen voor de hele samenleving op het vlak van gezondheid en welvaart. De gefaseerde en gedeeltelijke heropening van de scholen biedt niet genoeg garanties voor een versnelde inhaalbeweging.

Een New Deal voor het onderwijs: krijgen we iedereen weer bij de les?

De uitdaging is groot: iedereen weer bij de les halen! Wat als we dat nu eens écht doen? Een verloren 2de en 3de trimester transformeren tot een geweldige toekomst voor alle kinderen én de hele samenleving. Naiëf? Misschien. Maar dan alleen voor wie gelooft dat er niets te veranderen valt. Wat de zorgsector, met de inzet en steun van de hele samenleving kon, kan onderwijs zeker. Duw die lat omhoog.

Net zo goed als artsen en zorgpersoneel zijn leraars in staat om het systeem te herdenken, organisatie en infrastructuur aan te passen, zich flexibel in te zetten en bij te scholen. De professionaliteit van onderwijspersoneel is immers van dezelfde orde als die van artsen: het zijn autonome professionals met een opdracht: ‘elke leerling bij de les houden’. De voorbije maanden hebben aangetoond dat onderwijs in sneltreinvaart de weg naar het digitale leren heeft gevonden. Leraren hebben geen moeite gespaard om hun leerlingen te bereiken. Maar niet alle leerlingen hebben daar in dezelfde mate van kunnen profiteren. De kansen waren niet gelijk.

En dus … waarom ook geen New Deal voor onderwijs? We voorkomen dat leerlingen die achterop geraakt zijn ongekwalificeerd uitstromen. We bieden leerlingen die geen vertraging hebben opgelopen en die verdieping/versnelling aankunnen extra uitdagingen. We bieden leraren een unieke kans hun expertise in differentiatie en schoolorganisatie verder te ontwikkelen en in te zetten voor een duurzame onderwijsverandering. We smeden een pakt met de samenleving om talent niet verloren te laten gaan. Hoe pakken we dat aan?

We blijven dit schooljaar inzetten op leren. We investeren in de laatste jaren: 6de leerjaar basisonderwijs en 6de en 7de leerjaar secundair onderwijs. Wie de leerdoelen haalt, stapt over naar het SO/HO of studeert af. Wie niet klaar is, schuift mee in in het wonderjaar.

Want in september gaan alle leerlingen weer naar school, maar dan anders: het wordt een wonderjaar, een écht gelijke-kansen-jaar.

Niemand hoeft over te gaan en niemand hoeft te blijven zitten, want er is tijd. Bij de start van het nieuwe schooljaar screenen we de leerlingen en bekijken samen met hen waar ze staan, waar ze nood aan hebben en welk doel ze nastreven op het einde van het schooljaar. We gaan echt differentiëren en we hebben voor iedereen extra tijd.

Voor de leerlingen die de leerdoelen van het huidige schooljaar niet gehaald hebben, spreiden we het huidige schooljaar over twee schooljaren. We herhalen de leerstof van het tweede en derde trimester van het huidige schooljaar. We zetten extra in op het bijwerken van eventuele hiaten, want er is tijd. We leren leerlingen het eigen leerproces zelf te sturen. We bereiden hen nu voor op afstandsleren en rusten hen hier goed voor uit, klaar voor een eventuele 2de lockdown en voor gedeeltelijk zelfstandig leren. We halen al deze leerlingen weer helemaal bij de les: we richten ons op het realiseren van de leerdoelen van het huidige schooljaar én we geven hen een extra voorbereidende boost voor het volgende leerjaar. De keuzetrajecten worden zorgvuldig voorbereid.

De leerlingen die in september de leerdoelen van het huidige schooljaar beheersen, schuiven door naar een volgende leerjaar: zij richten zich op het realiseren van de leerdoelen van het nieuwe schooljaar. Met deze leerlingen kunnen we verder inzetten op een versneld en/of zelfstandig leerproces, kunnen we de leerstof verdiepen en/of extra’s aanbieden in functie van hun interesse: sterrenkunde, economie, politiek, debatteren, …

En er is meer: Binnen de beide leertrajecten is er extra tijd. Er dienen zich de komende jaren kansen aan om die tijd met fantastische dingen in te vullen. In zijn pleidooi voor een culturele New Deal verwijst Geert Buelens naar de aanpak van Roosevelt ten tijde van de grote werkloosheid in 1933. Het kernstuk van de New Deal bestond erin om zoveel mogelijk werklozen een job te geven en hun vaardigheden niet verloren te laten gaan (wegen aanleggen, parken onderhouden, …). Deze visie werd ook ingezet om de expertise van de grote groep werkloze kunstenaars (schrijvers, acteurs, muzikanten…) breed maatschappelijk in te zetten. Kunstenaars kregen een door de overheid betaald salaris en in ruil daarvoor stelden zij hun talent voor 96 uren per maand ter beschikking van de gemeenschap.

Geert Buelens pleit voor een culturele New Deal, gebaseerd op de aanpak van Roosevelt, om de (werkloze) Vlaamse kunstenaars te ondersteunen na de Corona-crisis en een win-win te realiseren. Stel je voor zegt hij: acteurs, regisseurs en schrijvers die komen voorlezen in de klas, lezen en schrijven met leerlingen, en zo de woordenschat en taalvaardigheid van de leerlingen stimuleren, maar ze vooral ook verleiden hun verbeelding te laten prikkelen door verhalen te horen, te lezen en ook zelf te schrijven; acteurs die spelen met leerlingen en zo de creativiteit, geheugentraining, het publiekelijk spreken, het tekstinzicht stimuleren; kunstenaars die ateliers opzetten met leerlingen en hen vormentaal en materiaalkennis bijbrengen, hen leren waar te nemen; muzikanten die samen met leerlingen musiceren en hen in contact brengen met klankkleuren die ze nog nooit gehoord hebben, hen op plekken brengen waarvan ze niet wisten dat die bestonden.Waarom zouden we dat niet uitbreiden naar zoveel andere expertise: sport- en fitnesscoaches, dansleraren, yogameesters die de aandacht en de zorg voor de gezondheid van lichaam en geest verbreden, coaches en therapeuten die met kleine groepen aan de slag gaan en leerlingen ondersteunen in een gezonde geestelijke ontwikkeling; filosofen, economisten, … en de evenementensector die de scholen bij een vlekkeloze organisatie van dat alles kan ondersteunen. Van gelijke kansen gesproken, wat een unieke kans. Een kans om deze exceptionele situatie misschien ook duurzaam te verankeren in de toekomst, wie weet?

Er is tijd en er zal expertise beschikbaar komen en zo kunnen alle leerlingen groeikansen krijgen. Meer sport, meer muziek, meer plastische opvoeding, meer woord, meer theater, meer film, meer filosofisch denken, meer sociale vaardigheden, … . Intussen observeren we de leerlingen en waar nodig geven we (individuele) hulp aan leerlingen die het moeilijk hebben. Het zal de schoolorganisatie en de lessenroosters uitdagen. Maar de winst is groot voor de hele samenleving. Op korte termijn minder werklozen, een geleidelijkere instroom van afgestudeerden; op lange termijn minder ongekwalificeerde uitstroom, een gezondere, geëngageerde toekomstige generatie met wellicht een levenslange band met de culturele sector, de politiek, de ethische vraagstukken, de samenhang tussen sectoren, de verbinding binnen de samenleving.

Ook voor leraren levert een New Deal veel kansen. Leraren oefenen met doorgedreven vormen van differentiatie, nieuwe vormen van schoolorganisatie en lessenroosters, nieuwe samenwerkingsverbanden met externen. Met de leerlingen die de voorbije weken de stap naar het digitaal afstandsleren zelfstandig hebben kunnen zetten, kan samengewerkt worden om het afstandsleren verder op punt te zetten en breder te introduceren op school. Met de leerlingen die behoefte hebben aan herhaling en ondersteuning kan samengewerkt worden om vormen van pre-teaching verder te optimaliseren. We erkennen hen als ervaringsdeskundigen: wat werkt en wat niet? Er ontstaan gezamenlijke leertrajecten tussen en met leraren en leerlingen. De winst is groot: onderwijs dat klaar is voor een nieuwe samenleving.

Onderwijs kan in deze crisis het verschil maken: het verlies van twee trimesters omzetten in megawinst. Het vertrouwen in de onderwijskwaliteit en de professionaliteit van leraren is groot. Het is onze ervaring dat onderwijs zichzelf kan overstijgen in moeilijke omstandigheden, daar hebben we ons een loopbaan lang voor ingezet. De samenleving is het aan de toekomstige burgers verplicht hiervoor de nodige investeringen op te brengen. Het zal zich meer dan dubbel terugverdienen, niet in het minst door een herwonnen vertrouwen in de samenleving.

Kristien Arnouts is inspecteur-generaal secundair onderwijs op rust.

Mia Lodewijckx is directeur Rozenberg Secundair Onderwijs op rust.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content