Eén jaar #MeToo, een man getuigt: ‘In de garage werd ik plots betast en wilde ze me kussen’

(Stockfoto) © iStock

Anderhalf jaar geleden werd Erik*, een jonge veertiger, seksueel belaagd in de parkeergarage van het torengebouw in Brussel waar hij werkte. De dader: een topmedewerkster van zijn algemeen directeur. Hij werd kort nadien ontslagen.

Het is zeer uitzonderlijk dat een mannelijk slachtoffer van seksueel grensoverschrijdend gedrag getuigt. Het verhaal van Erik is relevant omdat daarin zowat alle bekende patronen terugkeren: de feiten zijn moeilijk te bewijzen, de dader is een figuur met macht die de zaken ontkent of minimaliseert, en bovendien wordt het slachtoffer een tweede keer kind van de rekening omdat het het bedrijf moet verlaten.

Knack legde deze case voor aan een gespecialiseerde jurist, en het oordeel was duidelijk: een duidelijk geval van seksuele intimidatie op het werk. Mocht een arbeidsrechter deze feiten bewezen achten, dan riskeert de dader een boete van 6000 euro en een maximale gevangenisstraf van drie jaar.

Waarom wilt u dit vertellen?

Erik: Omdat de meeste slachtoffers van seksueel grensoverschrijdend gedrag onder druk worden gezet om te zwijgen. Ze zijn meestal bang en kruipen beschaamd onder de mat. Zo ben ik niet. Ik probeer altijd correct te zijn, ook nu. Ik wil gerechtigheid voor mij en voor de vele andere slachtoffers van seksueel ongepast gedrag.

Ik wil gerechtigheid voor mij en voor de vele andere slachtoffers van seksueel ongepast gedrag

Waarom wilt u dan anoniem getuigen?

Erik: Ik wil niet publiek het etiket van slachtoffer opgeplakt krijgen. En ik wil de organisatie waarvoor ik werkte, en een aantal bekende mensen die daar werken, niet beschadigen.

Kunt u vertellen wat er precies is misgelopen?

Erik: Ik ben begin 2015 aangeworven als onthaalmedewerker. Leuke baan. Het was een sociale job met veel contacten, en ik had ook wel sympathie voor de boodschap van de politieke organisatie.

U voelde zich goed op uw werk?

Erik: Het liep uitstekend. De sfeer was goed, en na enkele maanden werd ik al gepromoveerd tot officemanager. Zo werd ik verantwoordelijk voor het onthaalteam, de catering, de schoonmaakploeg enzovoort.

En ondertussen leerde u ook Pia* kennen, topmedewerkster van directeur Luc*?

Erik: Het klikte meteen tussen ons. Ik had het gevoel dat er een vriendschappelijke band groeide. Een leuke vrouw, die er nog goed uitzag ook. Ik kon in haar ogen niets verkeerds doen. Ze was vol lof over mijn werk.

Wat is er dan fout gegaan?

Erik: De personeelsdirecteur, die tegelijk ook de vertrouwenspersoon was op het werk, had me al eens gewaarschuwd dat Pia wellicht bepaalde gevoelens voor mij had gekregen, en dat ik daarmee moest oppassen. Ik hechtte er weinig belang aan, want ik ben homoseksueel. Wat zou zij in mij zien?

Vertelt u het maar.

Erik: Ik weet het niet, al wist ze dat ik vroeger ooit eens een vriendin had gehad. Misschien speelde dat in haar hoofd? In ieder geval kwam het in die periode tot een breuk met mijn vriend, met wie ik tien jaar samen was geweest. Ik stortte daarover eens mijn hart uit bij Pia. Dat deed goed. Ze leek oprecht bezorgd.

Op een avond wandelden we na het werk samen naar de ondergrondse parkeergarage en toen ik in mijn auto wilde stappen, nam ze me plots stevig vast en begon me te betasten en te knuffelen. Dat voelde heel onaangenaam, want dat wilde ik helemaal niet. Ik probeerde haar weg te duwen. Ze week niet meteen, maar keek heel indringend in mijn ogen en toen probeerde ze me plots vol op de mond te kussen. Ik zie die hele scène nog zo voor mij. Dat is haar net niet gelukt, omdat ik haar toen echt hard weggeduwd heb. Ik was heel erg geschrokken en in de war.

Ik wil niet gekust worden door iemand op wie ik niet verliefd ben.

Hoe reageerde zij?

Erik: Totaal verrast door mijn afwijzing, denk ik. Ze liep naar haar auto en reed weg zonder nog een woord te zeggen.

Hebt u er ’s anderendaags of nadien nog met haar over gepraat?

Erik: Dat wilde ik uiteraard eerst wel, maar het lukte gewoon niet meer. Na het incident gedroeg ze zich van de ene dag op de andere compleet anders tegen mij: heel koel en afstandelijk. Ze begon plots ook publiekelijk harde kritiek op mij en mijn werk te geven. Ik wist niet waar ik het had. Eerst hoopte ik dat het wel zou overwaaien, maar dat gebeurde niet. Haar kritiek ontaardde in regelrechte pesterijen, en die werden alleen maar erger.

Zoals?

Erik: Ik kon niets goeds meer doen. Beslissingen die ik als officemanager nam, werden zonder uitleg of achter mijn rug teruggedraaid. Zaken die ik voor de organisatie moest bestellen, werden geannuleerd of afgekeurd. Pia keek me voor elk detail op de vingers, of stelde me er verantwoordelijk voor. Er waren verbouwingen bezig in het kantoorgebouw die ik moest opvolgen. Dat brengt uiteraard af en toe wat ongemakken voor het personeel met zich mee. Eén voorbeeldje: op een bepaald moment kreeg ik telefoon van Pia dat de temperatuur in haar kantoor te laag was, en dat ik daar meteen iets aan moest doen. Ik ben toch geen chauffagist? Zulke dingetjes werden me aangerekend. Het hield niet op, de hele sfeer op kantoor verziekte zienderogen, mijn directe medewerkers werden tegen me opgezet. Het voelde als een schrikbewind.

Hebt u met iemand anders gepraat over wat er in de parkeergarage is gebeurd?

Erik: Ik heb het verteld aan de personeelsverantwoordelijke (er werkten zo’n 50 mensen in het kantoor, nvdr). Zij was een luisterend oor, en probeerde me wat te sussen. ‘Het komt wel goed’, zei ze, en ze raadde me ook aan om er vooral geen grote zaak van te maken want dat zou het voor mij alleen maar erger maken. Later heb ik het ook verteld aan een medewerkster van een andere topmedewerker binnen de organisatie.

Maar niet tegen algemeen directeur Luc?

Erik: Luc had vernomen of misschien zelf gezien dat het niet meer boterde tussen mij en Pia. Op een dag heeft hij ons binnengeroepen in zijn kantoor. Hij vroeg ons om professioneel te blijven. Pia deed alsof ze uit de lucht viel. Er was volgens haar helemaal geen probleem tussen ons.

Eerst hoopte ik dat het wel zou overwaaien, maar dat gebeurde niet. Haar kritiek ontaardde in regelrechte pesterijen.

Hebt u Luc nooit expliciet verteld over het gedrag van Pia?

Erik: Ik heb daar nooit de kans toe gehad. En na een tijdje durfde ik het ook niet meer zo goed, omdat ik zag dat Pia mijn directe collega’s tegen mij opzette. Zo riep een medewerkster op een bepaald moment tegen mij dat ik de slingers van de kerstversiering maar in mijn gat moest steken. ‘Dat doen homo’s toch zo graag’, zei ze. Hoe ongepast is dat? En dat was maar één incident dat de sfeer rond mij helemaal verziekte.

De algemeen directeur had misschien nog kunnen ingrijpen?

Erik: Wat Luc precies wist, weet ik niet. Ik vind hem een correct man, maar wat kon hij doen? Ik kon ook niets bewijzen. Het is een typisch welles-nietesspel: mijn woord tegen dat van Pia. Op den duur denk je zelfs dat je zulke zaken aantrekt. Ik heb nog geprobeerd om weer wat normaler om te gaan met Pia en kocht haar daarom zelfs een mooi verjaardagscadeautje. Ze weigerde het botweg, en zei dat ik het moest terugbrengen naar de winkel.

U bent kort nadien ontslagen?

Erik: Ongeveer een jaar geleden riep Luc mij naar een vergaderzaal, en deelde me mee dat de samenwerking met mij onmiddellijk werd stopgezet. Op mijn ontslagbrief stond alleen ‘voldoet niet meer aan de gestelde eisen’. Vager kan het niet. Ik werd naar mijn bureau begeleid om mijn persoonlijke spullen op te halen, en moest het gebouw meteen verlaten. Ik hoefde in mijn opzegperiode van drie maanden niet te komen werken, die hebben ze gewoon uitbetaald. Het was duidelijk dat ze me zo snel mogelijk buiten wilden hebben.

Hebt u nog iets gezegd tegen Luc?

Erik: Dat ik eigenlijk opgelucht was, en het gevoel had dat een zware rugzak van mijn schouders was gegleden. Ik was de onophoudelijke pesterijen van Pia spuugzat. Pia was en is nog altijd de perfecte topmedewerkster voor de organisatie, maar ik heb ondervonden dat ze ook een even perfecte manipulator is. Alleen doorzien veel mensen dat niet.

Sommigen zullen zeggen: een beetje geflikflooi in de garage en een poging tot kussen, is dat alles? Kortom: u overdrijft.

Erik: Wat zou u ervan vinden als een man zoiets probeert met uw vrouw of uw dochter? Ik wil niet gekust worden door iemand op wie ik niet verliefd ben. Ik vind dat mijn fysieke integriteit werd bedreigd en voelde me seksueel geïntimideerd.

#MeToo is geen verhaal van alleen maar mannelijke daders en vrouwelijke slachtoffers.

Waarom hebt u een jaar gewacht om hiermee naar buiten te komen?

Erik: Ik sta doorgaans behoorlijk sterk in mijn schoenen, maar ik heb die tijd nodig gehad om het allemaal een beetje te verwerken.

Hebt u psychologische hulp gezocht om het te verwerken?

Erik: Nee, ik probeer zelf om het een plaats te geven in mijn leven. Mijn verhaal publiek vertellen is een onderdeel van dat proces, en dat lucht me enorm op. Ik hoop dat andere slachtoffers er iets aan hebben, want het wordt stilaan tijd dat de samenleving beseft dat zulke soort praktijken volstrekt ontoelaatbaar zijn.

Mannelijke getuigenissen zijn zeer zeldzaam.

Erik: Helaas. Maar #MeToo is geen verhaal van alleen maar mannelijke daders en vrouwelijke slachtoffers. Mannen hoeven zich echt niet te schamen voor zoiets. Het gaat in de eerste plaats om misbruik van macht. Dat kan ons allemaal overkomen.

* Erik, Pia en Luc zijn schuilnamen omwille van de privacy van de betrokkenen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content